50-plussers beginnen nauwelijks met een eigen zaak

© belga

Het aantal 50-plussers dat zelfstandige wordt, ligt in Vlaanderen opvallend laag. Het aandeel startende zelfstandigen in de leeftijdcategorie 50 tot 64 bedroeg in 2008 amper 0,38 procent.

Dat is een stuk minder dan de 1,13 procent in de leeftijdsgroep 15-64 jaar. Dat blijkt uit gegevens van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van Zelfstandigen (RSVZ) en berekeningen van het Steunpunt WSE (Werk en Sociale Economie).

Positief is wel dat het aantal startende zelfstandigen toenam tussen 2002 en 2007, al is die positieve trends in het crisisjaar 2008 omgebogen. Het onderzoek focust op Vlamingen die vanuit de inactiviteit of werkloosheid maar ook vanuit het statuut van loontrekkende naar een zelfstandige activiteit overstappen. Wie binnen de RSVZ naar een ander statuut overstapt (tussen hoofdberoep, bijberoep, helper of actief na pensioen) wordt niet meegeteld.

Volgens het Steunpunt WSE zijn deze cijfers niet zonder belang: een hoog aantal zelfstandigen onder de 50-plussers kan erop wijzen dat oudere werknemers die uit de arbeidsmarkt worden gestoten toch verder werken, maar dan als zelfstandige. In het eindeloopbaandebat wordt het vizier vaak enkel op nieuwe banen voor loontrekkenden gericht, maar dat is slechts één optie.

“Ook een zelfstandige activiteit kan de werkzaamheid bij 50- en 55-plussers ten goede komen. Het kan zelfs een uitweg zijn wanneer de zoektocht naar een job in loonarbeid zonder resultaat blijft”, stelt een WSE-rapport dat onder leiding van de Leuvense professor Luc Sels werd samengesteld. Het onderzoek toont dus niet echt een positief beeld: het aantal starters bij 50-plussers blijft laag en zorgt niet voor een boost in de werkzaamheid van 50-plussers.

A.M.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content