‘Gutenberg ligt definitief achter ons’

© Kris van Exel

Group Joos staat al een leven lang bekend als een klassieke drukker. CEO Alex Joos voegt er nu een nieuwe dimensie aan toe met de keuze voor digitalisering. “Maar papier heeft nog veel onderschatte troeven.”

De oerklassieke Group Joos meet zich een nieuw digitaal kleedje aan. Groot geworden met ketting- en belastingformulieren en verkiezingsdrukwerk, is het meer dan ooit tijd voor de papierloze maatschappij. CEO Alex Joos broedt al jaren op een omslag. Hij liet een nieuwe digitale fabriek aan de rand van Leuven bouwen en vernieuwde de raad van bestuur, die voortaan wordt voorgezeten door Koenraad Debackere, een mastermind in strategie.

Zou u dit een historisch moment durven te noemen in de geschiedenis van de Group Joos?

ALEX JOOS. “We zijn al met digitalisering bezig sinds het begin van de jaren negentig. Toen werd de printertechnologie gedigitaliseerd en vond het ‘dynamisch drukken’ ingang onder impuls van bedrijven zoals HP en Xeikon. Gutenberg ligt al een hele tijd achter ons. Om te overleven hadden we twee mogelijkheden. Een: via consolidatie. We hebben Multi Rota uit Bornem (1995) en Monti uit Lier (in 2013) overgenomen. Papier is nooit weggeweest en blijft belangrijk. Maar er is een dimensie bij gekomen onder druk van de mogelijkheden van het internet. Dat leidde naar de tweede manier om te overleven: diversificatie. Het is onze prioriteit om ons in de markt te onderscheiden door onze opdrachtgevers diensten aan te bieden die het leven van hun klanten gemakkelijker maken. Een beetje weg van de papierwinkel.

“Sommigen zeggen dat we ons basisproduct – papier – kannibaliseren. Dat is maar deels zo, want het klassieke drukken zweren we niet af. Ook daar zijn er technologische veranderingen in de kleur, de presentatie en het ontwerp. We voegen er met onze nieuwe divisie Joos Hybrid een dimensie aan toe. We leveren nu meer dan één product en meer dan één dienst.”

Waarom hebt u geïnvesteerd in Leuven en niet in uw historische thuisbasis Turnhout?

JOOS. “In 2004 hebben we het printcentrum van het Leuvense Ardatis (het vroegere Orda-B) overgenomen. We hebben de stakeholders beloofd daar actief te blijven. Nu hebben we alle digitale activiteiten onder Joos Hybrid gecentraliseerd in een nieuw gebouw in de bedrijvenzone van Haasrode. Maar onze klassieke drukkerijactiviteiten blijven in Turnhout.”

Durft Group Joos ook de grenzen open te breken? Voorlopig is de export (amper 15 %) nog beperkt, met enkel activiteiten in Nederland en Frankrijk.

JOOS. “In de klassieke print zijn we de grens overgestoken met een filiaal in Nederland en voelen we de druk komen van over heel Europa. We zijn via een agent ook actief in een aantal Afrikaanse landen, zoals Congo, Rwanda en Burundi, waar klassieke print van documenten (cheques, waardepapieren) nog altijd erg in trek is. In de digitale wereld staat alles daar nog te gebeuren.

“Toegegeven, de export mag iets meer zijn. Met Joos Hybrid is het allemaal nog een vrij lokale bedoening. Maar we hebben ook internationale ambities. Ons businessplan en ons digitaal platform kunnen we perfect kopiëren in andere landen. Maar het is nu nog te vroeg. We houden via het netwerk van Eforma (een wereldwijd netwerk van grafische bedrijven, nvdr) alle mogelijkheden open om ook in het buitenland een rol te spelen, bij voorkeur via partnerships met gelijkgestemde collega’s. Als het zover komt, zal de focus op West-Europa liggen.”

U hebt ook een nieuwe raad van bestuur, met een nieuwe voorzitter: Koenraad Debackere. Wat heeft u allemaal opgestoken van zijn voorganger Luc De Bruyckere?

JOOS. “Zijn meerwaarde voor een familiebedrijf als het onze was bijzonder groot. Hij heeft het bedrijf, het managementteam en mezelf helpen te professionaliseren. Hij heeft binnenskamers meer dan eens gezegd dat we te lief waren voor elkaar, op zijn Kempisch. We dekten nog te veel met de mantel der liefde toe, terwijl het bedrijf daar geen voordeel bij had. Onder impuls van De Bruyckere heb ik begrepen dat het belang van het bedrijf altijd voorrang heeft op de persoonlijke belangen van de familie. Dat heeft in 2012 geleid naar een buy-out, waarbij ik mijn twee zussen en mijn broer als aandeelhouders heb uitgekocht. Het was geen gemakkelijke oefening, maar ze was noodzakelijk voor het bedrijf.”

