De droom en de leugen van Amerika

© Elmer van der Marel

Politiek staan Afro-Amerikanen en blanken lijnrecht tegenover elkaar. Die scheiding is het scherpst in het arme zuiden van de Verenigde Staten. Een nieuwe president zal daar niets aan veranderen. “Amerika is geen land van de onbegrensde mogelijkheden. Niet als je hier geboren bent.”

28 jaar. Zo lang zat Calvin Duncan (53) onschuldig in de gewelddadige staatsgevangenis van Louisiana in het zuiden van de Verenigde Staten. Wat hem erdoor heeft geholpen? “God. En het helpen van anderen”, vertelt hij. “Ik heb vertrouwen in het rechtssysteem in dit land. Maar veel minder in gerechtigheid. Compensatie kreeg ik niet. De overheid heeft niets voor me betekend in de terugkeer naar de maatschappij.”

Duncan staat in een smetteloos wit overhemd en een lichte pantalon voor zijn roze huisje in een achterstandswijk in New Orleans. De Afro-Amerikaan heeft zijn handen ineengevouwen en straalt rust uit. In zijn tuin staat een bordje voor de verkiezingen. Nee, geen Hillary Clinton of Donald Trump, maar Laurie White. Het is de advocaat die hem uit de gevangenis heeft geholpen en verkozen hoopt te worden tot rechter.

De Amerikanen gaan op 8 november naar de stembus. Niet alleen om hun 45ste president te kiezen. Er wordt ook gestemd voor een groot deel van de afgevaardigden in de Senaat en het Huis van Afgevaardigden in Washington. En op lokaal niveau voor gouverneurs, volksvertegenwoordigers en sleutelfiguren in de overheid, zoals mogelijk dus jurist Laurie White. Maar alle ogen zijn uiteraard gericht op de machtsoverdracht van Barack Obama en de ongekend vuile strijd tussen Hillary Clinton en Donald Trump.

Raciale polarisatie

Amerika heeft acht jaar een zwarte president gehad, maar politiek staan Afro-Amerikanen en blanken lijnrecht tegenover elkaar. Armoede speelt daarin een rol en de moeite die de zwarte bevolking heeft om mee te draaien in de maatschappij. Nergens komt de scheiding – raciale polarisatie genoemd in de VS – zó scherp terug als in het ‘diepe zuiden’. Wie hier rondrijdt, ziet weinig politieke borden in de tuinen en bumperstickers op de auto’s, maar wel zo nu en dan een Confederatievlag bij een huis. Royale, koloniale woningen wisselen zich af met smalle shotgun houses.

James Meredith (83) is een iconische figuur uit de Amerikaanse burgerrechtenbeweging die zich hard heeft ingezet voor het stemrecht van de zwarte bevolking in de VS. Hij zegt in een gesprek in Jackson, de hoofdstad van Mississippi: “Het probleem met zwarte mensen is dat ze zich te makkelijk voor de gek laten houden. De meeste Amerikanen vieren hun droom, maar houden een leugen bewust in stand.”

Meredith was in 1961 de eerste zwarte student die werd toegelaten aan de staatsuniversiteit in het conservatieve Mississippi. De plek wist hij na twee jaar procederen via de hoogste rechter af te dwingen nadat hij negen jaar voor de Amerikaanse luchtmacht had gewerkt. President John F. Kennedy kwam in aanvaring met gouverneur Ross Barnett die de toegang verbood. Meredith werd onder begeleiding van militairen toegelaten. Bij de rellen vielen doden, maar Meredith haalde in 1963 zijn diploma.

Het was een moment van historisch belang, maar de zwarte bevolking laat vandaag de dag nog altijd met zich sollen, zegt hij. “Ik heb tientallen boeken en geschriften gemaakt, maar het heeft niet veel veranderd. De verkiezing van Barack Obama was een ongelooflijk belangrijk moment in de geschiedenis van dit land. Hij zal lang in de top drie staan van de beste presidenten van de Amerikaanse geschiedenis. Maar hij heeft de zwart-wittegenstellingen niet weggenomen. Het is de grootste onopgeloste kwestie in ons land.” Over Michelle Obama was Meredith tot voor kort erg positief. Maar nu niet meer. “Ze laat zich door de gelikte Clintons misbruiken in de campagne.” De mysterieuze Meredith wil niet zeggen op wie hij gaat stemmen. “Wie zegt dat ik ooit heb gestemd?”

