Politieke bazooka tegen recessie nodig

Daan Killemaes
Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

De kans op een nieuwe recessie is fiftyfifty. Kop of munt? Kop, we vermijden een nieuwe dip en modderen zonder grote ongelukken aan. Munt, een nieuwe bijzonder pijnlijke neergang. Helaas werpen de politici het geldstuk de lucht in.

De Bijbel is het oudste handboek economie, zeker het hoofdstuk over de zeven vette en de zeven magere jaren. Het aantal jaren mag zelfs letterlijk genomen worden. De economen Carmen en Vincent Reinhart onderzochten het patroon van de economische groei, werkloosheid, inflatie, kredietstromen en vastgoedprijzen voor en na de grootste financiële crises van de voorbije decennia.

Hun conclusie is niet mals. De tien jaar voorspoed in de aanloop naar de crisis van 2008 was gebouwd op schuldcreatie. De afbouw van die overmatige schuldenlast gaat gepaard met trage groei (zie grafiek) en duurt ongeveer even lang als de opbouw. We zijn nu drie jaar ver in dat proces en we hebben dus nog zeven relatief magere jaren voor de boeg.

“De volgende jaren moeten we het in het Westen doen met een groei van 0 tot 2 procent. Dat betekent dat elke economische schok kan leiden tot een recessie”, zegt Bart Van Craeynest, hoofdeconoom van Petercam. De groeimeter staat dichter bij 0 dan bij 2 procent. De globale economie last een adempauze in, niet abnormaal in een herstelbeweging.”

“De groeilanden staan op de rem om oververhitting te voorkomen, terwijl het Westen er niet in slaagt de economie op toerental te krijgen. De wereldeconomie staat dus met het hoofd in de oven en de voeten in de ijskast wat het moeilijk maakt de gemiddelde koers te voorspellen.”

“De pure economische indicatoren wijzen op een groeivertraging, maar niet op een recessie. Een economie duikt niet zomaar in recessie. Beleidsfouten en een verlies van vertrouwen in de politici kunnen de economie over het randje duwen. We schatten de kans op een nieuwe recessie daarom op 50 procent.” Van cruciaal belang is hoeveel schade de ruziënde politici in de VS en Europa hebben aangericht. “Het vertrouwenseffect domineert, maar dat is nu nauwelijks te becijferen. September moet duidelijkheid brengen”, zegt Jan Smets, directeur bij de Nationale Bank.

Steeds grotere risico’s

Op de beurzen voelden ze de bui hangen. Het besef van een structureel zwakke westerse economie, gekoppeld aan het grote risico op beleidsfouten, lokte een ongezien snelle en ongemeen brutale koersval uit. De grote schommelingen zijn ook een gevolg van het binaire denken bij beleggers. Als de politici knopen durven door te hakken, krijgen beleggers weer een perspectief.

Maar het kan ook helemaal fout lopen en dan wordt het pas echt dringen bij de beursuitgang. “Bij de vorige recessie hebben de politici ook fouten gemaakt en te lang gewacht om in te grijpen, maar toen hadden ze nog munitie en vertrouwen om het tij toch te keren. Deze keer hebben ze bijna geen munitie en vertrouwen meer”, zegt Peter De Keyzer, hoofdeconoom van BNP Paribas Fortis. “Alleen de centrale bankiers kunnen een recessiebrand nog bestrijden. Dat beleid houdt steeds grotere risico’s in, maar als ze niets doen, is de ondergang totaal.”

Een open vraag blijft of de politici beseffen dat de zware crisis van 2008-’09 geen accident de parcours was, maar de prelude tot een decennium van structurele zwakte en tragere groei. Dringt dat besef onvoldoende door, dan is de kans groot dat de politici onvoldoende doortastend ingrijpen en dat ze te snel de steunwieltjes van de economie wegnemen. Dat risico is reëel.

“In moeilijke economische omstandigheden grijpen politici vaak terug naar de snelle, maar halfbakken maatregelen die de toestand dikwijls nog erger maken. Periodes van lagere welvaart zijn dan hardnekkig omdat we daar zelf voor zorgen”, is de pijnlijke conclusie van de Reinharts.

