Zwakke broertjes van eurozone groeien sneller dan België

De perifere eurolanden als Ierland, Griekenland en Spanje worden beloond voor hun hervormingsinspanningen. Volgend jaar groeien ze sneller dan het gemiddelde van de eurozone, blijkt uit de voorspellingen van de Europese Commissie. Duitsland ontgoochelt, en België bengelt achteraan.

Nergens heeft de crisis zo lelijk huisgehouden als in de zogenoemde PIGS: Portugal, Ierland, Griekenland en Spanje. Het tij lijkt daar nu te keren. De groei in de PIGS komt volgend jaar hoger uit dan 1,1 procent, het gemiddelde van de eurozone. Dat zeggen prognoses van de Europese Commissie. “De meeste eurolanden die hervormingsprogramma’s hadden of hebben, zijn met een inhaalbeweging bezig”, zegt de commissie in haar rapport.

Dat is een understatement. Ierland bijvoorbeeld zal volgend jaar groeien met 3,6 procent, meer dan het drievoudige van het eurozonegemiddelde. Wegens zijn sterke banden met de dynamische Britse en Amerikaanse economie, koppelt de Ierse conjunctuur zich los van die van de eurozone, stelt de commissie. De export en de binnenlandse vraag doen de Ierse groei dit jaar uitkomen op een slordige 4,6 procent, de sterkste prestatie in de eurozone.

Blikvanger is Griekenland. Na zes jaar recessie, groeit de Griekse economie dit jaar met 0,6 en volgend jaar met 2,9 procent. De consumptie zal herleven, schrijft de Commissie. Ook de export doet zijn deel, dankzij de scheepvaartsector en het toerisme. In 2016 ziet de Commissie Griekenland zelfs groeien met 3,7 procent. “De economie begint de vruchten te plukken van de lopende structurele hervormingen”, staat in het rapport.

Locomotief

Het Spaanse en Portugese herstel oogt minder spectaculair, met een groei van respectievelijk 1,7 en 1,3 procent volgend jaar. Maar in beide landen blijft de werkloosheid dalen. Halfweg dit jaar stond de Spaanse werkloosheidgraad op 24,5 procent, tegen 2016 wordt dat 22,2 procent. De Portugese werkloosheid zakt in dezelfde periode van 14 naar 12,8 procent. Het Spaanse vastgoed, zwaar getroffen door de crisis, zit dicht tegen een herstel, aldus de Commissie.

“De PIGS herwinnen hun competitiviteit tegenover de rest van de eurzone”, zegt Koen De Leus, econoom van KBC. “De lonen zijn er gedaald, de arbeidsmarkt is er versoepeld, en heel wat beroepsgroepen zijn er niet langer afgeschermd van concurrentie. De PIGS zijn klaar voor een positieve spiraal.”

Maar De Leus waarschuwt voor overdreven enthousiasme. “Voor hun export zijn de PIGS erg afhankelijk van de rest van de eurozone, en vooral van Duitsland. Maar de Duitse groei zal vertragen, van 1,3 procent dit jaar tot 1,1 procent volgend jaar. Dat is opvallend. Eerder ging de Commissie nog uit van een aantrekkende groei in Duitsland.”

De vertraging van de Duitse locomotief heeft het herstel van de hele eurozone verschoven naar 2015, en dan nog. “Het echte herstel komt pas in 2016”, zegt De Leus. “Duitsland houdt hardnekkig vast aan een begroting in evenwicht, maar zou beter investeren in zijn economie, en de binnenlandse consumptie stimuleren via een belastingverlaging voor de gezinnen. Dat zou de groei in de hele eurozone aanzwengelen.”

Vertrouwen

België stelt teleur met een groei van slechts 0,9 procent volgend jaar. In 2016 wordt het met een groei van 1,1 procent amper beter. “Dat is de laagste groei in de hele eurozone, samen met Italië en Finland”, zegt De Leus. “Tijdens de crisis was België een sterkhouder, nu gaan we naar de staart van de groep.”

Een andere teleurstelling is het structurele begrotingstekort, of het tekort zonder eenmalige maatregelen en conjuncturele invloeden. De Commissie ziet het structurele tekort zakken van 2,6 procent in 2014 tot 2,2 procent in 2015, maar daarna stijgt het opnieuw tot 2,3 procent in 2016. Dat wordt een harde dobber voor de regering-Michel, die tegen 2018 naar een structureel evenwicht wil.

Allicht zullen de saneringsmaatregelen wegen op de Belgische groei, maar dat is niet zeker, volgens De Leus. “De sanering zou net zo goed het vertrouwen van de gezinnen kunnen opkrikken, wat de gezinsconsumptie zou stimuleren.”

België moet zijn concurrentiekracht herstellen, maar dat is een werk van langere adem. “Het is niet door één indexsprong dat België supercompetitief wordt”, zegt De Leus. “Dat verklaart waarom de Commissie de Belgische groei zo laag inschat.”