De balans: zoek het begrotingsbeleid

Staatssecretaris voor Begroting Eva De Bleeker (Open Vld) © belga
Alain Mouton
Alain Mouton Redacteur bij Trends

De Belgische begrotingscijfers zien er dankzij de aantrekkende economie minder dramatisch uit dan gedacht. Maar de vooruitzichten op langere termijn blijven somber. De opvang van de vluchtelingen uit Oekraïne en de dreiging van een recessie door de oorlog zullen de budgettaire meevallers doen smelten als sneeuw voor de zon. Een sense of urgency op begrotingsvlak is echter nergens te bespeuren.

In de Wetstraat gaat het gros van de aandacht dezer dagen naar het debat over de kernuitstap en de zware logistieke taak om de stroom aan Oekraïense vluchtelingen in goede te banen te leiden. Men zou bijna vergeten dat de federale regering zich eind maart en begin april altijd onledig houdt met een begrotingscontrole. Dat zorgt steevast voor politieke spanningen.

Dat is voorlopig niet het geval. Ondanks een verwacht overheidsdeficit van 22,8 miljard euro of 4,2 procent van het bruto binnenlands product (bbp) is er geen sprake van een sense of urgency. Een belangrijke reden daarvoor is het net verschenen rapport van het Monitoringcomité, de groep ambtenaren die de staatsfinanciën onder de loep neemt. Dat Monitoringcomité had niet direct slecht nieuws. Het begrotingstekort van 22,8 miljard euro kleurt minder rood dan gedacht. Aanvankelijk werd een deficit verwacht dat 2,4 miljard euro of 0,6 procent van het bbp hoger lag.

De reden? De aantrekkende economie van het voorbije jaar heeft voor heel wat extra fiscale inkomsten gezorgd. Die liggen met 135 miljard euro een stuk hoger dan de oorspronkelijk begrote 128,7 miljard euro. Vooral de btw-inkomsten zijn gestegen met 2,4 miljard euro. Er wordt meer geconsumeerd, en dat brengt extra btw in het laatje. Ook de consumptietaks op de gestegen energieprijzen was de voorbije maanden een cadeau voor de staatskas. Ook andere fiscale inkomsten namen toe, zoals de voorafbetalingen en de vennootschapsbelastingen. Tekens 800 miljoen euro extra.

Wat bij een recessie?

Op basis van die cijfers zou men kunnen besluiten dat de begrotingscontrole een fluitje van een cent wordt. En dat de aantrekkende economie het deficit de komende maanden langzaam maar zeker zal doen dalen zonder grote inspanningen. Alleen is het rapport van het Monitoringcomité geschreven op een moment dat er nog geen sprake was van een Russische inval in Oekraïne. De impact daarvan op de overheidsfinanciën dreigt zeer ingrijpend te zijn. Wat als we de komende kwartalen met een nulgroei of misschien een korte recessie door de oorlog worden geconfronteerd? Dat betekent direct minder overheidsinkomsten door een slabakkende groei.

De overheidsuitgaven zullen niet afnemen. Door de krappe arbeidsmarkt zal de impact van een recessie op bijvoorbeeld de werkloosheidsuitkeringen beperkt blijven. Maar de hoge inflatie door de oorlog zal maken dat de spilindex versneld overschreden wordt, waardoor lonen van ambtenaren en de uitkeringen versneld zullen worden aangepast aan de levensduurte: dit jaar in juli in plaats van in oktober.

Op langere termijn zijn hogere defensie-uitgaven onvermijdelijk. De federale regering trekt die de komende jaren met miljarden euro’s op en men is volgens premier Alexander De Croo (Open Vld) nog niet aan het einde van dat proces.

Oekraïense vluchtelingen

Ook de Oekraïense vluchtelingencrisis zal de begroting bezwaren, vooral die van de deelstaten die een groot deel van de opvang op zich moeten nemen. En als ze het niet zelf doen, moeten de gewestregeringen de lokale besturen te hulp snellen. Vlaanderen, dat er financieel het beste voorstaat, is ervan overtuigd die uitdaging te kunnen aangaan. Maar in Wallonië en Brussel is het veel stiller. Waalse ministers die daar de voorbije dagen over werden aangesproken tijdens de Franstalige tv-debatten, hadden allemaal een bedrukt gezicht. Men wil wel helpen en er zullen middelen vrijgemaakt worden voor de opvang van vluchtelingen. Maar aan de lichaamstaal van de Waalse en Brusselse excellenties te zien, was de boodschap: “Eigenlijk hebben we daar het geld niet voor.”

De vergeten pensioenfactuur

Kortom, de budgettaire meevallers die in het rapport van het Monitoringcomité staan, zullen snel smelten als sneeuw voor de zon. Staatssecretaris voor Begroting Eva De Bleeker (Open Vld) beseft dat. Onder andere in een interview met de Ochtend op Radio 1 waarschuwde ze dat er na de crisisuitgaven voor corona en de opvang van de vluchtelingen tijd is voor een rigoureus begrotingsbeleid. En dat passeert via hervormingen die een positieve impact hebben op de staatsfinanciën. Een echt begrotingsbeleid dus, dat nu al jaren zoek is. De Bleeker wijst op de behoefte aan structurele maatregelen die de werkzaamheidsgraad optrekken. Alleen zijn de plannen die Vivaldi recent heeft afgeklopt onvoldoende. Om nog maar te zwijgen over de eerste voorzichtige plannen om de langdurig zieken te activeren. Daar is nog een zeer lange weg af te leggen. Volgens de meest recente cijfers kostten de bijna 440.000 langdurig zieken en arbeidsongeschikten in 2019 212 miljard euro aan de staatskas.

En dan is er de stilaan vergeten pensioenfactuur. De vergrijzingskosten lopen de komende jaren op van 20 naar 23 procent van het bbp. Volgens De Bleeker stijgen de pensioenuitgaven dit jaar met 1 miljard euro door de inflatie. Volgens haar kunnen die kosten enkel binnen de perken worden gehouden door een grondige pensioenhervorming. Maar gezien de samenstelling van Vivaldi met vooral de socialisten die de hakken in het zand zetten, is de staatssecretaris een roepende in de woestijn.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content