Grote uittocht op arbeidsmarkt is begonnen

© belga

Een toenemend aantal 50-plussers verlaat de komende vijf jaar de arbeidsmarkt. Daardoor komen ruim 500.000 vacatures vrij. Tel daar de klassieke tewerkstellingsgroei bij en de som komt uit op 770.300.

De vergrijzing rolt de komende vijf jaar als een vloedgolf over de arbeidsmarkt. Tussen nu en 2015 trekken ruim een half miljoen 50-plussers de deur van hun werkplek definitief achter zich dicht. Het natuurlijke verloop ten gevolge van de demografische wissel ligt in de periode 2010-2015 30,4 procent hoger dan in de periode 2005-2010. “De komende vijf jaar is twee derde van de jobvraag een vervangingsvraag”, zegt Luc Sels, decaan van de faculteit economie van de KU Leuven.

Sels berekende dat je bij die 502.900 vacatures ook nog de gewone tewerkstellingsgroei moet rekenen. Die is in de komende vijf jaar goed voor naar schatting nog eens 267.400 jobs. Het gevolg is dat de vraag naar arbeidskrachten tussen 2010 en 2015 met 770.300 toeneemt

Volgens Sels is het geen optie die vacatures enkel te laten invullen door twintigers, dertigers of veertigers, zoals in het verleden gebeurde. “Dat zou betekenen dat de werkzaamheidsgraad van die groep moet oplopen tot 94 procent en meer. Dat is totaal onrealistisch.”

Vervroegde uittreding aanpakken

De oplossing om de vrijgekomen vacatures in te vullen ligt voor de hand: de uitstroom counteren door de 50-plussers langer aan de slag te houden en op die manier de snel opwarmende arbeidsmarkt afkoelen. In elk geval zal het stijgende aantal vacatures de hertewerkstellingskansen van 50-plussers doen toenemen. Momenteel valt de keuze bij slechts 5,2 procent van de aanwervingen op een 50-plusser. Om die arbeidsreserve te kunnen aanspreken zijn natuurlijk nieuwe beleidskeuzes nodig, met als doel de 50-plussers langer op de arbeidsmarkt te houden.
Sels ziet ruwweg twee mogelijkheden. Een ervan is een hogere wettelijke pensioenleeftijd. Als we de gemiddelde uittredingsleeftijd – die in 2010 in België 59,1 jaar bedroeg – werkelijk willen verhogen tot 62 of 63 jaar, dan moet de wettelijke pensioenleeftijd hoger liggen dan 65 jaar.

Een andere mogelijkheid is het model van de pensioenloopbaan met een 45-jarige loopbaan als norm. “Dat is waarschijnlijk het meest billijke denkspoor omdat het rekening houdt met verschillen in leeftijd aan de start van de loopbaan”, vindt Sels. “In beide scenario’s moet er een debat komen over een stimulerend bonus-malussysteem en over welke periodes van inactiviteit kunnen worden gelijkgesteld met werk. Daarnaast pleit Sels ook voor het terugdringen van de uittredingsstatuten (brugpensioen en andere) en voor een debat over de grote loonverschillen tussen oude en jonge werknemers. 50-plussers worden sneller uit de arbeidsmarkt gestoten worden in landen die een grote loonspanning kennen tussen de leeftijdsgroepen. (AM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content