Heeft Spanje het duwtje gekregen dat nodig was om hulp te vragen?
De verlaging van het oordeel over de kredietwaardigheid van Spanje door S&P vorige week had volgens Theodoor Gilissen Bankiers een paradoxale uitwerking.
Het land heeft nu bij S&P een BBB- rating met negatief vooruitzicht, en Moody’s heeft Spanje al langer op datzelfde niveau maar staat op het punt om (binnen enkele weken) de rating te verlagen.
Een “junk” rating is volgens Theodoor Gilissen Bankiers dus dichtbij, en normaal gesproken doen veel beleggers hun stukken dan (al of niet gedwongen) van de hand, met stijgende rentes tot gevolg.
Maar de Spaanse rente wordt op dit moment grotendeels bepaald door het vooruitzicht van steunaankopen door de ECB.
Spaanse rente komt nauwelijks van de plaats
Spanje moet daarvoor wel eerst hulp aanvragen en strenge voorwaarden accepteren en heeft tot nu toe geweigerd om die stap te zetten. Het verlies van de Investment Grade status zou nu juist het duwtje kunnen geven dat Spanje nodig heeft om hulp te vragen.
De Spaanse rente kwam daardoor nauwelijks van zijn plaats gisteren, en de risico-opslag ten opzichte van de Duitse rente daalde zelfs wat.
De hoop op een Spaanse hulpaanvraag deed het hele sentiment t.a.v. de eurocrisis weer wat opleven na enkele minder optimistische dagen.
De meeste perifere staatsobligaties waren in trek, met Italië als uitblinker. Dat land kwam woensdag en donderdag naar de markt met nieuwe staatsobligaties, en hoewel het iets hogere rentes moest betalen dan vorige maand waren de veilingen volgens Theodoor Gilissen Bankiers succesvol te noemen want de vraag was groot.
Ook bedrijfsobligaties en Emerging Market debt waren in dit klimaat geliefd, de euro steeg in waarde tegenover de US dollar en aandelenbeurzen konden weer eens plusjes noteren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier