De Lijn haalt meer inkomsten uit vervoerbewijzen

De Lijn © belga

De inkomsten van De Lijn uit vervoerbewijzen zijn in 2018 dankzij de tariefindexering met 3,5 miljoen euro gestegen tot 194,8 miljoen euro. Het gaat om een stijging met 1,7 procent, meldt de openbaarvervoermaatschappij bij de publicatie van het jaarverslag in Mechelen.

De kostendekkingsgraad steeg van 20,7 procent in 2017 naar 21,1 procent. Het gaat om de eigen bijdrage van de reizigers, dus de inkomsten uit tickets en abonnementen, ten opzichte van de totale inkomsten met daarin de middelen van de Vlaamse overheid.

De belastingbetaler draagt 5 procent minder bij aan de vervoersbewijzen sinds 2014, dixit De Lijn. ‘Dit is goed nieuws voor de belastingbetaler’, zei voorzitter van de raad van bestuur Marc Descheemaecker.

De Lijn verkocht zowel meer abonnementen als digitale tickets. Het aantal betalende abonnementen steeg met 1 procent tot 267.208. Mobiele en sms-tickets samen (enkele rit) waren in 2017 goed voor 12,2 miljoen stuks.

Voorts werd een recordaantal reizigers gecontroleerd op zwartrijden: +1 procent tot 2,7 miljoen mensen. Onder hen waren er 96.015 niet in orde, een toename met ruim een kwart. Maar die stijging komt op het conto van reizigers die hun Mobib-kaart niet gescand hadden, en dus niet zwartrijders die niet betaald hadden. Ze kregen meestal enkel een waarschuwing. Alle boetes samen kwamen uit op 4,9 miljoen euro.

‘Stiptheid is absoluut een pijnpunt’, erkende topman Roger Kesteloot. De klantentevredenheid – die cijfers raakten eerder al bekend – daalde tot 62 procent. Met andere woorden geeft 62 procent van de reizigers De Lijn een score van minstens 7 op 10. De stiptheid is de grote boosdoener en de daling weerspiegelt de toenemende files en verkeersdrukte, klinkt het. ‘We blijven aandringen op meer investeringen in doorstroming’, bracht Kesteloot het verkiezingsmemorandum van De Lijn voor de volgende Vlaamse regering in herinnering.

Partner Content