‘Grootbanken hebben het boetekleed afgelegd’

Na veertig jaar bij Europabank gaat Rudy Van Hecke (62) met pensioen. Tevreden over zijn carrière, misnoegd over de taksen die de kleine spaarbanken disproportioneel zwaar treffen. “Zeven jaar na de financiële crisis hebben de grootbanken het boetekleed afgelegd en verwerpen ze elke vorm van solidariteit als het erop aankomt de factuur te betalen.”

Veertig jaar werkte Rudy Van Hecke voor Europabank, de bank die dit jaar haar vijftigste verjaardag vierde. Niemand kent beter het DNA van de bank uit Gent, die zich specialiseerde in consumenten- en beroepskredieten. “Ik noem hem mijnheer Europabank”, zegt een collega-bankier. “Hij wist altijd de lijn van de bank te bewaken, eerst achter de schermen en de jongste vijf jaar als directievoorzitter.”

Voor mij zit een tevreden man. “Ik heb jaren met een goede groep mensen gewerkt”, vertelt Van Hecke. “In een klein, overzichtelijk bedrijf dat elk jaar groeide en steevast mooie resultaten neerzette. Ik woon ook maar op een handvol kilometer van de bank. Daardoor was mijn werk-privébalans in evenwicht. Wat ik het meeste ga missen is het contact met jonge mensen. Ik hield ervan hen uit te dagen.”

Nochtans kende Europabank een bewogen geschiedenis (zie De geschiedenis van Europabank). Tussen begin de jaren negentig en 2004 veranderde de bank vier keer van eigenaar. “Maar we zijn er altijd in geslaagd onze autonomie te behouden”, zegt Van Hecke. “Goede resultaten boeken, dat is de beste verzekeringspolis om je koers te kunnen varen.”

In 2004 werd Europabank overgenomen door het toenmalige Landbouwkrediet en sindsdien maakt de bank deel uit van de Crelan-groep. Tot wederzijdse tevredenheid. “Zonder de steun van een grotere groep zou het moeilijk zijn om als kleine bank te overleven. Wij profiteren van belangrijke synergie in risicobeheer, audit, IT, compliance. Ook commercieel werken we goed samen.”

Wat waren de moeilijkste momenten in uw carrière?

RUDY VAN HECKE. “Elke keer als de bank van eigenaar veranderde, ging dat gepaard met een pak stress. Je moet telkens weer de belangen van de organisatie en de medewerkers verdedigen. Ik ben in 1996, toen Ackermans & van Haaren ons kocht, lid van het directiecomité geworden. Maar twee jaar later kocht Luc Bertrand Bank van Breda en kwamen wij bij de Nederlandse groep Achmea terecht. Die had een groot project voor een Europese bank-verzekeringsgroep. Pan-Europees en bancassurance, dat waren eind de jaren negentig de modewoorden in de sector. (lacht) En double digit en shareholder value.

Shareholder value klinkt mooi maar komt meestal neer op winstmaximalisatie. Daar zijn veel problemen uit voortgekomen, zoals het Enron-schandaal in de Verenigde Staten en later de financiële crisis. Als management hebben wij in die periode getracht de autonomie van de bank te vrijwaren en het personeelsbestand op peil te houden. Dat is gelukt doordat we steevast goede resultaten konden voorleggen.”

Pas in 2004 kwam Europabank in rustig vaarwater.

VAN HECKE. “Enkele investeringen van Achmea bleken na het barsten van de dotcombubbel zwaar verlieslatend. Europabank werd te koop gezet. Zo zijn wij in 2004 bij Landbouwkrediet, nu Crelan, terechtgekomen. We waren complementair: zij stonden sterk in landelijke gebieden en wij in de steden. Onze specialiteiten, consumentenkrediet en betaalkaarten, waren voor hen onontgonnen terrein. Maar het belangrijkste was dat het meteen klikte.”

Zou het nog mogelijk zijn om als kleine bank alleen te overleven?

