Verkiezingen 2014: 7 toppolitici leggen uit hoe zij willen ingrijpen op de loonkosten

© Belga
Trui Engels Redactrice Knack.be

Alle partijen zijn het er zowat over eens: de loonkost in België is te hoog. Maar welke maatregelen stellen zij concreet voor? We vroegen het 7 partijvoorzitters en -boegbeelden op de man af: ‘Hoe wil u de loonkosthandicap aanpakken?’

Kris Peeters (CD&V), Vlaams minister-president: ‘Inspanning van 6 miljard euro’

‘CD&V wil de loonkosthandicap met de buurlanden in vergelijking met het referentiejaar 1996 wegwerken tegen uiterlijk 2018, waardoor we vanaf 2019 een voorsprong kunnen nemen. Wanneer we de optelsom maken van de maatregelen voor het wegwerken van de loonkosthandicap die reeds doorgevoerd zijn, degene die afgesproken zijn in het pact voor competitiviteit van eind 2013 en tot slot de extra inspanning van 3 miljard die CD&V voorstelt in het sociaal-economisch plan, dan komen we op een globale inspanning van 6 miljard euro.’

‘Naast een algemene loonlastenverlaging via de werkgeversbijdrage wil CD&V ook inzetten op specifieke maatregelen zoals lage lonen, nacht- en ploegenarbeid, een uitbreiding van het fiscaal gunstregime O&O naar onderzoeksactiviteiten, een fundamentele verlaging van de loonlasten op overuren, en specifiek voor de horeca: een gelijkschakeling van de fiscale en sociale regeling van de overuren tussen vast personeel en gelegenheidspersoneel.’

‘Daarnaast willen we op Vlaams niveau volop inzetten op maatregelen naar specifieke doelgroepen zoals jongeren (-30) en ouderen (+55). De 6e staatshervorming biedt ons daartoe nu vernieuwde mogelijkheden.’

Bart De Wever, voorzitter N-VA: ‘Verlaging loonkost met 5% op 2 jaar tijd’

‘Het wegwerken van de loonkosthandicap is voor ons dé topprioriteit voor de herstelregering die we na 25 mei zo snel als mogelijk op de been willen brengen. We stellen een indexsprong voor in 2015, en een lineaire verlaging van de RSZ-werkgeversbijdrage met 3 miljard euro vanaf 1 april 2016, die oploopt tot 4,5 miljard euro in 2019. Zo werken we op 2 jaar tijd de 5% extra loonkosthandicap weg die werd opgebouwd sinds 1996.’

‘We verlagen de loonkost met 5% op 2 jaar tijd, maar we verlagen niét het nettoloon van de werknemers, want door de verbreding van de 40%-schijf in de personenbelasting en de versterking van de werkbonus houden werknemers met een gelijk brutoloon op het einde van de maand netto méér over. Het zijn dan ook niet de nettolonen die te hoog zijn in België, maar er is wél een veel te groot verschil tussen de loonkost voor de werkgever en het nettoloon dat de gemiddelde werknemer overhoudt op het einde van de maand. De N-VA wil deze hoge lasten op arbeid structureel verlagen om zo opnieuw jobs te creëren in de private sector en werken opnieuw lonend te maken voor werknemers.’

‘Om in de toekomst een verdere ontsporing van onze loonkost te vermijden stappen we vanaf 2016 af van het jobvernietigende mechanisme van de automatische indexering van alle lonen, en bieden we in de plaats hiervan de sociale partners in de verschillende sectoren de mogelijkheid om ‘all-in akkoorden’ te sluiten over het geheel van de loon- en arbeidsvoorwaarden. De sociale partners in de bedrijven krijgen de mogelijkheid om met een sociaal akkoord af te wijken van akkoorden die werden gesloten op een hoger niveau (opt out-clausules).’

