De Belgische vastgoedmarkt voelt voorlopig niet veel van de economische crisis. In het derde kwartaal zijn zowel het aantal transacties als de prijzen gestegen. Maar september hint op een afkoeling.
De recentste‘Notarisbarometer’ van de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat toont een Belgische vastgoedmarkt die zich staande kan houden, ondanks macro-economische indicatoren die op onweer staan. De gemiddelde huizenprijs is de voorbije drie maanden gestegen, al blijft die stijging vrij beperkt (+1,7%). Een woonhuis kost nu gemiddeld 232.468 euro. De gemiddelde prijs van een appartement blijft al een tijdje stabiel en gaat van 198.782 euro naar 199.682 euro (+0,5%).
In Vlaanderen stijgt de prijs van woonhuizen van 246.711 euro naar 251.151 euro (+1,8%), in Wallonië van 171.179 euro naar 176.229 euro (+3%). In Brussel is er een daling van 5,3%, die de stijging van 7,9% van het vorige kwartaal weer compenseert. De gemiddelde prijs gaat er van 422.248 euro naar 399.662 euro.
Meer dan die (beperkte) prijsstijgingen wijst het hoge aantal transacties nog op een vastgoedmarkt die weinig van de crisis voelt. De vastgoedactiviteit in juli en augustus lag respectievelijk 22,6 en 1,7% hoger dan in dezelfde maanden vorig jaar. Als verklaring voor verwijzen de notarissen naar de hypothecaire rente, die nog altijd daalt.
In september koelde de marktactiviteit wat af, zodat het kwartaal uiteindelijk aftikte op een index van 98,9, 4,3% hoger dan het derde kwartaal van vorig jaar.
De vraag is of die daling in september een voorbode is van een verzwakking van de Belgische woningmarkt. Eerder deze week maakte de Beroepsvereniging van het Krediet bekend dat in september 42,5% minder hypothecaire kredieten zijn aangevraagd dan in september 2011. Ook het onderliggende bedrag van de kredietaanvragen daalde met 26,8%. 2011 was wel een topjaar voor de kredietverlening dankzij de overheidsmaatregelen ten gunste van energiebesparende investeringen. De kredietverleners zien een verband tussen de achteruitgang van het aantal kredieten en de daling van het consumentenvertrouwen en de onzekere economische toestand. (LV)
