Hoe Belgisch is Belgische chocolade nog?

© belga
Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

Drie kwart van de Belgische chocoladeproducenten zijn nog altijd puur Belgisch, maar de grote kleppers hebben buitenlandse eigenaars. “Het aandeelhouderschap is in buitenlandse handen. En dan? De chocolade is en blijft Belgisch.”

Hoe Belgisch is Belgische chocolade nog? Die vraag stond eind mei boven een artikel in de Britse krant The Guardian. De aanleiding was de bekendmaking dat een investeringsfonds uit Qatar een controlebelang had genomen in Galler. Het fonds had al sinds 2006 een belang in die Waalse pralinemaker.

The Guardian stelde vast dat Guylian in handen is van de Zuid-Koreaanse chaebol Lotte. Jacques behoort toe aan de Nederlandse Baronie Groep, een van de grootste chocoladeproducenten in België en Nederland. En Côte d’Or, de marktleider in België met bijna een kwart van de chocoladeconsumptie, is een merk van de beursgenoteerde voedingsgigant Mondelez.

Trends analyseerde het aandeelhouderschap en de cijfers achter de Belgische chocolademakers. Zij hebben zich verenigd in de sectorvereniging Choprabisco. Daartoe behoren 83 vennootschappen. Twee producenten zijn geen lid: Pierre Marcolini en Baronie Groep.

Van die 83 vennootschappen worden er 61 gecontroleerd door Belgen en 19 door buitenlanders. Drie kwart van de Belgische chocoladeproducenten is dus Belgisch. Opvallend: chocolade blijkt niet noodzakelijk een lucratieve business, want bijna een vijfde van de ondernemingen is verlieslatend. Enkele zijn virtueel failliet.

Wereldwijde multinational

De grote kleppers zijn wel in buitenlandse handen. Cargill heeft in Moeskroen een van de grootste fabrieken voor dekchocolade in Europa. Het gaat om leveringen van minimaal 6 ton, die in tankwagens naar heel Europa worden uitgevoerd. De productiecapaciteit werd vijf jaar geleden verdubbeld. Het premiumpralinemerk Godiva werd in 2007 verkocht aan de Turkse groep Ülker.

Tot 2016 boekte Godiva een overgedragen verlies van 92 miljoen euro, maar Ülker blijft in het bedrijf investeren. In het boekjaar 2016 haalde Godiva een bedrijfswinst van 25 miljoen euro op een omzet van 491 miljoen euro.

De chocoladefabriek van Barry Callebaut in het Oost-Vlaamse Wieze is de grootste van de wereld. Wieze is ook het kenniscentrum voor de wereldwijde marktleider in chocolade. Maar de eigenaar is een Zwitserse beursgenoteerde onderneming, gecontroleerd door de familie Jacobs.

Hadden de voormalige Belgische eigenaars hun bedrijf in 1981 niet verkocht, dan kon die groep zijn uitgegroeid tot een sterke, wereldwijde voedingsmultinational. Want de Belgische chocolade zit in de lift. De productie neemt toe, vooral door de export (zie grafiek). De binnenlandse consumptie is stabiel tot licht dalend.

“Het aandeelhouderschap is in buitenlandse handen. En dan?” vindt Guy Gallet, de secretaris-generaal van Choprabisco. “De chocolade is en blijft Belgisch. Uiteraard moet Belgische chocolade in eigen land worden gemaakt. Je mag de consument niet misleiden over de oorsprong van voedingswaren. Vergelijk het met Franse wijnkastelen. Vele zijn in buitenlandse handen, maar de wijnen zijn daarom niet minder Frans. De werkgelegenheid en de toegevoegde waarde worden in eigen land gecreëerd.”

Barry Callebaut investeert tot eind 2018 tientallen miljoenen euro’s om zijn productiecapaciteit in België uit te breiden met een vijfde. Naast de fabriek in Wieze krijgt Barry Callebaut er een chocoladefabriek in Halle bij. Daar wordt tot 2019 het legendarische merk Côte d’Or gemaakt. De vorige eigenaar, Mondelez, verkocht de fabriek eind 2016 aan Barry Callebaut voor een prikje: nauwelijks 4,9 miljoen euro, terwijl Mondelez nog eens 19 miljoen euro moest afboeken. De deal houdt in dat Barry Callebaut jaarlijks 30.000 ton chocolade levert aan Mondelez. De productie van Côte d’Or wordt vanaf 2019 verplaatst naar fabrieken van Mondelez in Europa. Die wordt gemaakt met Belgische chocolade, want die komt nog altijd uit Halle. “Maar de consument misleiden mag niet”, benadrukt Guy Gallet. “Het land waar Côte d’Or echt wordt gemaakt, moet op de verpakking staan.”

