Jan Jambon (N-VA): ‘De komende generaties zullen ons dankbaar zijn voor al onze hervormingen’

Jan Jambon (N-VA), minister van Binnenlandse Zaken © BELGA

Opgeschrikt door het terrorisme, verontrust door de asielcrisis en geërgerd door de sociale gevolgen van de futloze economie dreigt de Europese burger naar extremistisch stemgedrag te grijpen. Het antwoord schuilt volgens vicepremier Jan Jambon in de hoopgevende ‘jobs, jobs, jobs’-boodschap van de federale regering.

Het dreigingsniveau 4 in Brussel, de patrouillerende gewapende militairen en de terroristische aanslagen in Parijs die vanuit België werden beraamd, zijn de markantste feiten van het voorbije jaar. Jammer genoeg dreigt het terrorisme ook volgend jaar nog de actualiteit te bepalen. Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) schetst die moeilijke context en geeft pistes aan om eruit te geraken.

U bent een jaar minister van Binnenlandse Zaken. Trof u bij uw aantreden een ondergefinancierd departement aan?

Jambon: “Ja. Binnenlandse Zaken is een ruim departement, waarin heel wat besparingen mogelijk zijn. Maar het is niet altijd verstandig die besparingen lineair door te voeren. Sommige politiediensten beschikten niet meer over de nodige uitrusting en werkmiddelen. Besparen op defensie en politie is vrij gemakkelijk. De burger protesteert niet en er zijn amper drukkingsgroepen die zich verzetten. Nu zien we daarvan de gevolgen en moeten we ingrijpen.”

De regering verminderde het budget voor veiligheid voor ze van mening veranderde, eerst na de aanslag tegen Charlie Hebdo en vervolgens na het bloedbad in de Bataclan.

Jambon: “Een deel van de 400 miljoen euro die we hebben vrijgemaakt, is structureel. Voor sommige politiediensten rekruteren we opnieuw en wordt nieuw materiaal besteld. Maar we kunnen jaren van onderfinanciering niet in één keer rechttrekken. Scherpschutters moeten het al acht jaar doen met afgedankte geweren die we gratis van Nederland kregen. Dat is onaanvaardbaar.”

In onze contreien leven we sinds de Tweede Wereldoorlog in vrede. Moeten we nu leren leven met angst?

Jambon: “Zeer zeker niet. Maar we moeten uiterst waakzaam zijn. Dat gaat, vrees ik, nog een tijdje duren. Dat mag er echter niet toe leiden dat we onze manier van leven aanpassen. We moeten gewoon ons leven blijven leiden, naar voetbalmatchen gaan, de kerstmarkt, het restaurant enzovoort. Het is onze verantwoordelijkheid maximale veiligheid te garanderen.

“Ik hoop dat we niet teruggaan naar de grenscontroles zoals vroeger. Het vrije verkeer is echt een van de grote verwezenlijkingen van het Schengenverdrag. Dat belet niet dat de gerichte controles kunnen verscherpt worden in de grensgebieden, in een groter gebied dan enkel de grens dus.

Gingen de maatregelen tegen het terrorisme niet te ver? De lockdown van Brussel was een enorme klap voor de economie van de hoofdstad.

Jambon: “Wij hebben de sluiting van de winkels niet gevraagd, dat behoorde tot de bevoegdheid van de burgemeesters. Als de vraag is ‘zou u in vergelijkbare omstandigheden opnieuw dezelfde beslissingen nemen?’, dan is mijn antwoord ‘ja’.

“Ik weet dat het voor bepaalde sectoren onaangenaam was, dat heel wat internationale congressen in België afgelast werden. We moeten daar rekening mee houden en proberen de mensen gerust te stellen. Stel u voor dat we niets gedaan hadden en er een terroristische aanslag had plaatsgevonden in Brussel, dat was nog veel erger geweest.”

De terreurcontext heeft in Frankrijk de campagne van het Front National geen windeieren gelegd. Moet de Belgische en bij uitbreiding de Europese politiek lessen trekken uit het succes van extreemrechts in Frankrijk?

Jambon: “Uiteraard. De Europese leiders moeten luisteren naar het signaal dat door de burgers gegeven wordt. Ze aanvaarden de manier waarop de vluchtelingencrisis aangepakt wordt niet. Neem die open grens in Griekenland. Ze koppelen daar de terreurdreiging aan vast, zonder een onderscheid te maken tussen beide fenomenen.”

Denkt u dat de economische toestand en het gebrek aan vooruitzichten voor een deel van de bevolking daar eveneens toe bijdraagt?

Jambon: “Ja, dat maakt ook deel uit van de mix. We beschikken in Europa over de hefbomen om het signaal van de burgers te beantwoorden. Maar we moeten de moed hebben die te gebruiken, de buitengrenzen strenger te controleren en de personen die geen recht op asiel hebben terug te sturen.”

