In Duitsland zijn in de meeste sectoren intussen cao’s afgesloten die opmerkelijk gul zijn voor de werknemers. Uit een overzicht van de Duitse dienst voor Statistiek vrijdag blijken de meeste werknemers dit jaar namelijk recht te hebben op 3 procent opslag of meer.
Vooral de Duitse chemie-arbeiders gaan erop vooruit. Zij kregen in het eerste kwartaal een loonsverhoging van 3,7 procent. De ambtenaren en het gemeentepersoneel hebben sinds maart recht op 3 procent opslag, met een minimum van 90 euro.
In sommige sectoren zoals de schoonmaakdiensten (+5,3 procent), uitzendarbeid (+4,8 procent) of groenonderhoud (+3,7 procent) liggen de loonsverhogingen in het oosten van Duitsland hoger dan in het westen. Bij de private afvalverwerking kunnen werknemers rekenen op 600 euro extra vakantiegeld.
Er is nog geen loonakkoord voor de banksector en de staalindustrie in Duitsland.
De cao voor de belangrijke metaal- en elektro-industrie loopt tegen eind dit jaar af. In 2014 stegen hun lonen met 2,2 procent.
De loonontwikkeling in Duitsland is ook belangrijk voor ons land, doordat de Belgische loonnorm rekening houdt met de evolutie in de omliggende landen, waarbij Duitsland het zwaarst weegt.
De Belgische loonnorm wordt elke twee jaar berekend door de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, waarna de sociale partners de loonafspraken vastleggen in een interprofessioneel akkoord (IPA). Het vorige IPA (2013-2014) voorzag in een loonbevriezing, los van de automatische indexering. VDH/