Hoe Belgisch is Belgische chocolade nog?
© Emy Elleboog

De laatste grote Belgen

“Moet het aandeelhouderschap Belgisch zijn? Als Jupiler door Heineken wordt overgenomen en nog altijd in Jupille wordt gebrouwen, is het dan nog Belgisch bier?” vraagt Ignace Van Doorselaere zich af. Hij is sinds 2017 de CEO van Neuhaus. Dat behoort tot de United Belgian Chocolate Makers (UBCM), dat in handen is van de Compagnie du Bois Sauvage, een beursgenoteerde holding met Belgische aandeelhouders. UBCM, dat vorig jaar 204 miljoen euro omzet boekte, is de grootste chocoladespeler in Belgische handen. De tweede grote Belgische chocolademaker is Belcolade. De dochter van de voedingsmultinational Puratos noemt zich graag “het laatste echt Belgische chocoladebedrijf”. Belcolade maakt dekchocolade, als toeleverancier voor producenten van consumentenchocolade.

Hoe Belgisch is Belgische chocolade nog?
© Emy Elleboog

“Voor mij is chocolade Belgisch als het totale verwerkingsproces in België gebeurt”, vervolgt Van Doorselaere. “Het beslissingscentrum moet in België liggen. Dat werkt gewoon beter. Het gaat sneller, je voelt elkaar aan. Zijn dat objectieve factoren? Nee. Werkt het anders? Ja. Keuzes over kwaliteit en innovatie gaan anders met Belgische aandeelhouders. Moet de consument dat weten? Ik vind van wel.”

“Onze Duitse eigenaar geeft ons vooral extra mogelijkheden”, zegt Peter Bruynooghe, de verkoopdirecteur van Kim’s Chocolates in Tienen. “Een kapitaalkrachtige eigenaar maakt onderhandelingen met de banken gemakkelijker. Eén keer per maand rapporteren we aan onze Duitse aandeelhouder de gang van zaken tijdens de raad van bestuur. Maar in de operaties laten ze ons ongemoeid.”

Kim’s Chocolates vierde vorig jaar zijn dertigjarige bestaan. Oprichter Fons Maex heeft nog een kwart van de aandelen, de Duitse familiale groep Windel kocht drie kwart van de aandelen in 2003. In het boekjaar 2016-2017 haalde het bedrijf een omzet van 54,5 miljoen euro en een bedrijfswinst van 3,3 miljoen euro. De voorbije zes jaar is de omzet verdubbeld, vooral door de export, die goed is voor bijna 90 procent van de verkoop. “We groeien met de bestaande klanten en we halen nieuwe klanten binnen”, zegt Bruynooghe.

PETER BRUYNOOGHE
PETER BRUYNOOGHE “Je hebt Belgische en Zwitserse chocolade. Heel veel verder volgt al de rest.”© Emy Elleboog

De aandeelhouders investeren volop. In 2007 opende Kim’s Chocolates een gloednieuwe fabriek. In 2018 wordt alweer 16 miljoen euro uitgetrokken voor de uitbreiding van een fabriek, die zes dagen op zeven het etmaal rond chocolade maakt. Ook de volgende jaren wordt 20 tot 25 miljoen euro geïnvesteerd. De aandeelhouders stellen zich tevreden met een karig dividend: 200.000 euro in 2016-2017.

Kleiner is fijner

Met zijn omzet van 54 miljoen euro behoort Kim’s Chocolates niet tot de grote buitenlandse kleppers. Maar voor de chocoladebedrijven die nog volledig in Belgische handen zijn, is dat een hoog cijfer. Het gros zit in het segment van de kleine tot middelgrote spelers. Een paar overstijgen de grens van 10 miljoen euro omzet, zoals Gudrun in Lier (31 miljoen euro), Libeert in Komen (26 miljoen euro) en The Belgian Chocolate Group (44 miljoen euro) van de Kempense ondernemer Marc Pauwels.

