Lezersvraag: Is McEwen Mining een vogel voor de kat?
Het aandeel van McEwen Mining blijft ontgoochelen en de ster van mijnbouwlegende Rob McEwen is tanend. Is er nog voldoende reden om mijn bescheiden positie aan te houden?
De goud- en zilverproducent McEwen Mining stelt ronduit teleur. Vooral sinds 2019 is door opeenvolgende operationele tegenslagen een neerwaartse spiraal ingezet. In combinatie met de terugval van de goud- en zilverprijs sinds midden 2020 leidde dat tot een ondermaatse prestatie, met aanhoudende verliezen en regelmatige kapitaalverhogingen (het aantal uitstaande aandelen steeg sinds eind 2016 met ruim 50%). De evolutie staat in schril contrast met de ambitie van oprichter en hoofdaandeelhouder Robert McEwen (18% van de uitstaande aandelen), die met Goldcorp een ijzersterke reputatie opbouwde. Zijn droom om McEwen Mining in de S&P500-index te loodsen is verderaf dan ooit, maar hij blijft het bedrijf volop steunen.
In juli was er een omgekeerde aandelensplitsing (verhouding van tien bestaande aandelen voor één nieuw aandeel) nodig om de beursnotering op de NYSE te behouden (minimaal koersniveau van 1 dollar). Na een ontstellend zwak eerste kwartaal bracht het tweede kwartaal beterschap. De groepsproductie steeg van 25.100 troy ounce goudequivalent tot 36.100 troy ounce, dankzij het Fox-complex in Canada (+45,5% tot 11.200 troy ounce) en de San José-mijn in Argentinië (+83,2% tot 19.600 troy ounce, belang van 49%). Gold Bar in Nevada bleef opnieuw achter (-19,1% tot 5.300 troy ounce).
Het kostenniveau van de eigen mijnen daalde meer dan verwacht tot 1.549 dollar per troy ounce (2.146 dollar in het eerste kwartaal). Op jaarbasis mikt de groep onverminderd op een productie van 153.000 à 172.000 troy ounce goudequivalent tegen een totale kostprijs van 1.570 à 1.690 dollar per troy ounce in de eigen mijnen en 1.330 à 1370 dollar per troy ounce in San José. Dat veronderstelt een significant betere tweede jaarhelft, onder meer bij Gold Bar, en is een eerste factor die voor een ommekeer kan zorgen.
Daarnaast is er de komende twaalf tot achttien maanden veel te verwachten van de versnelde ontwikkeling van het Los Azules-koperproject in Argentinië. Begin 2023 komt er een update van de voorlopige haalbaarheidsstudie van 2017, gevolgd door een aparte beursgang van McEwen Copper. Het doel is begin 2024 een voorlopige haalbaarheidsstudie klaar te hebben. Hoewel minder ver ontwikkeld schat McEwen Los Azules groter en beter in (goedkoper, hogere ertsgraden en beter toegankelijk) dan het vorig jaar voor 485 miljoen dollar verkochte Argentijnse koperproject José Maria.
De huidige beurskapitalisatie van 148 miljoen dollar weerspiegelt een heel somber scenario, zonder enige vooruitgang in de productie, de ontwikkeling van Los Azules of de exploratieprogramma’s. Gezien de hoge kostenstructuur, kunnen hogere edelmetalenprijzen uiteraard helpen. We denken dat er vanaf het huidige deprimerende koersniveau een bovengemiddelde kans is op een ommekeer, al moet die er toch de volgende twaalf tot achttien maanden komen. Het risico is hoog en dus is een beperkte positie aangewezen (koopwaardig, rating 1C).
HEBT U OOK EEN BELEGGINGSVRAAG?
Elke week behandelen we een actuele vraag van een abonnee. Heeft u ook een beleggingsvraag? Mail die dan naar insidebeleggen@roularta.be. Misschien leest u hier dan het antwoord.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier