Vlaamse scholenbouw rijdt zich vast in pps-constructie

Alain Mouton
Alain Mouton Redacteur bij Trends

Het Vlaamse scholenbouwproject via publiek-private samenwerking (pps) is voor veel scholen een financiële strop. Door de hoge prijs deinzen ze ervoor terug om in het project te stappen. Bovendien krijgen ze geen inzage in de raamovereenkomst.

In opdracht van de Vlaamse regering ontwerpt, financiert, bouwt en onderhoudt de vennootschap Scholen voor Morgen de komende vijf jaar 211 scholengebouwen. Het is een zogenaamde DBFM-vennootschap, Design, Build, Finance and Maintain. De vennootschap bestaat uit BNP Paribas Fortis, Fortis Real Estate en de overheidspartner School Invest. Die laatste bestaat uit de Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV) en het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGIOn).

De bedoeling van deze constructie is om de achterstand in de Vlaamse scholenbouw en -renovatie in te halen. De investering bedraagt 1,5 miljard euro. De vennootschap stelt de gebouwen 30 jaar ter beschikking van de scholen, tegen een beschikbaarheidvergoeding.

En daar wringt het schoentje. Die beschikbaarheidvergoeding zou variëren tussen 73 en 120 procent van de jaarlijkse werkingstoelage van de scholen. Vooral voor de katholieke scholen is dat een groot probleem. Terwijl de kosten voor het gemeenschapsonderwijs volledig worden betaald door de overheid, moet het gesubsidieerd onderwijs 30 procent (voor basisscholen) tot 40 procent (secundaire scholen) bijpassen. De overheid kan niet op dezelfde manier tussenbeide komen voor schoolgebouwen die haar eigendom niet zijn.

De scholen krijgen tot eind november om te laten weten of ze het contract ondertekenen. Momenteel ziet het er niet naar uit dat veel scholen in het project stappen. Critici van het project vrezen dat de Vlaamse regering met dit project een heilloos pad is ingeslagen, dat op termijn gelijkenissen dreigt te vertonen met het Oosterweeldossier, dat andere grote pps-project.

Zo neemt de hele procedure veel meer tijd in beslag dan voorzien. Al in juli 2004 beloofden Vlaams minister-president Yves Leterme en minister van Onderwijs Frank Vandenbroucke dat de nood aan nieuwe scholen zou worden ingevuld via alternatieve financiering. De projecten zouden vanaf 2007 worden opgestart en in 2008 op kruissnelheid komen.

Zo ver staan we zeker niet. De oorspronkelijke prijs van de DBFM-constructie was 1 miljard euro en is ondertussen opgelopen tot 1,5 miljard euro. En de bouwoppervlakte is gedaald van 700.000 naar iets meer dan 600.000 vierkante meter.

Betalen met KBC-middelen?

Als tal van inrichtende machten beslissen om het contract niet te ondertekenen, heeft de Vlaamse regering een probleem. Volgens Vlaams volksvertegenwoordiger Jos De Meyer (CD&V) kan een oplossing erin bestaan dat de Vlaamse overheid een groter deel van de kosten op zich neemt. Zo kan de Vlaamse regering voor de basisscholen nog voor 20 procent van de kosten opdraaien (in plaats van 30 procent) en de secundaire scholen voor 30 procent (in plaats van 40).

Maar de vraag rijst of de Vlaamse overheid dat wel kan of wil. Niet alleen wil de regering de komende jaren de hand op de knip houden, bovendien maakt onderwijs al 39 procent uit van het budget van de Vlaamse regering.

“Een deel van de extra KBC-middelen kan eventueel gebruikt worden voor de reguliere scholenbouw.” Ook hier staat de Vlaamse regering voor een gigantische opdracht. “Het gaat voor het vrij onderwijs alleen al om 1600 dossiers voor een totaalbedrag van 2,5 miljard euro. We spreken vandaag over een wachttijd van tien jaar en bij hetzelfde investeringsritme duurt het vijftig jaar voor alle projecten gerealiseerd zijn.”