“Maar het is ook zo dat de politiek een boodschap van hoop en optimisme moet uitsturen. Charles Michel doet dat met zijn befaamde ‘jobs, jobs, jobs’. Alles wat we doen is erop gericht arbeidsplaatsen te scheppen om de mensen een toekomst te bieden. Die maatregelen zijn misschien op korte termijn niet makkelijk te verteren, maar op middellange termijn gaan ze beslist vruchten afwerpen.”

Moeten we schrik hebben van de vluchtelingen of moeten we blij zijn met hun komst omdat hun aanbreng heilzaam is voor onze economie, zoals Unizo onlangs nog verklaarde?

Jambon: “Men moet een onderscheid maken tussen migratie en asielcrisis. De asielcrisis managen betekent dat zo snel mogelijk moet uitgemaakt worden wie recht heeft op asiel en wie niet. Wie er geen recht op heeft, moeten we zo snel mogelijk terugsturen naar hun land van herkomst. Voor wie asiel krijgt, is het onze taak hen toe te laten zich te ontwikkelen, hen te helpen zich te integreren in ons economisch systeem en zo de duizenden vacante banen in te vullen. De regering heeft wel wijzigingen aangebracht: het recht op asiel is voortaan beperkt tot vijf jaar. Daarna wordt de toestand opnieuw geëvalueerd.”

Na vijf jaar hebben die mensen een baan, hun kinderen gaan naar school. Wat voor zin heeft het hen terug naar huis te sturen?

Jambon: “Ik heb niet gezegd dat ze na vijf jaar teruggestuurd worden, ik heb gezegd dat de toestand opnieuw geëvalueerd wordt. Hun integratie in onze samenleving is uiteraard een element in die evaluatie. Maar ook hun eigen verwachtingen zijn dat. Die mensen zijn hun land ontvlucht en verblijven in kampen. Als de omstandigheden verbeteren is hun eerste wens vaak terug naar huis te keren. Als ze merken dat de oorlog aansleept, proberen ze in Europa te geraken. Ik begrijp hen volkomen. In hun plaats zou ik ook proberen naar veiliger oorden te vertrekken.”

Welke conclusie trekt u uit het eerste jaar van de regering-Michel?

Jambon: “Het is een buitengewoon product dat nog wat marketing kan gebruiken (lacht). De taxshift is volkomen verdedigbaar en een hervorming, zoals die van de pensioenen, is noodzakelijk. Ik denk niet dat dat de mensen gelukkig maakt, maar de toekomstige generaties zullen ons dankbaar zijn. Wat we in een jaar verwezenlijkt hebben, is toch wel indrukwekkend.”

De meerderheid geeft toe dat er minstens 3 miljard tekort is om het begrotingstraject te respecteren.

Jambon: “De regering heeft dat cijfer van 3 miljard nooit bevestigd. Er ontbreekt weliswaar een miljard om in 2018 het evenwicht te bereiken en nog een miljard om de taxshift volledig te financieren. Voor we onderhandelden over de begroting 2015 was er een gat van 880 miljoen. We hebben dat in twee weken gevuld. Dan moet het toch mogelijk zijn om 2 miljard te vinden tegen 2019.”

Deze regering is al vanaf het begin verwikkeld in een krachtmeting met de vakbonden. Vindt u dat die te veel macht hebben?

Jambon: “Men heeft het altijd over de conflicten, maar we hebben al vier of vijf sociale akkoorden gesloten met de vakbonden. Wel is het zo dat er in 2016 sociale verkiezingen zijn. Enkele maanden voor de verkiezingen wil iedereen zich profileren en dat leidt dan tot spanningen.

“Maar om terug te komen op de vraag: vijf stakingsdagen bij de NMBS in een maand, ten koste van de reizigers en niet van de regering, is onaanvaardbaar en zelfs onverantwoordelijk.”

Wat moet 2016 brengen?

Jambon: “Het beste wat kan gebeuren, is dat we erin slagen het dreigingsniveau in België te verlagen. Ik hoop dat de politie netwerken kan ontmantelen, maar zolang de oorlog in Syrië woedt, kan IS handlangers sturen om bij ons terreurdaden te verrichten.

“De Belgen zullen verrast zijn als ze de eerste economische resultaten zien van de hervormingen. Vanaf januari merken ze het positieve effect van de taxshift op hun nettoloon. En ik denk ook dat we positieve effecten zullen zien op de werkgelegenheid en de ondernemingsinvesteringen.

“Mijn voornemen voor het nieuwe jaar is afslanken. Dat was al mijn voornemen voor 2015 maar ik heb het maar enkele maanden volgehouden. Nu heb ik de chef-kok op mijn kabinet al verwittigd.”

Christophe De Caevel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content