Karel Anthonissen

De doorkijkbelasting is lichtzinnig

Karel Anthonissen Gewestelijk directeur bij de BBI

Voor wie niet dagelijks De Tijd leest, citeren we Koen Meulenaere, alias Kaaiman, in de krant van 14 oktober: “Koen Geens, ideale minister van Justitie. Gaat met de Kaaimantaks nu bestrijden wat hij in zijn advocatenkantoor jarenlang aan zijn klanten heeft aangeraden.”

Gwendolyn Rutten, de voorzitter van Open Vld, noemde het even de kaaimantaks, verwijzend naar offshorestructuren zoals die op de Kaaimaneilanden. Intussen staat het beestje onder professionals bekend als de ‘doorkijkbelasting’. Daarmee kan de fiscus door een opgezette structuur heen kijken naar de werkelijke rechthebbende, en bijgevolg de inkomsten in die structuur belasten als inkomsten van die belastingplichtige. Die transparantie is dus een soort fiscale fictie, maar eigenlijk is het veeleer een herstel van de realiteit. Ooit heb ik geschreven dat die structuren vaak zo licht wegen dat ze eigenlijk niet meer zijn dan een valse identiteit, waarachter een belastingplichtige zich voor de controleur verschuilt. Websites en kantoren, zoals het Haags Advocatencollectief, bieden zulke structuren aan. Op sommige van die websites kun je naast valse vennootschappen ook valse identiteitspapieren kopen. Dat zegt genoeg.

In de loop van 2008 en 2009 hebben Zwitserse banken de inhoud van belangrijke offshorerekeningen – cash, effecten en beleggingsproducten – overgebracht naar offshorevennootschappen die ze zelf aanboden. Toen leek het er nog op dat de Europese Spaarrichtlijn en de woonstaatheffing van 35 procent gemakkelijk konden worden omzeild. Het woord ‘omzeilen’ doet vermoeden dat het om belastingontwijking gaat en niet om belastingfraude. Maar niets is minder waar. In de meeste gevallen was er wel degelijk een bedrieglijk inzicht, een achterliggende bedoeling om de fiscus te benadelen, met daarbovenop de bedoeling dat verborgen te houden.

Alle adviseurs moeten hun klanten duidelijk maken dat het feestje van de belastingparadijzen stilaan voorbij is

Kaaimannen hebben een scherpe blik en een grote muil, maar de blik van Koen Meulenaere moeten we toch even scherpstellen. De minister heeft namelijk helemaal geen probleem met de kaaimantaks. Alle adviseurs moeten hun klanten duidelijk maken dat het feestje van de belastingparadijzen stilaan voorbij is. Dan rijst onvermijdelijk de vraag hoeveel dat gaat kosten. “Och, een beetje doorkijkbelasting, een kwart op de geboekte intresten vanaf nu, en die intresten zijn tegenwoordig toch al zo laag.” Met de kaaimantaks alleen oogt de toekomst fris wit voor weinig geld. En dat is een aangenaam advies om te geven.

Adviseurs die jarenlang zulke constructies aan hun klanten hebben aangeraden, zullen het minder aangenaam vinden te zeggen dat het duistere verleden daarmee niet opgeklaard is. Als dat verleden zwart is, van lichtzwart tot donkerzwart, dan is de doorkijkbelasting wel een erg lichtvoetige oplossing. Ze is ook lichtzinnig. Vergeet niet dat de vrijwillige regularisatie vorig jaar 35 procent aanrekende op verjaard kapitaal. Die kaaimanstructuren dienen uiteraard vooral om zogenoemd verjaard kapitaal veilig te verstoppen.

Adviseurs die zulke constructies nooit hebben opgezet, moeten in plaats van de doorkijk- of doorbraakbelasting veeleer een afbraak- of liquidatiebelasting aanraden. Als het verbergen van zwart geld geen zin meer heeft — de witwaswet spreekt van ‘verhelen’ en ‘verhullen’ — en als alles transparant wordt, dan hebben die structuren geen betekenis meer. Dan kunnen we ze evengoed afbreken of opruimen. Maar het herstel of de restitutie van het verleden mag wel wat meer kosten dan enkele kaaimaneitjes die gauw op het strand worden achtergelaten, in de hoop dat de kaaiman zelf niet wordt gepakt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content