Bert Lauwers

Syndicale poker

Bert Lauwers redacteur bij Trends

De cao-onderhandelingen voor de arbeiders in de chemiesector werden hervat. Enige realiteitszin bij de vakbonden zou gepast zijn.

De cao-onderhandelingen voor de arbeiders in de chemiesector werden hervat. Enige realiteitszin bij de vakbonden zou gepast zijn.

De vakbonden krijgen van de werkgeversfederatie essenscia voor de derde week op rij te horen dat er geen sprake kan zijn van een loonsverhoging boven op de index en barema’s. Essenscia wil vooral ook dat de ‘nulloonnorm’ niet alleen geldt op sectorniveau, maar ook in de individuele bedrijven. De bonden worden geconfronteerd met een sector die voor het eerst resoluut de rangen sluit.

De werkgeversfederatie weet uit ervaring dat de vakbonden in het verleden steevast de sectoreisen konden ondergraven door bij de afzonderlijke bedrijven hun eisen op tafel te gooien. Sommige bedrijven, waaronder enkele machtige hoofdrolspelers in de Antwerpse chemiesector, probeerden de voorbije jaren wel voet bij stuk te houden, maar moesten zich uiteindelijk toch gewonnen geven.

De vakbonden weten dat het dreigement van een staking altijd werkt. Ook nu heeft de chemiesector al opgeroepen iedereen te mobiliseren voor de interprofessionele actiedag op 6 juni. Als er niet snel een akkoord is, blijft het daar allicht niet bij. Waarbij de vakbonden al te vlot voorbijgaan aan het feit dat zulke stakingsacties moordend zijn voor het imago van de Belgische vestigingen bij de hoofdkwartieren van wat bijna uitsluitend in het buitenland gevestigde concerns zijn. In die hoofdzetels wordt al lang niet meer gelachen met de hoge loonkosten in ons land en de houding van de bonden.

De werkgevers verzetten zich nochtans niet tegen een loonsverhoging op variabele basis in de bedrijven die nog behoorlijk presteren. Hun verzet tegen een recurrente loonsverhoging getuigt van gezond langetermijndenken. Het valt nog af te wachten of ook de vakbonden die realiteitszin aan de dag leggen. Zij eisen zonder verpinken een loonsverhoging van 3 tot 4 procent boven op de index. Daarmee bewijzen ze geen oog te hebben voor de competitiviteit van de chemische industrie, die zwaar onder druk staat.

Nauwelijks een maand geleden trok de sector in Trends aan de alarmbel. Een verhuizing van productieactiviteiten wordt voor sommigen stilaan onvermijdelijk in de huidige omstandigheden. Ook een door de wol geverfde topindustrieel en -manager als Julien De Wilde (zie p. 20) stelt dat de bonden duidelijk niet beseffen hoeveel druk internationale concurrentie zet op onze bedrijven. Het loonkloofprobleem is genoegzaam bekend. Het is al veel langer geweten dat een chemiearbeider in België zowat een kwart duurder is dan in Duitsland. Een interessant element in het debat is ook dat de lonen in de chemie door de jaren heen consistent een vijfde hoger liggen dan het gemiddelde voor andere industriële takken.

We mogen ook niet vergeten dat het belang van deze onderhandelingen dat van de chemiesector ruimschoots overschrijdt. Voor andere sectoren die hun cao-onderhandelingen nog moeten opstarten, is dit de lakmoesproef. Als de chemie- en kunststoffensector, goed voor 90.000 werknemers en de onbetwiste industriële sterkhouder in dit land, al geen raad weet met de eisen van de bonden, wie dan wel?

De houding van de vakbonden in de chemiesector staat in schril contrast met die van hun collega’s bij bpost, dat in juni naar de beurs trekt (zie p. 56). Bij het postbedrijf hebben de vakbonden al langer begrepen dat we in ons land steeds meer druk zullen voelen van internationale concurrentie en dat iedereen baat heeft bij een constructieve houding. Dat bpost goede resultaten haalt, is grotendeels te verklaren door een daling van de personeelskosten. Hoog tijd dat ook in de chemiesector de bonden uit de loopgraven kruipen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content