Luc Huysmans

Stop geen energie in het Vlaams Energiebedrijf

Luc Huysmans senior writer bij Trends

De hoorzittingen in het Vlaams Parlement over het Vlaams Energiebedrijf symboliseren perfect de laatste troef van dit land: surrealisme. Wie een bedrijf wil oprichten op basis van wat in het halfrond werd verkondigd, kan beter dadelijk het faillissement aanvragen.

Momenteel bestaat het Vlaams Energiebedrijf (VEB) alleen op papier. Er is 200 miljoen euro voor opzij gezet, maar een duidelijk businessplan is er niet. Op Vlaams niveau gaat het om zowat de belangrijkste beslissing sinds de liberalisering van de energiemarkt, maar de minister Ingrid Lieten en Freya Van Den Bossche, respectievelijk verantwoordelijk voor Overheidsinvesteringen en Energie, waren niet aanwezig op de hoorzittingen. De gesprekken over wat het VEB moet doen, vonden dan ook niet plaats in het parlement.

De moeilijke geboorte van het VEB is symptomatisch voor de malaise in de Vlaamse regering. Uitzonderingen niet te na gesproken, hobbelt Peeters II van de ene ruzie over het al dan niet sterke merk Vlaanderen In Actie naar de volgende non-beslissing. Het Vlaams Energiebedrijf is een verkiezingsbelofte van de N-VA, maar valt onder de hoede van socialistische bewindvoerders.

Het gevolg is dat de vis werd verdronken in een bad van soms bijzonder ambitieuze prioriteiten, gaande van kennisopbouw, advies over energiebesparingen en participaties nemen, over energie verhandelen, groenestroomcertificaten opkopen, en zelf elektriciteit leveren. Of 200 miljoen voldoende is om echt te concurreren met Electrabel, mag worden betwijfeld.

Nochtans zou het VEB echt een verschil kunnen maken. Bijvoorbeeld om sociale woningen versneld om te bouwen tot woningen met laag energieverbruik. Of om de hoognodige modernisering van het elektriciteitsnet te versnellen, om sneller de vruchten te kunnen plukken van het slimme net.

Helaas gaat het uit de prioriteiten gedistilleerde takenpakket nu eerder in de richting van adviesverlening over energiebesparing in gebouwen. Daar is, zeker in de overheidspanden, inderdaad nog voldoende marge voor verbetering. Maar op zijn minst moet worden uitgeklaard hoe kan worden vermeden dat overheidsgeld wordt gebruikt om bestaande privé-initiatieven te beconcurreren.

Daarnaast zou het VEB de bestaande overheidsparticipaties bundelen, die nu bij PMV en LRM zitten. Daardoor moeten aggregaatsformules worden vergemakkelijkt: het samenbrengen van bijvoorbeeld twee woonwijken, een windmolenoperator en een industrieterrein. Die kunnen hun verbruik beter op elkaar afstemmen, wat een stabielere, goedkopere vraag oplevert. Door die aggregaten te bundelen, kun je op termijn denken aan een virtual power plant.

Al is niet meteen duidelijk of die bundeling effectief kan gebeuren, en of dat überhaupt nuttig is. Het overhevelen van belangen zou de medeaandeelhouders immers het recht geven hun voorkooprecht te benutten, terwijl wellicht even goed kan worden samengewerkt door een VEB-vertegenwoordiger bestuurder te maken in de PMV- en LRM-participaties.

Op 29 juni bespreekt het Vlaams Parlement, overigens in de aangekondigde aanwezigheid van minister Lieten, het voorstel voor de oprichting van het VEB. Maar zonder een duidelijk, haalbaar doel kan die 200 miljoen beter op een bankrekening blijven staan, tot dat plan er wel is.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content