Gemiddelde woningprijzen in eurolanden blijven dalen

De woningprijzen in de eurozone zijn in het derde kwartaal van 2013 gemiddeld met 1,3 procent gedaald ten opzichte van een jaar eerder.

In vergelijking met het tweede kwartaal van 2013 werden huizen in de eurolanden 0,6 procent duurder. Dat blijkt uit cijfers van het Europees statistiekbureau Eurostat.

Hoewel er gemiddeld sprake is van een terugval van de woningprijzen, blijven er opmerkelijke verschillen tussen de eurolanden onderling.

Zo stegen de woningprijzen op jaarbasis het sterkst in Estland (+11 procent) en Luxemburg (+6,5 procent). Opmerkelijke dalingen waren er in Cyprus (-8 procent) en Spanje (-6,4 procent). In België lagen de woningprijzen – volgens de berekeningen van Eurostat – in het derde kwartaal 0,7 procent hoger dan een jaar eerder. Tegenover het voorgaande kwartaal was er een stijging met 1,7 procent.

Buiten de eurozone lieten vooral de Britse en Zweedse woningmarkt een stevige groei optekenen. In Groot-Brittannië werden woningen in de periode van juli tot en met september 3,6 procent duurder, in Zweden klom de gemiddelde prijs met bijna 6 procent. In Kroatië zakte de gemiddelde prijs met bijna 17 procent.

Hoewel de prijzenevolutie van Eurostat een aanwijzing kan zijn dat de eurozone uit een periode van recessie klautert, blijven de recente gegevens een weerspiegeling van de wereldwijde financiële crisis die in bepaalde landen voor een heuse vastgoedcrash heeft gezorgd.

In Ierland bijvoorbeeld liggen de woningprijzen nog steeds 45 procent onder de piek van voor de crisis. Wat de volledige eurozone betreft, liggen de prijzen ongeveer 5 procent lager dan de piek in het tweede kwartaal van 2008. (Belga/BO)