Gwendolyn Rutten, voorzitter Open Vld: ‘Lasten met 5 miljard euro verminderen’

‘In het 5-5-5 groeiplan nemen we verschillende maatregelen om mensen te activeren en langer te laten werken. We zorgen er eveneens voor dat werkgevers bereid zijn om mensen bijkomend aan te nemen. Dat doen we door de loonlasten met 5 miljard euro te verminderen. We zetten de inspanningen van de huidige regering verder en nemen daar bovenop extra maatregelen om onze loonhandicap tegen het einde van de legislatuur fors te verminderen. De maatregelen uit het competitiviteitspact versterken we vanaf 2017 door jaarlijks de loonkost extra te verlagen door de patronale RSZ-bijdragen lineair te verminderen met 1% per jaar. Dat betekent concreet een verlaging van jaarlijks 1 miljard euro, wat aan het einde van de legislatuur een bijkomende loonkostvermindering betekent van 3 miljard euro per jaar.’

‘Open Vld wil daarnaast bijkomende specifieke maatregelen nemen om vooral jongeren en ouderen aan het werk te krijgen. Dat doen we door de bestaande maatregelen te vereenvoudigen en extra kortingen toe te kennen. De meer dan 30 bestaande doelgroepmaatregelen vormen we om naar 2 eenvoudige RSZ-kortingen: één voor jongeren onder de 30 jaar en één voor ouderen boven de 55 jaar. Bovenop het bestaande budget van 800 miljoen jaarlijks, geven we vanaf 2015 voor 250 miljoen euro extra RSZ-kortingen voor deze 2 doelgroepen. Deze korting stijgt met 100 miljoen euro per jaar om aan het einde van de legislatuur uit te komen op 650 miljoen euro. We zetten daarbij niet alleen in op de laagste lonen maar ook en vooral op de middelste lonen.’

‘Naast de bijkomende loonkostdaling verminderen we op deze manier ook de administratieve lasten voor ondernemers. De RSZ-kortingen worden immers rechtstreeks verrekend via de Dimona-aangifte bij de RSZ op basis van de leeftijd en het brutoloon van de werknemer.’

Bruno Tobback, voorzitter SP.A: ‘Loonkost niet lineair, maar gericht verlagen’

‘We vereenvoudigen het administratieve kluwen van de bestaande systemen voor lastenverlaging onder andere door de invoering van eenvoudige werkcheques. Zo kunnen ook kmo’s zonder administratieve rompslomp gebruik maken van deze maatregelen. Maar dit volstaat niet. Er moeten ook meer jobs komen. Daarom investeren wij fors in het creëren van jobs door middel van loonlastverlagingen zodat bedrijven personeel kunnen aannemen en toch concurrentieel zijn. We verlagen de loonkost echter niet lineair, maar wel gericht, om een maximaal tewerkstellingseffect te bereiken. Geen generieke maatregelen maar gerichte verlagingen voor jongeren, laaggeschoolden en ouderen omdat dit het meeste jobs oplevert. We voeren daarom de maatregelen die vastgelegd werden in het competitiviteitspact onverkort uit. Deze maatregelen zijn goed voor 1,35 miljard euro aan loonlastenverlaging. Daarbovenop investeren we 1,2 miljard extra in bijkomende maatregelen, specifiek gericht op laaggeschoolde jongeren en op oudere werknemers. Ongeveer 50% van de Vlaamse werkzoekenden is immers laaggeschoold. 1 op 7 Vlaamse jongeren onder 30 jaar is werkzoekend. Welvaart moet sociaal zijn, iedereen moet hierin kunnen delen.’

‘In totaal betekent dit dus een verlaging van de lasten op arbeid van 2,55 miljard euro. Hierdoor werken we de loonkloof met onze buurlanden (zoals berekend door de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven) weg tegen 2019 en verhoogt de competitiviteit van onze ondernemingen. ‘

Gerolf Annemans, voorzitter Vlaamse Belang: ‘Schokoperatie, maar alleen als transfers stoppen’

‘Een ernstige verlaging van de lasten op arbeid, die zo noodzakelijk is voor onze concurrentiepositie en voor het overleven van vele duizenden KMO’s, is enkel mogelijk via Vlaamse onafhankelijkheid. In een Belgische context blijft het immers aanmodderen en prutsen in de marge. Een fundamentele ommekeer is op die manier onmogelijk. Het Vlaams Belang wil de vrijgekomen middelen na de stopzetting van de transfers naar Wallonië prioritair aanwenden om een snelle en drastische loonlastverlaging te compenseren. Als we de immense loon- en productiviteitshandicap van bijna 13 procent met de buurlanden voelbaar willen verkleinen, dan kan dit niet met kleine stapjes vooruit. Dan moeten de sociale lasten op het brutoloon minstens met een kwart zakken.’

