Wolfgang Riepl

‘Familiebedrijven denken over de generaties heen’

Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

Familiebedrijven trotseerden wereldoorlogen en andere grote crisissen, en varen vandaag nog altijd een consistente koers. Dat zegt Trends-redacteur Wolfgang Riepl.

Rond familiebedrijven hangt nog te vaak een waas van cynisme en spot. Moeder X of nonkel Y wikt en beschikt over het wel en wee van een te kneuterig huishouden. Familiebedrijven zijn bovendien vaak een synoniem voor de spreekwoordelijke bakker of slager om de hoek – niets mis overigens met die doorgaans hardwerkende zelfstandigen.

Jammer. De Bel-20-index omvat vooral bekende familiebedrijven, zwaargewichten van het Belgische sociaaleconomische weefsel. Zij trotseerden wereldoorlogen en andere grote crisissen, en varen vandaag nog altijd een consistente koers. Niet toevallig werd het familiebedrijf Lotus Bakeries – geen Bel-20’er – een van de beste beursbeleggingen die een mens kan doen.

Familiebedrijven denken over de generaties heen.

Het kernwoord van die sterkte van familiebedrijven is ‘geduldig kapitaal’. Dat mag melig en oudbakken klinken in een wereld die beheerst wordt door het snelle geld. Maar familiebedrijven denken over de generaties heen. Bij de bewindvoerders primeert zelden het ego, wél de overdracht van het familiefortuin. Ze willen het patrimonium in een nog betere staat aan de volgende generatie doorgeven. Dat impliceert per definitie geduld, toewijding en denken op de langere termijn. Families die investeren in andere familiebedrijven doen dat niet met het oog op een snelle verkoop. Zij willen het overgenomen familiebedrijf in de eerste plaats verder zien groeien, net als hun eigen bedrijf.

AB InBev bijvoorbeeld denkt niet zozeer aan morgen, maar aan zijn relevantie over honderd jaar. De brouwer omschreef dat in 2014 wat melig als “de tand des tijds doorstaan”. Maar in deze huidige turbulente tijden zijn meligheid en standvastigheid sterke troeven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content