Waterscheiding

In het 300 jaar oude stadje Natchez, dat vroeger hét centrum van de slavenhandel was, zegt pastoor Kevin Deason (52): “De huidige politieke onrust komt voort uit angst. Er is hier in het zuiden nog zoveel haat. Mensen willen de tijd terugdraaien. Er is veel discreet racisme, achter je rug. Dat terwijl het land genezen leek. Mensen verspreiden allerlei leugens om onrust te zaaien met als enig doel ons onder de duim te houden. Net zoals dat ook ging in de tijd van de slavernij.” Barack Obama heeft volgens Deason “te weinig vrienden” gemaakt in het Congres om het verschil te maken. Deason aarzelt even om te antwoorden op de vraag of hij teleurgesteld is in de president. “Nee. Je kan als president niet je eigen agenda doorvoeren. Obama had een brede coalitie van kiezers achter zich. Hij was nooit alleen een president van de zwarte bevolking.”

Dat zegt ook Pamela Junior, directeur van het Smith Robertson Museum in een ruige buurt van Jackson. Het museum is gewijd aan de burgerrechtenbeweging en heeft een tentoonstelling over Meredith lopen. “Ik ben zó bang dat we alle strijd voor niets hebben geleverd”, zegt ze. “Er zijn hier nog veel vooroordelen. Er zijn zoveel problemen. Er is een tekort aan banen, aan goed publiek onderwijs, er is vriendjespolitiek. Mensen weten ook bar weinig over de geschiedenis van slavernij en segregatie. Ik heb hier schoolklassen op bezoek, maar ook groepen CEO’s die met schaamrood op de kaken zeggen dat ze niet wisten hoe wreed het was.” Obama gaf Junior hoop. “Het was een waterscheiding in onze geschiedenis. Als hij zijn laatste dag heeft en op het vliegtuig stapt, zullen mensen overstuur raken.”

Hillary Clinton hoopt de handschoen over te pakken van Obama. Maar dan zal ze de ongebruikelijk grote aantallen zwevende kiezers voor zich moeten winnen. In de peilingen ligt de Democrate ruim voor, maar die voorsprong op de Republikeinse zakenman Donald Trump liep de afgelopen dagen weer wat terug. Ondernemer Burnell Cotlon zegt pas in het stemhokje te beslissen. “Ik vind het vooral entertainend”, zegt hij over de verkiezingen. Tien jaar werkte hij als militair politieagent in Duitsland. Maar toen raakte zijn familie in de wijk Lower Ninth Ward in New Orleans alles kwijt door de storm Katrina en de gebrekkige hulpverlening. De school sloot de deuren en de bioscoop was weggevaagd. “Dat de buurt niet is heropgebouwd, heeft een raciale achtergrond”, weet Cotlon. “Het geld ging naar andere dingen.”

Hij besloot zelf in actie te komen en een winkel te bouwen. “Er was hier niets. Mensen moesten drie bussen nemen voor een brood.” Met zijn spaargeld kocht Corlon een totaal vervallen complex op een dode hoek. “Niemand geloofde erin. Maar het gebouw is echt een centrum geworden voor buurtbewoners. Ze staan hier soms in tranen uit dankbaarheid. Omdat ze kleding wilden, ben ik dat gaan verkopen. Mensen kunnen hier naar de kapper en een was draaien. De criminelen uit de buurt kennen me.” Toen Barack Obama een bezoek bracht, schudde Cotlon hem de hand. “Hij heeft hele zachte handen en dat heb ik hem ook verteld.” Met een brede grijns zegt Cotlon nog niet te weten of hij gaat stemmen op zijn partijgenoot Clinton. “Ik ben een doener. Ik zie wat in beide kandidaten.”