‘Vandaag betalen werkgevers tussen de 34,77 (bedienden) en 40,77 procent (arbeiders) sociale lasten bovenop het brutoloon, terwijl dit in Nederland en Duitsland onder de 20 procent ligt. Concreet pleiten wij dus voor een snelle en lineaire daling van deze lasten met 25 procent. Volgens diverse berekeningen zou dat de globale loonkost doen dalen met 6,5 procent. De overblijvende kloof van ruim 6 procent met de buurlanden kan nadien geleidelijk aan verder worden afgebouwd. Zo’n schokoperatie is absoluut noodzakelijk, maar is onhaalbaar en ook onbetaalbaar in een Belgisch kader. Zo’n operatie is wel mogelijk wanneer de waanzinnige transfers naar Wallonië worden stopgezet.’

Wouter Van Besien, voorzitter Groen: ‘Loonlastenverlaging door fiscale shift en zonder te snijden in de lonen’

‘De N-VA en de traditionele partijen willen diep snijden in de lonen van de mensen door loonmatiging via indexsprongen. In tijden van crisis is het zeer ondoordacht om te raken aan de koopkracht van de gezinnen, het is namelijk net die koopkracht die onze binnenlandse economie overeind houdt. Groen stelt een forse loonlastenverlaging voor door de lasten op arbeid te verschuiven richting vermogensfiscaliteit en milieuvervuiling en versterkt tegelijkertijd de koopkracht. Bovenop de lastenverlaging die al voorzien werd in het Competitiviteitspact (driemaal 450 miljoen euro: in 2015, 2017 en 2019) willen we de loonkost nog eens verlagen met 1,2% van het bbp of 5 miljard euro. Die lastenverlaging verdelen we gelijk over werkgevers en werknemers. Concreet betekent dit dat we de werkgeversbijdrage, die momenteel ongeveer 32% van het brutoloon bedraagt, progressief maken en gevoelig verlagen voor de onderste helft van de lonen. Voor heel wat lonen in de horeca, bouwsector en kleinhandel bijvoorbeeld zal de werkgeversbijdrage zo zelfs op nul terugvallen. We trekken hiervoor 2,5 miljard euro uit. De nettokost van deze maatregel zal echter heel wat lager liggen, vanwege minderuitgaven in de sociale zekerheid ten gevolge van jobcreatie en het verwachte in regel brengen van zwartwerk in sommige sectoren.’

‘Het zuurstofplan van Groen voorziet ook een loonbonus voor iedereen wiens loon lager ligt dan het mediaanloon. Hoe lager het loon hoe kleiner het verschil wordt tussen netto- en brutoloon. Zo werken we de werkloosheidsval weg door werken lonender te maken, zonder dat hierdoor de loonkost wordt opgedreven. Ook hiervoor voorzien we 2,5 miljard euro.’

‘Aanvullend versterken we de verlaging van sociale bijdragen op de eerste drie werknemers van kmo’s. We trekken hiervoor nog eens ongeveer 100 miljoen euro uit. Deze gerichte loonkostenverlagingen zijn essentieel om zuurstof te geven aan kmo’s en hen toe te laten op een duurzame wijze te ondernemen.
Kort samengevat: de traditionele partijen snijden in de lonen, Groen snijdt enkel in de loonlasten.’

Peter Mertens, voorzitter PVDA+: ‘Loonkost is niet de vijand’

‘Voor de PVDA+ is de loonkost niet de vijand van de noodzakelijke economische relance. We moeten er voor zorgen dat de koopkracht van de gezinnen beschermd wordt en de sociale zekerheid versterkt om de economische motor terug aan de gang te krijgen. Wij denken dat het centrale debat eerder moet gaan over de bevindingen van de Franse topeconoom Thomas Piketty, met name dat de galopperende ongelijkheid de grootste democratische rem is op de ontwikkeling van de samenleving. De overheid heeft geld nodig voor een echt investeringsbeleid en dus stelt de vraag van een werkelijke vermogensbelasting zich in alle scherpte in heel de Europese Unie.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content