Fiscus: aangepaste antimisbruikmaatregel respecteert rechtszekerheid

© belga

Na de heisa die is ontstaan over de omkering van de bewijslast in de strijd tegen financiële constructies, past de regering de regeling aan.

Oorspronkelijk was gesteld dat de onderneming het tegendeel zou moeten bewijzen als de fiscus beslist dat een juridische constructie hoofdzakelijk tot doel heeft belastingen te ontwijken. Kan ze dat niet, dan zou de fiscus de kwalificatie aanpassen en een hogere belasting heffen. De Raad van State schoot die vrijbrief voor de fiscus echter af.

“Die bazooka is nu herleid tot een doeltreffend wapen voor een scherpschutter in de strijd tegen de fiscale fraude”, zegt Luc De Broe, professor fiscaal recht aan de KU Leuven en advocaat bij Laga. “In de nieuwe antimisbruikmaatregel zal de overheid niet meer elke constructie met een fiscaal voordeel kunnen verwerpen, zoals oorspronkelijk gepland. Als de belastingplichtige kan bewijzen dat ook economische motieven achter de rechtshandeling schuilen, blijft de operatie overeind.”

“Het aangepaste wetsontwerp ligt in de lijn van de Europese rechtspraak, die stelt dat er slechts sprake van misbruik is als de constructie tegen het doel van de wetgeving ingaat. Nu moet de overheid dit misbruik op basis van objectieve gronden eerst aantonen, waarna de belastingplichtige het tegenbewijs kan leveren. Zo blijft de keuze van de minst belastbare weg gehandhaafd.”

Rest nog de vraag: hoever kan de fiscus gaan bij herdefiniëring van de constructie als de belastingplichtige niet kan bewijzen dat zijn constructie tegen de geest van de wet ingaat? De Broe: “Daar kan de memorie van toelichting duidelijkheid verschaffen. Wat ten slotte de aankoop van pleziervaartuigen door managementvennootschappen betreft, die fiscale aftrek is nu al samen met lusthuizen specifiek verboden in de wet (artikel 53). Daar is dus geen discussie over mogelijk.” (E.P)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content