Blank achterland

In de VS woont een verbluffende 43 miljoen mensen onder de armoedegrens en toch is het geen onderwerp van de verkiezingen. Het zuiden kan zichzelf moeilijk bedruipen. De regio is voor de VS, zoals econoom Joe Stiglitz het ooit zei, “een constante verliespost”. Louisiana is voor de helft van zijn begroting afhankelijk van federaal geld. Hoewel de inkomenskloof sinds de jaren zestig is teruggebracht, zijn veel bewoners arm: een op de vijf inwoners van Mississippi. Tussen 2000 en 2014 zakte het mediaaninkomen van een huishouden in Mississippi – zwart én wit – terug met 12 procent. Dat is twee keer zoveel als het nationale gemiddelde. De economische crisis van 2007 tot 2009, ontstaan op het verre Wall Street, kwam hier hard aan. Hier gingen gemiddeld meer banen verloren dan in de rest van het land en het herstel gaat trager dan het landelijke gemiddelde.

In staten als Louisiana, Mississippi en Alabama zijn er nauwelijks zwarte inwoners die op Donald Trump zullen stemmen. Toch is Hillary Clinton hier kansloos omdat het rurale achterland vooral blank en conservatief is. Daar stemt men nauwelijks op Democraten. In het Congres is er sinds 2014 geen enkele blanke Democratische volksvertegenwoordiger meer uit de regio. Toch begrijpt de zwarte Duncan goed waarom kiezers voor Trump vallen: “Ik vind het fantastisch hoe Trump iedereen weet te vernederen. Hij geeft de zittende klasse een verdiend pak slaag. Dat hebben ze wel nodig. Maar je zal geen zwarte mensen vinden die op Trump stemmen. Ik moet wel op Hillary stemmen. Maar ik heb niet de illusie dat er iets gaat veranderen. Amerika is geen land van de onbegrensde mogelijkheden. Niet als je hier geboren bent. Buitenstaanders krijgen een nieuwe kans, maar wij niet. De zwarte bevolking wordt na de slavernij en segregatie nog altijd uitgebuit.”

Duncan heeft met de hulp van een vriend uit de gevangenis, die hij met juridische adviezen vervroegd vrij kreeg, een huisje kunnen kopen dat leegstond na de verwoesting van de storm Katrina. Hij verhuurt het via Airbnb en woont zelf in een eenvoudige aanbouw. De gevangenis aan de Mississippi-rivier, waar Duncan zat, heet in de volksmond Angola en is gebouwd op katoenplantages waar slaven uit het Afrikaanse land moesten werken. Nu zitten er vooral gevangenen met levenslange straffen of de doodstraf. Driekwart van de gedetineerden is zwart. Duncan zat hier sinds zijn negentiende vast voor een moord die hij niet had gepleegd. Justitie erkende in 2011 dat ze Duncan ten onrechte had aangeklaagd en dat het bewijs niet deugde. Toch moest hij een zogenoemde plea deal sluiten en doodslag en een poging tot gewapende overval bekennen voordat de gevangenisdeuren opengingen.

Duncan studeert nu rechten, geeft juridisch advies aan gedetineerden van Angola en helpt met de re-integratie van mensen die vrijkomen. “Mensen die vrijkomen hebben geen idee hoe ze hun leven moeten oppakken en vallen in de helft van de gevallen terug. Mensen krijgen levenslang na drie, vier kleine wetsovertredingen. Dat is onmenselijk. Een op de zeven zwarte mannen in New Orleans zit achter de tralies of is voorwaardelijk vrij. Stemrecht heb je dan niet. Ik heb dubbele gevoelens bij Obama. Ik had gehoopt dat hij meer zou doen om de armoede, geestelijke ziektes en het drugsmisbruik te bestrijden. Hij heeft het allemaal niet kunnen veranderen. Amerika heeft geen enkele aanspraak op morele autoriteit en de buitenwereld moet dat horen.”

Trump-land

Paul Theroux schreef in zijn boek Deep South met bewondering over het warmhartige karakter van mensen uit deze arme streek. Ze praten graag. Niet over hun zielenroerselen, maar over de alledaagse zaken in het leven. Vreemden begroeten elkaar in hun typisch zingende accent met how y’all doin’ of het eenvoudige how y’all? Wie in een restaurant gefrituurde kip of vis bestelt of varkensribben of griesmeel, wordt door de dames in de bediening steevast aangesproken met baby, honey of sweetie, ongeacht leeftijd en geslacht. Mannen zijn niet minder hartelijk en houden het vaak op boss of gewoon sir. De vriendelijkheid staat in schril contrast met de afstandelijkheid in de steden aan de oostkust.

