Moyersoen wekt dode stock tot leven

CHRISTOPHE MOYERSOEN "Wij zijn eerder een redder van bedrijfsactiviteiten dan een aasgier." © Jonas Lampens

Het veilinghuis Moyersoen heeft twee belangrijke poten: de verkoop uit faillissementen en online stockverkopen. Die laatste winnen sterk aan belang. Topman Christophe Moyersoen bereidt zich voor op een exit.

Moyersoen is met 12,3 miljoen omzet het grootste veilinghuis van het land. De verkoper van goederen uit faillissementen is een goede graadmeter van de economie. “De bouwsector komt uit een dal, maar doet het wat beter”, signaleert gedelegeerd bestuurder Christophe Moyersoen. “De horeca verwerkt klassiek al veel faillissementen, maar de verwachte klap door de witte kassa bleef uit. De textielsector draait erg slecht, omdat de ketens zich moeilijk kunnen positioneren. Zo kwamen we tussen voor een aantal winkels van McGregor en Gaastra, die in de WCO-procedure zaten.”

Het veilinghuis verwerkte in 2016 een omzetdaling van 2,5 miljoen euro. Dat heeft volgens Moyersoen niet alleen met de aantrekkende economie te maken. “In twee dossiers weigerden curatoren de factuur te betalen voor ons werk”, meldt hij stoïcijns. “Dat heeft ons 725.000 euro gekost. Om dat te vermijden, richten wij ons meer op een groeiende niche: openbare veilingen voor bedrijven. Business to justice wordt business to business.”

Slechte reputatie

Christophe Moyersoen startte in 1980 in de veilingwereld als bediende bij Appelboom, de toenmalige marktleider. In 1987 begon hij met Dirk Heyman een eigen veilinghuis. In 1994 gingen ze apart verder. “Onze waarden en visie stonden haaks op elkaar”, formuleert Moyersoen de problemen eufemistisch. Heyman & Co kwam in 2003 in een storm terecht, omdat het gerecht een fraudeonderzoek voerde naar zijn toenmalige directeur. Moyersoen: “Heel de sector stond in een slecht daglicht. In één klap verloren we onze belangrijkste markt, omdat de voorzitter van de Brusselse rechtbank van koophandel weigerde nog met veilinghuizen te werken. De curatoren moesten zelf de verkoop van failliete boedels organiseren.”

Moyersoen richtte zich lang exclusief op de verkoop uit faillissementen. Het kan de goederen openbaar of onderhands verkopen. In het eerste geval bedraagt het ereloon 17 procent, in het tweede 10 procent. Een andere mogelijkheid is de verkoop van het handelsfonds aan een ander bedrijf of de winkelverkoop van consumentengoederen. Moyersoen heeft ook een team dat zich specifiek richt op de verkoop van vastgoed uit faillissementen. Ook banken of leasingmaatschappijen geven opdracht tot de verkoop van goederen van hun failliete klanten. “Ze wisten er als financiële specialisten geen blijf mee, dus kwamen ze bij ons terecht”, zegt Moyersoen. “Dat gaf onze business een boost.”

Voorraden herwaarderen

Na de financiële crisis van 2008 zagen de veilinghuizen nog een opstoot in de omzet. De banken draaiden de kredietkraan dicht en bedrijven zochten op hun eigen balans naar activa. Voorraden gingen via de veilinghuizen massaal de deur uit. Moyersoen: “Voor de crisis lieten bedrijfsleiders hun stock in een magazijn, in de hoop op betere tijden. Ze wilden ook niet via ons verkopen, uit vrees dat het gerucht zou ontstaan dat er problemen waren. Nu is de verkoop van onverkochte voorraden dagelijkse kost.”

Er is volgens Moyersoen nog “waanzinnig veel” dode stock aanwezig in Belgische bedrijven. Bankiers sturen Moyersoen op pad om de voorraden van hun klanten te herwaarderen. “Bedrijven kunnen die stock zonder veel problemen 10 tot 15 procent te hoog waarderen in de boeken”, verklaart Moyersoen. “Dat geeft na ons bezoek soms aanleiding tot pittige gesprekken. Hoe langer de opkuis wordt uitgesteld, hoe groter het probleem. Wie snel verkoopt, kan nog 30 procent recupereren. Als de voorraad meer dan drie jaar oud is, kan de prijs dalen tot 10 procent.”

