Risico bij Tessenderlo kleiner dan bij Solvay en Umicore

Met de desinvesteringen van dit en vorig jaar zet Tessenderlo volgens Arnaud Delaunay van Leleux zijn strategische heroriëntering verder.

Met een koersstijging van 15% op één jaar is de prestatie van het Tessenderlo-aandeel eerder teleurstellend als we dit vergelijken met een koerswinst van 21% voor de BEL20 en een forse koerswinst van 42% voor de Belgische aandelen die in de chemische sector actief zijn.

Het risico (volatiliteit gemeten door de Betacoëfficiënt) ligt bij Tessenderlo wel lager dan bij zijn collega’s Solvay en Umicore die

beiden 84% van het gewicht in de sectorindex van de Belgische chemiebedrijven voor hun rekening nemen.

Aan de andere kant kunnen Tessenderlo-aandeelhouders wel rekenen op een brutorendement van ongeveer 6% (het dubbele van Solvay en Umicore).

Zoals vermeld in de analyse van maart 2012 is de groep volgens Arnaud Delaunay aan een metamorfose bezig. Net als zijn landgenoot Solvay wil de groep minder actief zijn in de productie van chemische basisstoffen (zeer cyclisch) en zich meer toeleggen op markten voor meststoffen en landbouwchemicaliën die als snelgroeiend worden beschouwd en betere winstmarges opleveren.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat eind augustus van dit jaar de groep zijn activiteiten “organische chloorproducten” heeft verkocht en tevens de “profielactiviteiten” in de etalage zette.

Licht onder de verwachtingen gebleven

In het tweede kwartaal is de omzet met 4% gestegen (bij constante perimeter) of 2% boven de verwachtingen, “ondersteund door een aanzienlijke stijging van de verkopen bij Tessenderlo Kerly en Gelatine & Akiolis” (die beide 81% van de REBITDA in Q2 vertegenwoordigden). Andere segmenten bleven stabiel of daalden licht t.o.v. vorig jaar.

De activiteit van speciale meststoffen (Tessenderlo Kerly, gevestigd in Arizona, VSA) zag zijn omzet met 31,8% toenemen. Dat belooft veel goeds voor de groep want deze activiteit is zeer winstgevend: slechts 19% van de omzet, maar 50% van de REBITDA (recurrente bedrijfswinst).

Deze groei werd gerealiseerd in een context van “interessante graanprijzen in de Verenigde Staten” en de weersomstandigheden bleven bijna het hele kwartaal gunstig in de grote teeltregio’s tot de tweede helft van juni 2012.

Alle andere factoren gelijk moeten de extreme temperaturen (ergste droogte sinds 1956) die sinds eind juni in de VSA geregistreerd worden in de tweede jaarhelft gecompenseerd worden door een lagere vraag naar landbouwproducten tot er opnieuw meer neerslag valt.

Voor Gelatine en Akiolis (gericht op de voedingsindustrie) bleven “de marktomstandigheden grosso modo hetzelfde als in het eerste kwartaal: de aanhoudend lage beschikbaarheid van grondstoffen zorgde voor lagere volumes (ondanks een sterke vraag) en hogere prijzen”.

Nog even afwachten

Op fundamenteel vlak wijzen de waarderingsmodellen volgens Arnaud Delaunay op een koers die dicht bij zijn intrinsieke waarde noteert.

De ratio koers/winst (price/earnings) is iets lager dan het sectorgemiddelde maar over het algemeen zijn de waarderingsratios in lijn met de sectorgenoten.

Met zijn strategische heroriëntering gaat de groep zich meer op snel groeiende markten (meststoffen en landbouwchemicaliën) richten en wordt de basis voor een duurzame en winstgevende groei gelegd.

Ondanks deze elementen zetten de waardering van het aandeel (dicht bij de intrinsieke waarde) en de onzekerheid over de gevolgen van de droogte in de VSA Arnaud Delaunay aan om te wachten op de publicatie van de resultaten van het derde kwartaal. Daarom een houden advies.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content