VAN HECKE. “Het kan op twee voorwaarden. Je moet een financieel krachtige aandeelhouder hebben, die genoegen neemt met een bescheiden rendement. En je moet een niche vinden waarin je voldoende marge kunt maken. Wie de grootbanken wil volgen en veel producten en diensten aanbiedt, zal het wellicht niet halen. Europabank maakt duidelijke keuzes: wij verkopen geen enkel product waaraan we niets verdienen. Dat klinkt vanzelfsprekende, maar is het niet. Op de bulk van de woonkredieten wordt nauwelijks winst gemaakt. Europabank biedt ook hypothecaire kredieten aan, maar niet voor nieuwbouw. We zoeken niches met een aanvaardbare rentemarge.”

Europabank is toch vooral bekend voor zijn specialisatie in consumentenkrediet?

VAN HECKE. “Historisch was dat ons model: deposito’s ophalen en omzetten in consumentenleningen. De marge daarop is hoger, maar het risico ook. Door een goed financieel portret van onze klanten op te stellen, beperken wij het kredietverlies. Vorig jaar zaten we aan 1,1 procent.

“De jongste jaren hebben we onze kredietactiviteit gediversifieerd. De helft van onze productie bestaat uit beroepskredieten. Na de financiële crisis waren er veel zelfstandigen en kleine ondernemers die niet vlot aan kredieten geraakten. Wij zijn in dat gat gesprongen: professionele kredieten, kleine investeringskredieten voor zelfstandigen en kleine ondernemingen, maar ook financiële leasing en kaskredieten.”

Consumentenkrediet heeft al jaren een slechte reputatie. Terecht?

VAN HECKE. “Niet echt. Vaak verliest men uit het oog dat consumentenkrediet een belangrijke positieve impact heeft op de economische groei. De negatieve perceptie wordt in de hand gewerkt door politici die te pas en te onpas beweren dat banken zomaar kredieten uitdelen aan mensen die over onvoldoende terugbetalingscapaciteit beschikken. Maar dat is niet zo. Wij geven niet zomaar een lening aan iemand. Aan elk consumentenkrediet gaat een grondige screening van de financiële draagkracht van de klant vooraf.”

Sinds enkele maanden is er een nieuwe wettelijke regeling voor consumentenkrediet, die de consument nog beter beschermt.

VAN HECKE. “Met een betere bescherming van de consument heb ik geen moeite. Integendeel, ik vind dat mensen die te goeder trouw zijn en die door omstandigheden in de problemen komen, moeten worden geholpen. De voornaamste factor waardoor mensen betalingsachterstand oplopen, is banenverlies. Zij hebben recht op een collectieve schuldregeling, waarbij een deel van de schulden of de intresten wordt kwijtgescholden. Maar er zijn ook voorbeelden van manifest bedrog, waarbij rechtbanken toch de voordelen van de collectieve schuldregeling toekennen. Dat kan ik als bankier moeilijk aanvaarden. Een kredietnemer heeft, net als een kredietgever, rechten en plichten.”

In de jaren voorafgaand aan de financiële crisis deden veel bankiers meewarig over uw zakenmodel. Zij pakten uit met veel hogere rendementen. Hoe hebt u die periode beleefd?

VAN HECKE. “Wij zaten daar met grote ogen naar te kijken. Het werd echter snel duidelijk dat die rendementen voortkwamen uit beleggingen in risicovolle producten. Ook aan ons is men complexe financiële producten komen aanbieden. Maar we zijn altijd onze voorzichtige beleggingspolitiek trouw gebleven.”

En dan barst de bom, en is in de ogen van de bevolking elke bankier een schurk?