Moyersoen veilt de onverkochte voorraden meestal online. Pas als het hoogste bod bekend is, koopt het veilinghuis de goederen, om ze dan door te verkopen. Sommige klanten verkopen de goederen ook via Moyersoen om anoniem te kunnen blijven. “Een fabrikant wil meestal niet dat de handelaars weten dat hij zijn goederen tegen soms een kwart van de winkelprijs verkoopt”, legt Moyersoen uit. “Het publiek van koopjesjagers en consumenten in het reguliere handelscircuit is echter vrij gescheiden.”

De in 2015 gepubliceerde omzet van 15,8 miljoen bestaat voor bijna 11,3 miljoen uit verkopen en 4 miljoen commissies op gerechtelijke openbare verkopen. De hamerwaarde (van de verkochte activa) is volgens Moyersoen 35 miljoen euro, ongeveer evenveel als bij de Nederlandse concurrent Troostwijk.

Online is transparant

In 2001 deed Moyersoen een eerste poging om de goederen online aan de man te brengen, zonder veel succes. “Nu heeft bijna iedereen toegang tot het internet, wat de zaken makkelijker maakt”, zegt hij. “Het grote voordeel van onlineverkopen is de transparantie. Iedereen kan het verkoopproces volgen, terwijl er na onderhandse verkopen soms discussies waren, ook met de fiscus. Met het internet spreken we een veel groter kooppubliek aan dan met een fysieke veiling.”

In het nevenbedrijf Cloud Hammer ontwikkelt een ploeg rond Moyersoen software om onlineveilingen te ondersteunen. “Door het succes van de openbare internetverkoop is het aantal veilinghuizen in tien jaar gedaald naar honderd, waarvan er slechts vier op enige schaal online verkopen”, aldus Moyersoen. “Ook in onze sector is de ontwrichting door het internet een feit. Heel wat veilinghuizen zijn op sterven na dood. Met de juiste software kunnen we de leiding nemen in de grote consolidatie die nog voor de deur staat.”

Kleine veilinghuizen hebben het moeilijker om echt grote dossiers binnen te halen. Op de 500 dossiers die Moyersoen jaarlijks afhandelt, maakt het 400 keer verlies. Als een boedel ongeveer 50.000 euro groot is, is de operatie neutraal. Dat is het geval in 10 procent van de dossiers. “De bluts met de buil”, noemt zijn topman dat. “Met een miniem aantal dossiers verdienen we buitenproportioneel veel. Mijn mooiste faillissement kreeg ik op een donderdag. De verkoop gebeurde na het weekend en bracht dubbel zoveel op als de curatoren en de banken hadden gehoopt. Dat leverde me 470.000 euro op. Net als de curator moet een veilinghuis veel slechte dossiers behandelen om enkele betere binnen te halen. Schaalgrootte is dus een kritische factor om te overleven.”

Veel miserie

Bij de afwikkeling van faillissementen ziet Christophe Moyersoen heel wat miserie. Bedrijfsleiders die vol enthousiasme aan hun onderneming begonnen, moeten hun droom opgeven. “Als de bedrijfsleider niet begrijpt waarom hij failliet is gegaan, moet hij meestal gewoon in de spiegel kijken”, meent hij. “Natuurlijk kan hij pech hebben gehad, maar meestal ging het bedrijf failliet door slecht management, te veel ambitie zonder financiële onderbouw, te hoge uitgaven of verkeerde commerciële beslissingen. Het kan natuurlijk dat je, bijvoorbeeld in de bouwsector, onderuitgaat omdat klanten failliet gaan. Dan heeft die aannemer in feite te grote risico’s genomen om toch maar te kunnen blijven werken.”

