Benoît Battistelli is president Europees Octrooibureau

© Jens Claessens

Met de goedkeuring door de Europese Raad voor Concurrentie zitten 25 EU-lidstaten in de rechte lijn naar een Europees eenheidsoctrooi. Dat is een promotie voor Benoît Battistelli, de president van het Europese Octrooibureau, een compagnon de route van Vincent Van Quickenborne tijdens het Belgische EU-voorzitterschap.

Franser dan Benoît Battistelli komen ze niet, ondanks de Italiaanse familienaam. De man is een ‘énarque’, in 1978 afgezwaaid aan de Ecole Nationale d’Administration, de kweekschool van de Franse bestuurselite, in dezelfde lichting als de één jaar oudere Gérard Mestrallet, de baas van GDF Suez. Als president van het Europese Octrooibureau zit Battistelli sinds juli 2010 op een van de meest begeerde posten van de internationale economie. Met zijn ongeveer 7000 personeelsleden en 1,2 miljard euro inkomsten is het Octrooibureau (EOB) de grootste Europese organisatie na de Europese Commissie.

Battistelli werkte vier jaar bij de Franse overheidsdienst voor concurrentie en consumentenzaken en zeventien jaar in de Franse dienst voor internationale handels- en investeringspromotie. Afwisselend in Frankrijk en in Polen, Italië, India en Turkije Daarna stapte hij over naar de administratie voor Industrie. Minister voor Industrie Nicole Fontaine haalde hem in 2002 als haar adjunct-kabinetschef tijdens de pensioenhervormende regering-Raffarin II. Sarkozy was dan minister van Binnenlandse Zaken. Toen Fontaine na de eclatante nederlaag in de regionale verkiezingen van 2004 uit de regering verdween, werd Battistelli algemeen directeur van het Institut national de la propriété industrielle (Inpi), het Franse octrooi- en merkenbureau met zijn 760 werknemers.

Internetjongen

In zijn zes jaar aan de top heeft Battistelli het Franse intellectuelerechtenbureau hervormd. “We moeten van een cultuur van procedures naar een cultuur van dienstverlening”, was zijn motto. Hij halveerde de tarieven voor de meeste aanvragers, bracht de aanvraagprocedure online, maakte de octrooidatabase van Inpi gratis toegankelijk en verdubbelde het aantal regionale kantoren. Hij gooide zich ook in de strijd tegen namaak, tot grote tevredenheid van de Franse luxegoederengroep LVMH.

Octrooikwaliteit staat niet bovenaan zijn agenda. Onder specialisten wordt Inpi net als de Belgische en Nederlandse octrooibureaus aanzien als een serviceloket waar octrooiaanvragen loutere registratieprocedures zijn.

Als algemeen directeur van Inpi was Battistelli ook lid van de het hoogste bestuursorgaan van het EOB, de bestuursraad die bestaat uit vertegenwoordigers van de 38 landen van het Europese Octrooiverdrag. In 2006 _ het jaar waarin hij ridder van het Légion d’Honneur werd _ werd hij verkozen tot adjunct-voorzitter in het vijfkoppige bestuur. In 2009 werd hij voorzitter. Het Europese eenheidsoctrooi was zijn belangrijkste agendapunt. Zijn verkiezing tot president, in het daarop volgende jaar, kostte twintig stemrondes en vier vergaderingen, maar de bestuursraad wou geen herhaling van het experiment van 2005, toen het mandaat werd verdeeld over de Fransman Alain Pompidou en de Britse Alison Brimelow.

Interne EOB-problemen

Hoe dan ook, minister van Ondernemen Vincent Van Quickenborne heeft niets dan lof voor Battistelli. “Een medestander en een absolute sterkhouder voor een modern, efficiënt en kwalitatief Europees octrooisysteem”, noemt hij hem.

Battistelli erfde als EOB-baas uit 2009 niet alleen een deficit van 73 miljoen, maar ook een diep verdeelde organisatie. De 4000 examinatoren klagen over de stijgende werkdruk. Een personeelsenquête in 2008 toonde dat nog maar 4 procent vertrouwen had in de bestuursraad die ervan verdacht werd de nationale octrooibureaus te promoten ten nadele van de EOB.

De Franse krant Les Echos noemt Battistelli een “sterke persoonlijkheid achter een gereserveerd uiterlijk”. Volgens een bekend EOB-watcher is hij er in de afgelopen negen maanden in geslaagd de spanningen te temperen. De vakbond van het EOB-personeel is “bezorgd” omdat Battistelli geen aanwervingen plant, maar wel rekent op een jaarlijkse groei van de octrooiaanvragen met 4 tot 5 procent. Voorlopig krijgt hij het voordeel van de twijfel.

Van Quickenborne twittert. Battistelli is de eerste EOB-president die blogt. Het is een onderdeel van de nieuwe EOB-website. De president ziet de blog niet als een preekstoel. Hij zoekt dialoog. Wel laat hij er geen twijfel over bestaan wie zijn broodheren zijn. In een verslag over zijn bezoek aan de Bulgaarse octrooidienst verzekert hij nauwe samenwerking met de nationale octrooibureaus “voor maximale efficiëntie”.

In het thuisland houdt hij een vinger aan de pols. Battistelli is schepen voor Cultuur in zijn geboorteplaats Saint-Germain-en-Laye, het mondaine stadje vlakbij Parijs waar ook Lodewijk XIV het levenslicht zag.

B.L.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content