VAN HECKE. “In België moesten drie grootbanken en één verzekeraar gered worden. Maar het debacle van de groten straalde af op de hele sector. Sommige politici hebben toen álle banken verketterd. Terwijl de kleine en middelgrote banken redelijk en conservatief gehandeld hadden en geen problemen kenden. Het was allemaal de schuld van de hoge lonen en de bonussen in de banksector, luidde het. Maar bij instellingen zoals Europabank zijn de bonussen altijd zeer beperkt gebleven. Mijn loon is al jaren verbonden met het laagste in onze organisatie. Niettemin werden alle bankiers afgeschilderd als geldwolven en schurken. Terwijl er in de raden van bestuur en de strategische comités van enkele financiële instellingen die in moeilijkheden kwamen vaak politici zaten die er hun tantièmes opstreken.”

De gevolgen van de financiële crisis, daar betaalt u als kleine bank vandaag nog mee de rekening voor?

VAN HECKE. “Dat wringt soms. Er is een toevloed van regulering, die de misbruiken bij de grootbanken wil bestrijden maar waaraan ook de kleine banken moeten voldoen. De kosten voor compliance, risicomanagement en toezicht zijn fors gestegen.

“En dan zijn er nog de banktaksen, die vooral de banken treffen die zich op de klassieke manier met klantendeposito’s financieren. Europabank betaalde vorig jaar 2,2 miljoen euro aan banktaksen, tegen 300.000 voor de crisis. De verwachting is dat dit bedrag dit jaar zal stijgen tot 3,6 miljoen euro. Het is onvoorstelbaar dat precies de depositobanken die geen schuld hadden aan de crisis, gestraft worden.”

Zijn de lessen van de financiële crisis al vergeten?

VAN HECKE. “Het geheugen is kort. Wat waren de grote tekortkomingen? Dat banken te groot waren om failliet te gaan. Dat de risicomodellen van de grootbanken niet adequaat bleken. En dat ze uitgebreid een beroep deden op marktfinanciering. Hebben de banktaksen daar iets aan veranderd? Ik vrees van niet. Enkel de ongelijke behandeling van grootbanken en kleinere spaarbanken is toegenomen. Too big to fail is niet langer het probleem, maar too small to survive. Waar is men in godsnaam mee bezig?”

Bepaalde grootbanken poneren dat de staat veel geld verdiend heeft aan hun redding en dat ze nu genoeg betaald hebben.

VAN HECKE. “Dat de grootbanken deze problematiek te baat nemen om zich een slachtofferrol toe te meten, getuigt van een verregaande arrogantie. Gedurende jaren hebben ze de kleine en middelgrote instellingen gevraagd mee te helpen het vertrouwen in de banksector te herstellen. Maar vandaag zit er bij elke grootbank een nieuw topmanagement dat zich niet meer aangesproken voelt door het verleden. Ik heb het in ons jongste jaarverslag laten opschrijven: ze hebben het boetekleed afgelegd en nu enige solidariteit bij het verdelen van de lasten aan de orde is, geven ze niet thuis.

“Integendeel, de concurrentiestrijd wordt bikkelhard gevoerd. Men kan zich de vraag stellen of de overheid, als eigenaar van een staatsbank en aandeelhouder van een Franse bank, er niet alle belang bij heeft dat de waarde van deze banken toeneemt. Hoe gaat men om met dergelijk belangenconflict?”

Ziet u de toekomst van Europabank somber in?

VAN HECKE. “Helemaal niet. De uitdaging bestaat erin voldoende winst te genereren in een lagerenteomgeving. Maar we hebben competente werknemers, veel trouwe klanten en een stevige basisactiviteit. We blijven mikken op de combinatie van verkoop online en via ons net. De 47 kantoren stellen Europabank in staat een persoonlijke relatie met de klanten uit te bouwen. We moeten er vooral voor zorgen dat we voldoende diversifiëren: in klantensegmenten, types kredieten, dienstverlening. Een niche kiezen is goed, maar het mag geen monocultuur worden.”

Patrick Claerhout, fotografie Emy Elleboog

“Europabank betaalde vorig jaar 2,2 miljoen euro aan banktaksen, tegen 300.000 voor de crisis”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content