Wie heeft de rechten op een uitvinding?

Carina Gommers, partner Hoyng Monegier © GF

Een van mijn werknemers heeft een uitvinding gedaan waarvoor wij een octrooi willen aanvragen. Wie heeft de rechten op het octrooi, de werknemer of de werkgever? Carina Gommers, partner bij advocatenkantoor Hoyng Monegier, geeft antwoord.

Er bestaan geen wettelijke bepalingen die regelen wie de houder van de uitvinding is bij een arbeidsrelatie. Het is aan te raden zo’n regeling af te spreken in een contract. Indien er geen contract is, kunt u teruggrijpen naar de rechtspraak en rechtsleer, waarin een onderscheid gemaakt tussen drie soorten uitvindingen.

1 De dienstuitvinding is een rechtstreeks gevolg van de uitvoering van de taken waarmee de werknemer door zijn werkgever werd belast. Bijvoorbeeld een werknemer die een uitvinding doet terwijl hij het onderzoek voert waarvoor hij werd aangeworven. De rechtsleer en rechtspraak nemen aan dat deze uitvinding toekomt aan de werkgever en niet aan de werknemer. De werkgever is evenmin een extra vergoeding verschuldigd aan de werknemer.

2 De vrije uitvinding is het tegenovergestelde van de dienstuitvinding. De vrije uitvinding wordt door de werknemer gedaan op zijn eigen initiatief en met zijn eigen middelen. De rechten op zo’n uitvinding komen toe aan de werknemer.

3 De afhankelijke uitvinding houdt weliswaar verband met de activiteiten die de werknemer uitvoert, maar is geen rechtstreeks gevolg van de taken die hem zijn opgedragen. Dit type uitvinding houdt het midden tussen de dienstuitvinding en de vrije uitvinding. Er is voorts een duidelijke inbreng van de werkgever, bijvoorbeeld van financiële of materiële aard. Deze uitvindingen bevinden zich in een grijze zone: er wordt geval per geval beoordeeld aan wie de rechten toekomen.

In een contractuele regeling kunt u ook een mede-eigendom overeenkomen waardoor zowel de werknemer als de werkgever houder wordt van de rechten. Bij octrooien is het overigens zo dat diegene die het octrooi aanvraagt, de rechten als houder verkrijgt. Diegene die als uitvinder op het octrooi wordt vermeld, kan een andere persoon zijn dan de houder van de octrooirechten. In dat geval heeft enkel de octrooihouder de rechten. Als de octrooihouder evenwel de rechten van de uitvinder miskent bij zijn octrooiaanvraag, kan de uitvinder een vordering instellen om zijn octrooirechten (terug) te krijgen. Dat is nog een reden om voor een goede contractuele regeling te zorgen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content