Bovendien is het volgens De Meyer noodzakelijk om de deadline waarbinnen de schoolbesturen moeten beslissen (eind november) te verlengen. Dirk Van Stappen, investeringsspecialist van de Vlaams Secretariaat voor het Katholiek Onderwijs (VSKO), bevestigt dat er aan een oplossing wordt gewerkt.

“De scholen zijn bereid om hun spaargeld aan te wenden, maar dat is niet voldoende. Het probleem is dat er geen geld meer is voor het pedagogische project. Wij hebben dit systeem voor financiering en bouw van de scholen niet gevraagd. Het is interessant voor de Vlaamse regering omdat ze via een pps bepaalde uitgaven buiten de begroting kan houden.”

PMV benadrukt ze de positieve kanten van een pps-project: de privésector neemt een deel van de risico’s, zoals het onderhoud, op zich. “Critici vergelijken ook vaak appelen met peren. Ze zeggen dat een klassieke aanbesteding goedkoper is. Maar je mag niet vergeten dat een DBFM-project ook bepaalt dat de gebouwde of gerenoveerde schoolgebouwen onderhouden moeten worden. In het andere geval moeten de scholen dat zelf doen”, zegt Ben Jehaes van PMV.

Voorstanders benadrukken ook dat de nieuwe scholen energiezuiniger zullen zijn en dat het bouwproject gedurende zes jaar werk werkt garandeert voor 3300 mensen in de bouwsector.

Vertrouwelijkheidsclausule

Bij de scholen is er de voorbije dagen nog een nieuwe bron van bezorgdheid bijgekomen. In het DBFM-contract (280 bladzijden) dat de scholen ter ondertekening krijgen voorgelegd, wordt 56 keer verwezen naar de raamovereenkomst tussen de Vlaamse overheid en BNP Paribas Fortis. De Meyer verklaarde vorige week in het Vlaams Parlement dat hij die overeenkomst begin september had opgevraagd bij de Vlaamse regering, maar dat hij die niet kon krijgen.

“Er staat blijkbaar een vertrouwelijkheidsclausule in het contract waardoor we de overeenkomst niet kunnen inzien. Ik heb aan de Vlaamse regering en aan minister Smet de suggestie meegegeven dat de lopende periode van 75 dagen voor de schoolbesturen om te beslissen, tijdelijk wordt opgeschort tot het moment dat we volledige informatie hebben. Hoe dan ook wil ik deze overeenkomst inzien en ik heb hiervoor een beroep gedaan op parlementsvoorzitter Jan Peumans, om het controlerecht van de parlementsleden te vrijwaren.”

Jehaes van PMV benadrukt dat het een courante praktijk is om zo’n clausules in te bouwen. “Het gaat om moeilijke besprekingen waarbij ook een hoop advocaten betrokken wordt. Vandaar dat die vertrouwelijkheid nodig is.”

Van Stappen is niet onder de indruk. “Ik wil inzage krijgen in het document. Of het nu een school is, een gemeentebestuur of de raad van bestuur van een vzw, die tekenen geen contracten wanneer ze niet weten wat de modaliteiten zijn. Ofwel komt het document op tafel, ofwel moet het contract worden aangepast.”

Vorige week benadrukte minister Smet in het Vlaams Parlement dat hij er alles aan zou doen “om de scholen te helpen in de DBFM-operatie te stappen”. Maar of zo’n pps-constructie nog voor herhaling vatbaar is, is zeer de vraag. Het project sleept langer aan dan gepland en de prijs is gestegen omdat de marktomstandigheden minder gunstig zijn. Privéfinanciering is moeilijker los te krijgen en financiële instellingen zijn sinds een paar jaar minder happig om in een pps-project te stappen.

opinie Lees Vlaamse regering stopt beter met pps-projecten, blz.18

alain mouton

De scholen krijgen voorlopig geen inzage in de raamovereenkomst tussen de Vlaamse overheid en opdrachtnemer BNP Paribas Fortis.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content