“Gebrek aan degelijke opleidingen in voedingsrecht”

Zowel de fipronilcrisis als een nieuwe Europese verordening maken duidelijk dat ons voedingsrecht erg complex is geworden © BELGA/KRISTOF VAN ACCOM
Loyens&Loeff
Trends Information Services

Trends Information Services verbindt organisaties met de lezers van en doet een beroep op de specialisten van Roularta Brand Studio voor tekst en illustraties. De inhoud wordt eventueel aangebracht door de partner en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

19 september 2017, 00:00 Bijgewerkt op: 20 juli 2022, 07:14

De afgelopen maanden maakten zowel de fipronilcrisis als een nieuwe Europese verordening duidelijk dat ons voedingsrecht erg complex is geworden.

Het is een understatement om te stellen dat de voedingswetgeving de voorbije vijftien jaar een stuk complexer is geworden. In de vorige eeuw en tot 2002 was deze rechtstak nog behapbaar voor bijvoorbeeld kwaliteitsmanagers die hun onderneming vanuit hun wetenschappelijke achtergrond adviseerden over de te volgen regels. Op 28 februari 2002 volgde de aanname van de eerste Europese kaderwet inzake voedingsrecht, als gevolg van de BSE crisis (beter bekend als de gekkenkoeienziekte). Daarna heeft het voedingsrecht zich gestaag verder ontwikkeld, vooral als gevolg van diverse crisissen. “In 2013 zorgde het paardenvleessschandaal, waarbij paardenvlees als rundsvlees werd verkocht, ervoor dat de Europese Unie een versnelling hoger schakelde in de uitwerking van een geharmoniseerd controle- en sanctiesysteem”, aldus Aude Mahy.

Harmonieuze controles en sancties

De Europese Unie zette volop in op een harmonisatie en toenemende slagkracht van de controlerende organisaties. De veranderingen die de Europese Unie beoogt, vonden hun weg naar een eerder dit jaar gestemde kaderverordening. Die bevat eenvormige controleregels voor levensmiddelen die een impact kunnen hebben op de gezondheid van mens en dier en dit volgens het gekende principe ‘from the farm to the fork’. Finaal moet de verordening vermijden dat het controle- en sanctiesysteem blijft spaak lopen. Net dat element liep bij de Fipronilcrisis sterk in de kijker. Bovenop de bezorgdheid over eventuele gezondheidsrisico’s maakte de crisis duidelijk dat in ons land het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) als controle-orgaan een sleutelfunctie heeft.

Aude Mahy, advocate en hoofd van het Belgische Food & Beverages Team bij Loyens & Loeff.
Aude Mahy, advocate en hoofd van het Belgische Food & Beverages Team bij Loyens & Loeff.

Betere bescherming

Om de precieze gevolgen van de nieuwe verordening te kunnen inschatten, is het wachten op de implementatie in de Belgische wetgeving. De lidstaten moeten de maatregelen uit de verordening voor 14 december 2019 omzetten. Het gaat om een kaderverordening, die desondanks vlot een kleine 150 bladzijden met 167 artikels telt. Die schaven allen aan de harmonisering van de controles, maar gaan daarbij toch vaak een flink stuk verder dan de oude regels. Zo zullen de nationale autoriteiten na de implementatie verplicht zijn om een onderzoek in te stellen van zodra ze een vermoeden hebben dat een instantie bepaalde voorschriften niet naleeft. De lijst met mogelijke inbreuken wordt bovendien langer en bij kwaadwillige overtredingen zal de bevoegde autoriteit het economisch voordeel van de overtreding moeten neutraliseren.

Inspectiediensten mogen bijvoorbeeld aan mystery shopping doen en dus anoniem bestellingen plaatsen om online aangeboden producten te kunnen controleren.