“Omdat we een uit de kluiten gewassen kmo zijn, hebben we moeten leren ook verhitte discussie aan te gaan. Ook al ben ik de enige aandeelhouder, ik zit hier heus niet om mijn eigen goesting te doen. Dit bedrijf gaat door een proces: van generalist naar specialist. Dan heb ik specialisten rondom mij nodig, en die heb ik nu met de vernieuwde raad van bestuur. Ze weten dat ze voluit voor hun mening moeten gaan. Maar goed ook. Het kan het managementteam alleen maar vooruit stuwen. Zo is het de voorbije jaren altijd geweest. Luc De Bruyckere heeft me ooit een fantastisch compliment gegeven, toen hij me toevertrouwde dat hij mijn grote luisterbereidheid erg apprecieerde. Elders is het soms anders, zei hij.”

Zou u de digitalisering van de maatschappij een evolutie of een revolutie noemen?

JOOS. “Ik geloof niet echt in revoluties. Alles is het proces van een langzame evolutie. Alles is voortdurend in verandering. De oprukkende digitalisering is niet meer te stoppen en we hebben besloten om met ons bedrijf niet alleen versneld de omslag te maken, maar ook een geloofwaardige voortrekkersrol te spelen en de klanten te begeleiden in die omschakeling.”

Cruciaal is de vraag hoe snel de bedrijfswereld zal volgen. Uber heeft bijvoorbeeld de perfecte technologie, maar is de markt er ook rijp voor?

JOOS. “Ik vraag me altijd af hoe het komt dat de taxichauffeurs Uber niet zelf hebben uitgevonden. In plaats van er stakingen tegen te organiseren. De meest conservatieve reactie tegen digitalisering is altijd: ‘Zal dat onze klassieke business niet ondergraven?’ Als dat zo is, dan moet het maar en moeten wij op de trein springen. Ons familiebedrijf is aan die verandering toe. Want als wij het niet doen, dan zal een ander wel klaarstaan. We hebben heel duidelijke ambities. Als er ooit een papierloze maatschappij komt, dan moet het aanbod van Group Joos toekomstbestendig zijn.”

Welke veranderingen in de regelgeving zou u de minister van Digitale Agenda Alexander De Croo (Open Vld) vragen?

JOOS. “Ik denk dat de regelgeving in grote lijnen mee is met de digitale evolutie. Niet de middelen om tot meer digitalisering te komen, zijn het belangrijkste, maar wel het einddoel. En dat is: alle communicatie vereenvoudigen dankzij de modernste technieken. Het stoort me soms als ik ondernemers hoor zeggen: ‘Wat kost dat allemaal?’ Terwijl de vraag moet zijn: ‘Hoeveel efficiënter zal er gewerkt worden en waar is het belang van de klant in dit alles?'”

Kost de digitalisering werkgelegenheid of creëert ze er net?

JOOS. “Ze creëert er. De digitalisering kost inderdaad banen, maar anderzijds worden heel veel nieuwe banen in het leven geroepen. Andere banen. De technologie mag fantastische mogelijkheden bieden, toch zal je mensen nodig hebben die al dat technologisch geweld perfect kunnen aansturen.”

Digitalisering is een kwestie van kennis. Ziet u voldoende leergierigheid bij uw werknemers en klanten?

JOOS. “De digitalisering brengt behoorlijk wat onzekerheid mee. ‘Zullen we die omslag wel aankunnen?’ Gelijktijdig merk ik ook nieuwsgierigheid en bereidheid om mee te zijn met de nieuwe technologie. Ik denk dat de grootste rol daar is weggelegd voor het onderwijs. Daar moet de basis worden gelegd en de interesse worden aangewakkerd. De bedrijfswereld moet interne opleidingen organiseren. Dat doen wij.”

Hebt u aandacht voor cyberbeveiliging?

JOOS. “We bereiden ons samen met experts op alles voor, want de oprukkende digitalisering kan veiligheidsproblemen met zich brengen. We investeren meer dan 1 miljoen euro in hardware via externe datacenters. We halen daarmee de hoogste beveiligingsnormen. We zijn nu al mee met de nieuwe privacywetgeving. Er komt in 2018 een Europese wetgeving aan die kmo’s verplicht hun informaticasystemen voldoende te beveiligen.”

U biedt onder meer een e-mailservice aan. Experts twijfelen of dat nog een communicatiedrager van de toekomst wordt. Facebook zou het hele speelveld domineren.

JOOS. “Ik geloof nooit dat er in de toekomst maar één drager zal zijn. Maar ik stel ook vast dat het belang van e-mails afneemt, omdat het allemaal te veel wordt en te veel tijd opslorpt. Ik geloof wel dat de directe communicatie belangrijker en belangrijker zal worden. Chatten en videoconferenties zijn in opmars.”

Hoe ver zijn we nog verwijderd van de papierloze maatschappij?

JOOS. “Dat papier zo’n gigantische ecologische voetafdruk zou hebben, klopt niet. Google en Facebook zorgen elk voor veel meer CO2-uitstoot dan de grafische sector. Papier is nog altijd een fantastische drager en heeft veel onderschatte troeven: het is een natuurlijk product, het is afbreekbaar en recycleerbaar. In de papierverwerkende sectoren gebeurt dat in gesloten processen.

“Het is een en-en-verhaal. Papier zal overleven in een digitale wereld. Er zullen altijd mensen zijn die een factuur op papier willen. En anderen zullen datzelfde document kunnen raadplegen via een app op hun smartphone. Of misschien wordt papier iets exclusiefs en gebeurt de massaconsumptie in de digitale wereld.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content