‘Dividenden breken records’

NICK CLAY "Je moet profiteren van momenten waarop de markt zich vergist in het lot van een bedrijf."

De hogere volatiliteit op de markten speelt in het voordeel van fondsen die zich hebben gespecialiseerd in dividendaandelen.

De Angelsaksische vermogensbeheerder Janus Henderson heeft de vijftiende editie van zijn studie over de evolutie van de wereldwijde dividenden gepubliceerd. Het rapport meet de winstuitkeringen van de 1200 bedrijven met de grootste beurskapitalisatie. Het maakt ook vergelijkingen tussen de trends in de verschillende landen. Volgens Alex Crooke, hoofd van Global Equity Income bij Janus Henderson, zijn de dividenden sinds begin 2017 fors de hoogte ingegaan. “De algemene stijging van de economische activiteit in de hele wereld had een positieve impact op de bedrijfsresultaten”, stelt Crooke vast. In het tweede kwartaal stegen de dividenduitkeringen met 5,4 procent, wat goed was voor een nieuw kwartaalrecord van 447,5 miljard dollar. “Die prestatie is een opmerkelijke verbetering tegenover de jongste jaren. De Janus Henderson Global Dividend-index haalde zelfs zijn hoogste niveau in drie jaar.”

Crooke wijst erop dat de dividenden zijn gestegen in alle regio’s, met uitzondering van Groot-Brittannië, dat werd getroffen door de devaluatie van zijn munt als gevolg van de brexit. “Dividenduitkeringen in pond worden tegen een veel minder gunstige koers omgezet in dollar.” Vooral de winstuitkeringen in de Verenigde Staten zijn sterk gegroeid, in de eerste plaats dankzij de banksector en het uitzonderlijke dividend van Costco. Ook Zwitserland, Nederland, België, Indonesië en Zuid-Korea hebben nieuwe kwartaalrecords neergezet. “Bovendien zijn de vooruitzichten voor 2017 opwaarts bijgesteld tot 1208 miljard dollar”, weet Crooke. “Dat zou overeenstemmen met een stijging van 5,5 procent, zonder rekening te houden met wisselkoersschommelingen of uitzonderlijke dividenden.”

Grote verschillen

Toch zijn de beste tien fondsen die beleggen in wereldwijde dividendaandelen gemiddeld teruggevallen met 3 procent sinds begin dit jaar. Dat brengt de geannualiseerde stijging over de afgelopen drie jaar terug tot 7,9 procent. De prestatieverschillen tussen de fondsen zijn heel groot. De slechtste fondsen haalden sinds midden 2014 slechts een gemiddeld jaarrendement van 3 à 4 procent.

Die verschillen zijn gedeeltelijk te verklaren doordat er in deze categorie fondsen geen aandelen zijn die onmisbaar zijn in de portefeuilles, zoals vaak het geval is bij producten die beleggen in een specifieke sector of een land. De beheerders van de beste fondsen hebben de neiging aandelen te vermijden die zeer hoge dividenden uitkeren – zoals telecom- of nutsbedrijven – en geven veeleer de voorkeur aan bedrijven die hun dividenden regelmatig verhogen. De uiteenlopende prestaties sinds begin dit jaar zijn vooral te wijten aan het gewicht van de aandelen uit de Verenigde Staten of de opkomende markten.

Bovenaan in het klassement staat het fonds UBS (Lux) – Global High Dividend, dat mee wordt beheerd door Patrick Zimmermann. Hij zet expliciet in op rendabele kwaliteitsbedrijven met weinig schulden, die hun dividend regelmatig verhogen. “Het dividend moet zo duurzaam mogelijk zijn en bedrijven moeten in staat zijn ze op te trekken”, stelt Zimmermann. “Wij letten ook goed op de volatiliteit van de koers en op de historische stabiliteit van de dividenden die de onderneming uitkeert.”

UBS past een sterke diversificatie toe. De portefeuille telt doorgaans een honderdtal posities (op een universum van 2500 aandelen) en de beheerders beleggen in uiteenlopende sectoren en geografische regio’s. Elk aandeel krijgt min of meer hetzelfde gewicht (rond 1 % van de beheerde activa). Om de vier à zes weken wordt de portefeuille aangepast, wat leidt tot een rotatiegraad van ongeveer 100 procent per jaar. “De aandelen moeten voldoende liquide zijn, zodat we onze positie in één dag kunnen verkopen”, aldus Zimmermann. De beheerders hebben hun beleggingen in de sector van de basisconsumptiegoederen verlaagd en die in technologie en de financiële sector verhoogd.

Achterstand inlopen

Op de tweede plaats in de rangschikking staat het fonds BNY Mellon Global Equity Income, dat sinds 2012 vanuit Londen wordt beheerd door Nick Clay. “Strategieën gericht op hoge dividenden zijn zeer geschikt in de huidige marktomstandigheden, omdat ze volatiele periodes beter kunnen doorstaan. Dat verklaart ook waarom die aandelen op lange termijn beter presteren dan de markt, en waarom het dividendrendement daarin het grootste aandeel heeft.”

Om tot goede resultaten te komen is het volgens Clay ook belangrijk te profiteren van momenten van sterke volatiliteit, om kwaliteitsaandelen tegen een aantrekkelijke prijs te kopen. “Je moet profiteren van momenten waarop de markt zich vergist in het lot van een bedrijf.” Anders dan het fonds van UBS belegt Clay slechts in ongeveer vijftig posities.

De analisten van Morningstar geven het fonds van BNY Mellon een neutraal advies vanwege de personeelswissels van de afgelopen jaren. “Wij willen meer stabiliteit zien voordat we ons vertrouwen teruggeven aan dit team”, schreef Jeffrey Schumacher in zijn recentste rapport in juni. Tot op heden lijkt die vrees ongegrond, aangezien het fonds een groot deel heeft weggewerkt van de achterstand die het begin 2017 nog had op UBS.

Frédéric Dineur

“Aandelen met hoge dividenden kunnen volatiele periodes beter doorstaan”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content