Bernard Thiry (CEO Ethias): ‘De makelaar heeft zijn beste tijd gehad’

© belga

De CEO van Ethias, Bernard Thiry, maakt de balans op van het herstel van de Luikse verzekeraar. Hij bevestigt zijn geloof in het model en de toekomst van de maatschappij. “Dat er veel geïnteresseerden zijn voor Ethias is vrij logisch. Het toont gewoon dat we een mooie onderneming zijn.”

De overheid moest Ethias in 2008 redden. Nu nog is 75 procent van de aandelen in handen van het Vlaams en het Waals Gewest en de federale overheid. Ethias eindigde de eerste helft van 2015 in het rood (-111 miljoen euro) ondanks een positief bedrijfsresultaat (218 miljoen). De algemene toestand van de onderneming verbetert evenwel. Bernard Thiry noemt dat bedrijfsresultaat uitzonderlijk: “Het bevestigt de kracht van het ondernemingsmodel.”

Wat vindt u van dat tussentijdse resultaat?

Thiry: “De cijfers bevestigen de uitmuntende operationele prestatie van de onderneming. We boeken al verscheidene jaren goede bedrijfsresultaten (409 miljoen euro in 2014, 226 miljoen in 2013, nvdr). Dat uitstekende bedrijfsresultaat zich per 30 juni vertaalde in een verlies van 111 miljoen euro, komt door twee zaken. Ten eerste is er de bonus die we aan het begin van het jaar aan onze First-klanten gegeven hebben om hen onder goede omstandigheden uit te stappen. De tweede is de bijdrage aan de door de Nationale Bank opgelegde ‘knipperlichtreserves’ om de maatschappij te beschermen tegen de extreem lage rente.”

Wanneer kunt u uitpakken met een positief resultaat?

Thiry: “Waarschijnlijk tegen het einde van het jaar, maar ik kan u nog geen cijfers geven. Het resultaat is pas bekend op 31 december, om middernacht. Onze sector is gevoelig voor wisselvalligheden, zoals het weer. Als er op 31 december een storm is, zal die het resultaat beïnvloeden. Maar ik heb er vertrouwen in dat we het jaar kunnen afsluiten met een positief resultaat.”

Heeft Ethias de afdeling intensieve zorg verlaten?

Thiry:“Ethias maakt het goed, maar de kapitalisatie voldoet misschien nog niet aan Solvency II (de nieuwe solvabiliteitsnorm voor de verzekeraars, nvdr). We moeten dus ofwel de kapitaalvereisten drukken ofwel de eigen middelen verhogen. We doen dat via een besparingsplan. Tegen 2017 willen we de kosten met 10 procent verlagen. Dat zal leiden tot de afvloeiing van 120 voltijds equivalenten.”

Hoe is het nu gesteld met de First-rekening?

Thiry:“Die is nu al zes jaar aan het uitdoven. We hebben ze dit jaar met bijna 60 procent teruggeschroefd. Er blijft nu nog een reserve van 1,4 miljard. We zijn van plan tegen het einde van het jaar een formule aan te bieden om klanten ertoe aan te sporen nog een deel of het geheel van hun reserves op te nemen. Die nieuwe voorstellen zullen minder voordelig zijn dan die van maart.”

Waar ligt de toekomst van Ethias, op de beurs?

Thiry: “Een beursgang wordt niet overwogen. Er is geen enkele reden om onze ‘stand alone’-strategie op te geven. Integendeel, rekening houdend met ons bedrijfsmodel mogen we de toekomst met vertrouwen tegemoet zien. Ethias is op de Belgische markt veruit de grootste verzekeraar zonder tussenpersonen. Er zijn nog enkele verzekeraars actief op het internet, maar die zijn doorgaans verbonden aan een bank of een makelaar. Maar de makelaardij heeft zijn beste tijd gehad op de markt van de particulieren.”

Sommige grote groepen zoals Allianz maken onverholen avances.

Thiry: “Dat is sympathiek (lacht). Maar ik herhaal, Ethias heeft een bijzonder model dat zo goed als uniek is op de Belgische markt. In Frankrijk zijn er wel nogal wat spelers met hetzelfde model, zoals GMF, Maaf, Macif, Maif enzovoort. Er is geen enkele reden om het Ethias-model te koppelen aan verzekeringsondernemingen die moeilijkheden kennen en die met makelaars werken. Zoals gezegd, heeft de makelaar zijn beste tijd gehad. Met al de MIFiD-regels en de zware procedures die tegenwoordig op makelaars wegen, moet je al een aanzienlijke omzet draaien om de concurrentie aan te kunnen. Dat er veel geïnteresseerden zijn voor Ethias is vrij logisch. Het toont gewoon dat we een mooie onderneming zijn.”

Is de invoering van de Solvency II-regels een grote uitdaging?

Thiry: “Dat is inderdaad een uitdaging, maar de verzekeringsmaatschappijen hebben dat al lang ingecalculeerd en voorbereid. Het is dus niet iets dat we angstvallig afwachten. De regeling brengt de verzekeringssector veel bij, meer bepaald op het gebied van de kennis van de risico’s. Dat is een positief aspect van Solvency II.

“Ik ben er niettemin van overtuigd dat we naar een overkapitalisatie van de verzekeringssector gaan. Er is een wedloop bezig naar de aanleg van buffers van eigen middelen, die uit economisch oogpunt absurd kan worden. Kapitaal is een schaars goed. Het dient tot niets er zoveel van in een sector te stoppen, als die er niet echt behoefte aan heeft.”

Kunnen verzekeraars nog investeren in de reële economie?

Thiry: “Dat wordt moeilijk. Het aanhouden van aandelen wordt onder Solvency II bestraft. Het gevolg is dat de verzekeringssector nog maar 5 procent van zijn activa in aandelen investeert, terwijl dat tot 10 procent zou kunnen zijn. Daar staat tegenover dat er geen enkel probleem is om aan de staat te lenen onder de vorm van lineaire obligaties. Naar mijn gevoel moet daar iets gebeuren. Ik verneem overigens dat Europa sommige regels van Solvency II wil aanpassen om langetermijninvesteringen in infrastructuur mogelijk te maken.”

Hoe ziet de investeringsportefeuille van Ethias eruit?

Thiry: “In essentie gaat het om staatsobligaties, waaronder 25 procent Belgische OLO’s. We hebben al onze Griekse obligaties verkocht. Aandelen nemen 3 procent in en vastgoed 4 procent, maar we zijn van plan dat op te trekken naar 6 procent.”

Sébastien Buron

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content