Europese banken moeten samenwerken of fuseren

© reuters
Patrick Lane redacteur banken van The Economist

Op de Europese bankenmarkt is nog veel ruimte voor consolidatie. Een paar grote Europese banken geven elkaar het jawoord.

De Europese bankenmarkt blijft verbrokkeld en banken zitten gevangen binnen de eigen landsgrenzen. Hoewel veel Europese banken al vertrouwde namen zijn in buitenlandse straten, blijven ze 86 procent van de leningen uitschrijven aan landgenoten, zowat evenveel als aan de vooravond van de financiële crisis van 2007-2008. Het is hoog tijd voor meer integratie, en de meest voor de hand liggende weg naar dat doel is meer samenwerking tussen de Europese banken.

Commerzbank, de tweede bank van Duitsland, gaat al langer over de tongen als een geschikte huwelijkskandidaat. Er zou al gepraat zijn met de grootste drie Franse banken (BNP Paribas, Crédit Agricole en Société Générale) en met de grootste kredietverstrekker van Italië (UniCredit). Die laatste zou ook in de smaak vallen bij Société Générale. Veel machtige mensen bij de Europese Commissie, de ECB en de banken zelf zouden zulke deals op applaus onthalen. Op wereldniveau zijn zelfs de grote Europese banken slechts meelopers. Enkel het Britse HSBC staat in aandelenwaarde in de top tien van de wereld, en die bank haalt het grootste deel van haar winst op in Azië.

Sinds de crisis hebben de Amerikaanse reuzen en de nieuwe Chinese kolossen hun Europese concurrenten achter zich gelaten. Wall Street domineert de Europese ranglijsten in investeringsbankieren. Volgens het onderzoeksbedrijf Dealogic slaagde geen enkele bank uit de eurozone erin tijdens de eerste negen maanden van 2018 een plaatsje te bemachtigen in de top vijf (zie tabel), zelfs niet de ooit zo zelfverzekerde Deutsche Bank. Extra spanwijdte kan meer doen dan enkel de Europese trots opkrikken. Door te snoeien in de kosten kunnen fusies leiden tot goedkopere financiering voor bedrijven en gezinnen.

Maar het is lastiger besparingen te vinden voor internationale fusies dan voor binnenlandse, vooral in retailbanking. De kantoornetwerken overlappen niet en je kunt de verschillen in boekhoudnormen en taal niet zomaar wegdenken. Dezelfde EU-functionarissen die aansturen op megafusies zijn bovendien nog niet klaar met de onderliggende regelgeving. De Europese bankenunie, eengemaakte regels voor een eengemaakte markt, is onvolledig. Er is nog geen gemeenschappelijke regeling om deposito’s te verzekeren, wat het bijvoorbeeld zou mogelijk maken Italiaanse leningen te financieren met Duits spaargeld. De kans dat die regeling er binnenkort komt, is bovendien miniem. De Duitse weerstand is te groot.

Ruimte voor consolidering

Toch wijst de logica van een eengemaakte markt de weg naar grensoverschrijdend bankieren. Het Nederlandse ING is de op twee na grootste retailbank in Duitsland geworden zonder één kantoor te openen. De tactiek: tussen 1998 en 2003 heeft ING in verschillende stadia een onlinebank bij elkaar gekocht.

Er blijft nog veel ruimte over voor nationale consolidering. Duitsland telt 1600 banken. Deutsche Bank, de grootste, is ook een mogelijke partner voor Commerzbank, al wil geen van beide misschien de problemen van de ander delen. In Italië en Spanje hebben de zwakkere, kleine banken nog werk voor de boeg, door de krachten te bundelen of door op te gaan in grotere financiële ondernemingen. Er liggen echter ongetwijfeld ook grote internationale deals in het verschiet. Uiteindelijk zullen de Europese banken het bed moeten delen om van een vollere tafel te kunnen genieten.

Europese banken moeten samenwerken of fuseren
© Dealogic

Partner Content