Christophe Moyersoen vecht tegen het imago van veilinghuizen als aasgieren, die leven van de problemen van andere ondernemingen. “Heel dikwijls hebben we er net voor gezorgd dat een bedrijf kan worden voortgezet en dat een deel van de werkgelegenheid gered is”, repliceert hij. “Neem het bedrijf Metalfire, dat in Evergem kwaliteitsvolle haarden produceert. Er kwam een nieuwe manager, die de omzet wilde verviervoudigen. Die investeerde hij in productiecapaciteit en voorraden om dat te realiseren. Dan pas werd naar klanten gezocht. Het bedrijf ging failliet en ik kreeg de opdracht een koper te vinden. Heel snel vond ik de West-Vlaamse zakenfamilie Ide, die vandaag met MetalfireX wel die groei zal organiseren.”

Topondernemers zijn door hun netwerk perfect op de hoogte van bedrijven in moeilijkheden, dus in hun eigen niche kan Moyersoen weinig toegevoegde waarde bieden. “Wij geven hun informatie over mogelijke kansen om een onderneming net buiten de rand van hun niche over te nemen”, aldus Moyersoen. “Mijn gsm zit vol met de nummers van potentiële kopers.”

Dat netwerk komt zeker van pas voor zijn tradingbedrijf, Datato International. “Dat schakel ik in voor goederen die minder geschikt zijn om via een openbare veilig te verkopen, omdat de eigenaar onmiddellijk cash wil”, verdedigt hij. “Dan moet je een beperkt aantal potentiële kopers contacteren en de transactie snel afronden. Dat gebeurt het best via een apart bedrijf, omdat een veilinghuis zo’n groot risico niet kan dragen.”

IPT’ke

De omzet steeg tussen 2013 en 2015 van 7 naar 15 miljoen euro. Moyersoen was verhuisd van Wilrijk naar Hemiksem, waar het bijna 2 hectare opslagruimte had ontwikkeld. Die investering is echter niet de oorzaak van het verlies dat de onderneming in 2015 en 2016 boekte. De topman meldt in de praktijk een winst van 1 miljoen euro. Waar is die naartoe? Moyersoen klopt op zijn portemonnee. “Hier”, lacht hij. “Ik heb op aanraden van mijn bankier een IPT’ke gedaan.” Met de individuele pensioentoezegging (IPT) kan een bedrijfsleider een aanvullend pensioen opbouwen via zijn vennootschap, omdat die de premies betaalt en mag aftrekken (1 miljoen in 2015 en 600.000 euro in 2016, in het geval van Christophe Moyersoen).

Moyersoen heeft 3 miljoen schulden, tegenover een eigen vermogen van 0,45 miljoen. Dat lijkt penibel. “Een miljoen zijn handelsschulden, omdat wij na de veiling de aankoop van goederen voorschieten en we het geld later pas factureren aan de klant”, aldus Moyersoen.

Momenteel werkt Moyersoen met John Van Damme van het gelijknamige transportbedrijf uit Waals-Brabant aan de uitbouw van een Waalse divisie. Ze willen daarmee vier onlineveilingen per jaar organiseren nadat de goederen op een site van 3 hectare zijn getoond.

Moyersoen is 55 jaar. Denkt hij niet stilaan aan zijn pensioen? “Al vijftien jaar”, geeft hij toe. “Door twee tegenslagen, zakelijk en in mijn huwelijk, moest ik telkens van nul herbeginnen. De voorbije jaren heb ik het bedrijf intern beter in orde gebracht, net met het oog op een gestructureerde voortzetting. Moyersoen, Datato International, Cloud Hammer en Chrisar, dat ons vastgoed beheert, zijn vier bedrijven die perfect apart kunnen worden verkocht, zonder dat de groep eronder lijdt. Als morgen iemand over een overname wil praten, ben ik er klaar voor.”

Hans Brockmans, fotografie Jonas Lampens

“Als er morgen iemand over een overname wil praten, ben ik er klaar voor” – Christophe Moyersoen

“Als de bedrijfsleider niet begrijpt waarom hij juist failliet is gegaan, moet hij meestal gewoon in de spiegel kijken” – Christophe Moyersoen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content