Tot de volbloed Belgische kleinere spelers behoren ook lokale chocolatiers. Die ambachtslui kunnen kleine, maar doorgaans mooie cijfers voorleggen. “Ze gaan vaak verder dan de eigen gemeente”, weet Guy Gallet. “Ze leggen de focus op een niche, met een mooi verhaal. En zelfs als ze heel klein zijn, kunnen ze ver exporteren. In Zelzate heb je Chocolaterie De Graeve. Dat bedrijf heeft twee werknemers, maar het exporteert tot in Japan. Japanners zijn zeer veeleisend.” Duva uit Deinze maakt fruit, gecoat met chocolade. Een andere niche is gezonde chocolade. Nv Klingele Chocolade uit Evergem is een specialist in lactose- en suikervrije chocolade. De Trends Gazelle van 2016 en 2017 groeit continu, en won in 2017 ook nog eens de Leeuw van de Export.

DIRK NAERT EN MIEKE VANDENBERGHE
DIRK NAERT EN MIEKE VANDENBERGHE “Wij hebben vanaf de start gekozen voor pralines met alcohol.”© Emy Elleboog

Dirk Naert en Mieke Vandenberghe zijn de zaakvoerders van Chocolaterie Carré in Moen. Ze hebben een winkel en een productiehal. “Wij hebben vanaf de start gekozen voor pralines met alcohol. Dat vergt een heel eigen productieproces, met veel handwerk. Het is heel ambachtelijk.” Twee decennia na de start heeft Chocolaterie Carré tachtig soorten pralines met alcohol, zoals cointreau, grappa en whisky. De best verkochte variant is ChocOBeer, met bier van de brouwerijen De Halve Maan (Brugse Zot), Palm (Palm en Rodenbach) en Vander Ghinste (Omer). “Mijn grote droom is een praline met Duvel. Maar de brouwerij heeft nog niet toegehapt”, zegt Dirk Naert.

De balans van Chocolaterie Carré is vrij klein maar kerngezond, met een balanstotaal van 1,3 miljoen euro en een eigen vermogen van bijna 1 miljoen euro. 55 procent van de productie wordt geëxporteerd. En de groei is nog niet voorbij. Naert: “We produceren tot 1 ton per dag. We willen ons zeker niet vergalopperen. We gaan stap voor stap.”

‘Chocolade is bijna een godsdienst’

Belgische chocolade blijft wereldwijd in trek. Het buitenland wil daarvoor meer betalen. “We zetten heel duidelijk ‘Made in Belgium’ op onze verpakkingen”, meldt Peter Bruynooghe van Kim’s Chocolates. “Dat is een entreekaartje. Je hebt Belgische en Zwitserse chocolade. Heel veel verder volgt al de rest.” De Duitse eigenaar Windel benadrukt graag de “Belgische chocoladekunst” en “de wereldwijde behoefte aan Belgische pralines en chocolade van de hoogste kwaliteit”. Bij Barry Callebaut trekt marketingdirecteur Sofie De Lathouwer dezelfde conclusie. “Belgische chocolade leeft in de wereld. In China wordt die als van hogere kwaliteit beschouwd. De productie verplaatsen naar het buitenland gaat niet zomaar. Reclame met als label ‘gemaakt met Belgische chocolade’ doet de verkoop stijgen.”


Erfgoed, traditie, geschiedenis, vakmanschap, creativiteit rechtvaardigen de premiumprijs. “De connotatie met premium hangt samen met vertrouwen in passie, in traditie, in een compromisloze kwaliteit”, vindt Ignace Van Doorselaere, de CEO van Neuhaus. “Dat is ook terecht. België is goed in voeding – het zit in onze genen – en het is goed in chocolade. Consumenten hebben vertrouwen in ons. Daarom moeten we zeer streng blijven voor onszelf. We moeten blijven experimenteren met nieuwe smaken en gastronomische concepten. Nooit opgeven. Want chocolade is bijna een godsdienst.”

Hoe Belgisch is Belgische chocolade nog?
© Emy Elleboog
Hoe Belgisch is Belgische chocolade nog?
© Emy Elleboog
Hoe Belgisch is Belgische chocolade nog?
Hoe Belgisch is Belgische chocolade nog?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content