Exit rotte appels

De verordening houdt ook rekening met de digitale realiteit. Inspectiediensten mogen bijvoorbeeld aan mystery shopping doen en dus anoniem bestellingen plaatsen om online aangeboden producten te kunnen controleren. “Dat sluit aan bij één van de grote pluspunten van deze nieuwe verordening”, zegt Aude Mahy. “De autoriteiten krijgen algemeen meer middelen om informatie in te winnen, onder meer via een beschermingsregime voor klokkenluiders.” Naast meer eenvormige controles voorziet Europa ook in een aangepast en effectiever sanctiebeleid. “Vooral op vlak van snelle uitwisseling van volledige informatie tussen de lidstaten komt er verbetering via een geïntegreerd computersysteem”, aldus Yves Van Couter. “Dat alles sluit aan bij het einddoel: de consument beter beschermen en een duidelijk en effectief normatief kader bieden aan de levensmiddelenindustrie. De overgrote meerderheid van de spelers zijn vragende partij om kwaliteit te garanderen en de rotte appels eruit te halen en eruit te houden.”

Yves Van Couter, advocaat en hoofd van het Benelux Food & Beverages Team bij Loyens & Loeff.
Yves Van Couter, advocaat en hoofd van het Benelux Food & Beverages Team bij Loyens & Loeff.

Gebrek aan gespecialiseerde kennis

Voedselveiligheid is een absolute prioriteit geworden en het frauderisico heeft meer en meer een internationale dimensie en impact. Denk maar aan de recente Fipronilcrisis. Maar voedingsrecht omvat zoveel meer. Denk maar aan de voedings- en gezondheidsclaims, misleidende informatie, innovatie en intellectuele eigendom, import-export, enz. Dat is een uitdaging voor de controle-instanties, maar net zo goed voor de betrokken bedrijven die op verschillende vlakken snel willen reageren. De reactiesnelheid van de ondernemingen hangt echter af van het vermogen om de bestaande regelgeving correct te interpreteren en toe te passen. “Nog te weinig bedrijven hebben de juridische profielen aan boord die daarvoor vereist zijn”, stipt Yves Van Couter aan. “We bevinden ons op dat vlak op een scharniermoment. Door een gebrek aan gespecialiseerde opleiding missen veel bedrijven de witte raaf. Enerzijds hebben ze goede wetenschappers en kwaliteitsverantwoordelijken in hun organigram, anderzijds beschikken ze over een prima juridische afdeling, maar de specialist voedingsrecht ontbreekt nog.”

Een goede doorstroming en duiding van informatie is van levensbelang voor veel bedrijven.

Voedingsrecht, een specialisatie

In een traditioneel ‘legal department’ werken meestal generalisten die voor alle materies, al dan niet in voedingsrecht, oplossingen moeten kunnen aanreiken. De juridische specialisatie ontbreekt. “We stellen inderdaad vast dat bij de bedrijven een grote nood bestaat aan de perfecte ‘blend’: de jurist die de taal spreekt en begrijpt van de kwaliteitsverantwoordelijken”, vindt Aude Mahy. “Een echte opleiding voedingsrecht ontbreekt. Dat is ook de reden waarom we vanuit Loyens & Loeff zelf een initiatief in die richting hebben genomen met onze Food Law Classes. Het valt enerzijds meteen op dat bedrijven volledige internationale teams inschrijven voor onze Food Law Classes. Anderzijds stellen we ook vast dat de Europese instanties op zoek zijn naar een manier om veranderingen te verduidelijken. Een goede doorstroming en duiding van informatie is van levensbelang voor veel bedrijven.”

Duiding bij de wet

Het is in die context van een nieuwe aangescherpte regelgeving dat Europa maar wat graag gelegenheden aangrijpt om duiding te geven. “Zo hebben we een vertegenwoordiger van de Europese Commissie snel bereid gevonden om, tijdens de eerste sessie van onze Food Law Classes, vanuit het standpunt van de Europese regelgever uitleg te verschaffen over de nieuwe Europese controle- en sanctieregelgeving”, aldus Aude Mahy. “De nieuwe regelgeving is complex maar heeft ontegensprekelijk tot doel om de spelregels binnen een Europese context een upgrade te bezorgen ten voordele van alle betrokken spelers: de nationale overheden, de industrie én de consument. Het zou zonde zijn dat deze kans niet optimaal wordt benut door een gebrek aan kennis”.

Meer weten over de Food Law Classes? Klik hier.