Marc De Vos

‘Het coronavirus is een test voor goed bestuur’

Marc De Vos Columnist

Alle landen lopen achter de feiten aan, maar wel in heel ongelijke mate. Dat zegt Marc De Vos, decaan aan de Macquarie University in Sydney.

Een week is een eeuwigheid in de oorlog tegen een virulent virus. Ik houd mijn hart vast. De geluiden uit de Belgische zorgsector zijn onrustwekkend. Geen enkel land heeft een ziekenhuiswezen op de maat van een pandemie. Maar België ontbeert blijkbaar basismateriaal en basisinfrastructuur om gezondheidsmedewerkers te beschermen, patiënten te isoleren en overslaande besmettingen te vermijden.

Het coronavirus is een test voor goed bestuur. Alle landen lopen achter de feiten aan, maar wel in heel ongelijke mate. De gebeurtenissen in China en Azië gaven heel Europa een periode om zich voor te bereiden op wat zou komen. Geen enkel Europees land heeft die tijd goed benut, de Verenigde Staten van de zwalpende Donald Trump nog minder. China leerde uit zijn fouten en ging de totale confrontatie aan. Zuid-Korea en Japan stelden een voorbeeld met grootschalige preventieve detectie. Australië is elke verspreidingsfase vooralsnog een stap voor.

Europa blijft achteroplopen en improviseren. De omvang van het overheidsbeslag en de sociale zekerheid is blijkbaar omgekeerd evenredig met de kwaliteit en de daadkracht van het bestuur. De afgang van Italië was voorspelbaar, die van België helaas ook. In een paar weken is het officiële discours in ons land gekanteld van bijna-ontkenning tot bijna-paniek. Het ontbreekt aan eenduidige communicatie en professionele aansturing, aan puur oorlogsbeleid ook. Dat zelfs corona de twistende politieke klasse niet verenigt voor het algemeen belang, is de schaamte voorbij.

Het is met andere Europese politici nauwelijks beter gesteld. De Franse president en de Duitse bondskanselier riepen allebei de grote crisis uit, maar lieten na de Europese Unie daartegen te mobiliseren. De Europese gedachte blijkt alweer een laagje vernis. Daaronder huizen kille nationalistische reflecties, uitgedragen door de grootste vaandeldragers van de Unie. Dat Italië geen mondmaskers van Europese buren kreeg, maar die bij de Chinezen moest schooien, is hemeltergend en zal lang nazinderen in de Europese politiek. Onze leiders zijn de Europese Unie levend aan het begraven. Bij de volgende verkiezingen kunnen ze alweer op de populisten schieten.

Het coronavirus is een test voor goed bestuur.

Corona wordt ook een test voor de internationale samenwerking. Het grote verschil met de bankencrisis van 2008 is de houding van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië. Toen stonden beide landen aan de wieg van de G20 om de hele wereld in crisisbeleid te verenigen. Nu staan ze beide achter dichtgetrokken landsgrenzen. Trump deed er nog een schepje bovenop door Europa als een risicogebied te vernederen. Het is ieder voor zich. Waar moet dat eindigen?

De volksgezondheid is nu de eerste prioriteit. Maar het zal niet lang duren vooraleer de economische crisis ons om het hart slaat. De economie wordt stilaan meegezogen in een infernale draaikolk van vastlopende productie, imploderende vraag, massale werkloosheid, kelderende beurzen en kredietcrisis. Als de besmetting doorzet en aanhoudt, zijn we op weg naar een donkerder scenario dan in 2008.

De buffers van toen zijn weg. De schulden bij overheden, bedrijven en gezinnen zijn vooral toegenomen. Grote sectoren zoals de luchtvaart en het toerisme zullen redding vergen. De toverdoos van de centrale banken is leeg. Als Italië echt naar beneden duikt, dreigt het de hele eurozone mee te sleuren. De politieke samenhang van de globalisering is verdwenen. Als het ieder voor zich blijft, wordt het echt lelijk. Dan zal de wereld er na covid-19 politiek, sociaal en economisch anders uitzien. Harder, oneerlijker, gevaarlijker.

Het is nog niet te laat. De banken leven. We kunnen een eenmalige economische dreun overbruggen door te verenigen in noodmaatregelen en relance. Maar met alle verdeeldheid is dat echt een grote coronatest.

Partner Content