De vergeten overheidsbedrijven

© ImageGlobe/Dann Cortier

In de formateursnota van Elio Di Rupo is geen letter te vinden over wat er met de overheidsbedrijven moet gebeuren. Onbegrijpelijk, vindt professor Herman Daems, zeker nu de overheidsschuld moet worden aangepakt.

In de formateursnota van Elio Di Rupo is geen letter te vinden over wat er met de overheidsbedrijven moet gebeuren. Onbegrijpelijk, vindt professor Herman Daems, zeker nu de overheidsschuld moet worden aangepakt. Toch nog een interessant nieuw denkspoor om onze overheidsschuld weg te werken. Er wordt veel nagedacht over hoe we het overheidstekort kunnen wegwerken. Of hoe de economische groei kan worden aangezwengeld, zodat de schuldgraad daalt.

Maar nergens hoorde je tot nu toe iets over het verkopen van overheidsactiva. Het was de Leuvense professor Herman Daems die het opperde in de krant De Tijd.

Hij stelt daar terecht dat zo’n verkoop in het verleden geen succes was, maar ‘toen werden activa zoals gebouwen verkocht die de overheid niet kon missen en die ze bijgevolg nadien opnieuw moest huren om haar activiteiten voort te kunnen zetten. Het waren de beruchte sale-and-lease-backoperaties. Boekhoudkundig was dat voor de overheid misschien slim, financieel-economisch was dat niet zo.’

Het gaat Daems, oud-voorzitter van de investeringsmaatschappij Gimv en voorzitter van BNP Paribas Fortis, over iets anders. Hij vraagt zich af wat er moet gebeuren met de (semi)overheidsbedrijven zoals Belgacom, Brussels Airport en BPost.

Daems: ‘Alle diensten en producten die door overheidsbedrijven geleverd worden, kunnen vandaag door privébedrijven aangeboden worden in een behoorlijk competitieve markt. Kijk maar naar de transport-, de post-, de media-, de telecom- en de infrastructuursector en zelfs de gezondheidszorg. Voor al die activiteiten bestaan privépartijen en alternatieve aanbieders die dat minstens zo goed doen als de overheid en meestal tegen lagere kosten.’

Daems stipt ook aan dat ‘de succesvolle overheidsbedrijven bijna allemaal hun kapitaal hebben opengesteld voor privéaandeelhouders en zo hun bedrijfseconomische revolutie hebben kunnen doorvoeren. Publieke bedrijven die een tiental jaren geleden nog een bedenkelijke reputatie hadden op het gebied van klantgerichtheid, doen het na de instap van privéaandeelhouders veel beter.’

Voor Daems moet er dan ook dringend een debat komen over het houden of verkopen van overheidsbedrijven, zeker met de huidige zware schuldencrisis. In de formateursnota van Elio Di Rupo (PS) staat daarover geen letter.

De Tijd sloeg daarna aan het rekenen. Wat kon een verkoop van overheidsbedrijven ons opleveren? Als de Belgische staat nu de (semi)overheidsbedrijven en de participaties van de Belgische staat in de banken Dexia en BNP Paribas van de hand doet, kan ze bijna 19 miljard euro vangen.

De schuldgraad van België zou zakken van 96 procent naar pakweg 90 procent van het bruto binnenlands product, en we zouden minder rente hoeven te betalen op onze schuld. In 2011 bedraagt die rentelast naar schatting 11,517 miljard euro, na de verkoop zou dat 600 miljoen minder worden.

Maar de medaille heeft natuurlijk ook een andere kant: na de verkoop is de overheid die activa kwijt en ontvangt ze ook geen dividenden meer, vandaag goed voor 791 miljoen euro per jaar.

De verkoop van Belgische overheidsactiva is dan ook geen wondermiddel om de Belgische overheidsfinanciën op orde te krijgen. Maar alle beetjes kunnen helpen. In elk geval wordt er in andere Europese landen wel nagedacht over de verkoop van overheidsactiva.

Blijft daarnaast ook het punt dat privéondernemingen vandaag ook kunnen wat die overheidsbedrijven doen, en vaak tegen een veel betere prijs.

Ewald Pironet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content