De Raad van State heeft de benoeming van zes gerechtsdeurwaarders vernietigd. De aanstelling was gebeurd op basis van een omzendbrief van 2008.
De Nederlandstalige kamer van de Raad had een probleem met een benoemingscriterium in de omzendbrief: de anciënniteit als kandidaat-gerechtsdeurwaarder in een bepaalde stad of het kantoor waar de plaats vacant viel.
Het is een wat vreemd arrest, omdat de omzendbrief al in juni 2010 werd vernietigd door een Franstalige kamer. Die stelde dat de circulaire een regelgevend karakter had en dus de bevoegdheid van de wetgever schond.
De Nederlandstalige raadsheren zeggen nu dat de omzendbrief geen beleidslijn uitstippelt en dus wel rechtsgeldig is, als hij inhoudelijk op punt wordt gesteld.
Ontslagnemend minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) zei in de Kamer na het eerste arrest dat de situatie met de benoeming van gerechtsdeurwaarders “dringend en acuut” is. “En dat wordt steeds erger”, zegt Bernard Buyse, voorzitter van de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders. “Of nu de Nederlandstalige dan wel de Franstalige kamer gelijk heeft, maakt op het terrein weinig uit. De regering doet geen nieuwe benoemingen om te vermijden dat die gerechtsdeurwaarders in het juridische ongewisse terechtkomen.”
Normaal zijn er in België 540 gerechtsdeurwaarders. Door deze situatie zijn er 34 plaatsen niet ingevuld.
Hans Brockmans