“Bel me maar als je in de stad bent”, zei James Meredith niettemin kortaf. Meredith is een eigenzinnige en koppige figuur met een aantal controversiele zijstappen in zijn leven, zoals zijn werk voor de Republikeinse senator Jesse Helms in Washington. Maar binnen een kwartier staat hij inderdaad voor de deur, met een honkbalpet op van ‘Ole Miss’, de bijnaam van de universiteit waarin hij zich invocht. Meredith laat een litteken zien van een van de kogels van een witte sluipschutter die hem hadden moeten doden. Het is het tweede beroemde moment uit zijn leven: de moordaanslag op de man die met een bijbel in de hand een mars hield. “Iedereen vond me dapper. Ik was vooral verbaasd dat ik nog leefde.” Het is dit jaar precies vijftig jaar geleden. “Er is veel veranderd,” zegt hij over de rechten voor zwarte Amerikanen, “maar helaas is het meeste feitelijk hetzelfde gebleven. De zwart-wittegenstelling wordt in stand gehouden door partijen die daar belang bij hebben.”

“Ik ben heel erg nerveus”, zegt Laura, een zwarte vrouw van in de dertig, die op haar veranda in New Orleans op haar laptop naar een speech van Michelle Obama kijkt. “In New Orleans overheersen de Democraten, maar daarbuiten is het vooral Trump-land. Ik begrijp de woede van de witte man wel. Ze voelen de achteruitgang. Dat moeten we serieus nemen, ook al worden ze waanideeën voorgehouden.” De verkiezing van Obama in 2008 bracht haar, zoals zo vele Amerikanen, in tranen. Maar al snel drong de politieke realiteit tot haar door. “Hij kreeg zo weinig voor elkaar. Maar dat was vooral door de vijandige opstellingen in het Congres.”

Het kloppende hart

Een rondreis in het zuiden is niet compleet zonder een bezoek aan een van de talloze kerken in de staten Louisiana, Mississippi en Alabama. Theroux schrijft dat het zo typisch voor het zuiden is dat mensen voor alles terechtkunnen in het huis van God. “De kerk in het zuiden is het kloppende hart van de gemeenschap, het sociale middelpunt, het anker van geloof, het baken van licht, de arena van muziek…”

Met dat laatste heeft de beroemde reisverhalenauteur niet overdreven. Wie een weekje rondrijdt in het zuiden ziet tientallen kerken, klein en groot en talloze reclameborden voor God. Even buiten Memphis stroomt de Full Gospel Tabernacle op een zonnige zondagochtend vol met gelovigen in zondagse kledij, zoals hoofddeksels met bloemen en in een enkel geval een roze smoking. In het witte kerkje leidt dominee Al Green de dienst. “Gods wegen zijn ondoorgrondelijk. Kijk maar naar mij”, zegt de goedlachse zeventiger. De man met zijn zware brilmontuur is ook wereldberoemd als zanger van soul en gospel. Maar toen Green in de jaren zeventig kokend hete griesmeel over zich heen kreeg na het afwijzen van een huwelijksvoorstel van een vrouw die vervolgens zelfmoord pleegde, bekeerde hij zich tot God.

Als een Messias zegent Green kinderen in de kerk door zijn hand theatraal op hun hoofdjes te leggen. De man die bekend werd met de hit Let’s Stay Together houdt geen politieke preken in de kerk die hij veertig jaar geleden oprichtte. Maar indirect verwijst de predikant wel naar de worsteling van het gepolariseerde land en het diepe zuiden. “Mensen zijn goed in het kapotmaken van dingen”, zegt Green achter het spreekgestoelte. “Maar God zal het fixen. Jezus zal het fixen!” Dan volgt een indrukwekkende vocale uithaal. Bezoekers staan op uit hun banken. De tienkoppige band gaat spelen. De energie spat van Green af. Hij is een betere zanger dan predikant. Het koor achter hem zingt uit volle borst mee. De redding is nabij, als je maar gelooft. Na afloop keert Green graag terug op aarde. Voor de frituurhappen van Uncle Lou’s Fried Chicken.

Gerben Van Der Marel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content