Bewegen op het randje

Concreet in de VS belooft de impasse tussen Republikeinen en Democraten niet veel goeds. “Op korte termijn kan de Amerikaanse economie nog geen forse besparingen aan. Maar om de kredietwaardigheid op langere termijn te beschermen, is een geloofwaardig budgettair plan nodig. Door de politieke impasse zien we het omgekeerde: geen plan op lange termijn, maar besparingen op korte termijn. Mogelijk is een recessie nodig om in de VS een beter beleid af te dwingen”, zegt Van Craeynest.

Intussen moet de Amerikaanse centrale Bank (de Fed) de boel overeind proberen te houden. Voorzitter Ben Bernanke hernieuwde vorige week nog zijn belofte om al het nodige te doen, gaande van het aanhouden van uitzonderlijk lage rentevoeten tot het mogelijk opstarten van een derde ronde van geldcreatie (QE III). De kans op beleidsfouten lijkt daarmee af te nemen, al neemt de tegenstand binnen de Fed toe tegen het gevoerde beleid. Maar veel meer dan een geldvangnet spannen onder de economie kunnen Bernanke & co ook niet. Centrale banken geven gas met de versnelling in neutraal zolang bedrijven en gezinnen niet willen schakelen.

Het is niet allemaal kommer en kwel aan het Amerikaanse conjuncturele front. De verstoring van de globale aanbodketting als gevolg van de zware aardbeving in Japan raakt stilaan hersteld. Die tegenwind moet dus draaien in een rugwind, als de inhaalvraag er komt en de voorraden aangevuld worden.

Daarnaast zijn de energieprijzen fors gedaald, wat heel wat extra koopkracht achterlaat in de westerse portemonnee. En de Amerikaanse bedrijven staan er goed voor en kunnen volop investeren. Intussen blijft ook een zwakke dollar de Amerikaanse export ondersteunen. Daartegenover staat een hardnekkig hoge werkloosheid – in bijna een gezin op drie is de werkloosheid binnengeslopen – een aanhoudend zwakke huizenmarkt en dus het proces van schuldafbouw dat nog jaren voor de boeg heeft. Per saldo levert dat een traag en volatiel herstel op, met een vertrouwenscrisis door beleidsfouten als grote achillespees.

De kernlanden van het eurogebied staan op een nog iets veiligere afstand van de recessieafgrond, maar als de VS in recessie zou duiken, “dan ontsnapt ook Europa en zelfs Duitsland niet aan een recessie”, zegt Van Craeynest. De analyse is dezelfde: technisch zit een recessie niet in de kaarten, maar een vertrouwensbreuk kan er anders over beslissen.

“In de VS spelen de politici met het recessievuur, in Europa spelen ze met het europroject. Zolang Duitsland niet het signaal geeft dat ze absoluut door willen gaan met het europroject, bestaat de kans dat de euro uit elkaar spat.” Ook hier proberen de centrale bankiers de boel zolang mogelijk bij elkaar te houden, op voorwaarde dat politici het straks overnemen. “Het gaat gewoon te snel voor de politici. Alleen de centrale bankiers kunnen nog volgen”, zegt Van Craeynest.

Structurele oplossingen

Als een overmatige schuldenlast het structurele probleem van het Westen is, dan ligt de structurele oplossing voor de hand. “Schuldvermindering, zonder het financieel systeem te destabiliseren”, is ook het advies van de Amerikaanse econoom Kenneth Rogoff. Voorlopig stijgt die schuldenberg nog, omdat een pak private schulden vervangen zijn door nog meer nieuwe overheidsschulden. Deze politiek botst in steeds meer landen tegen haar grenzen zodat een verdere verlaging van de kredietwaardigheid een lot is dat niet alleen de VS beschoren is. Dicht bij huis staat Frankrijk bovenaan de lijst.

Voor Europa adviseert Rogoff deze structurele oplossing: schenk een grote schuldverlichting aan de perifere eurolanden (Griekenland, Portugal Ierland), gecombineerd met een Duitse garantie voor de rest van de uitstaande schulden in euroland. In ruil krijgt Duitsland grotere zeggenschap in het Europees beleid, toch zolang er transfers vloeien naar de zuiderse eurolanden.

Een variatie op dit thema is de uitbouw van het Europees noodfonds, met meer middelen en slagkracht. Maar daar wil Duitsland nog niet van weten. “Maar de ondergang van de euro zou ook Duitsland meer kosten dan de redding van de euro. Hun concurrentievoordeel, waar ze zo lang aan gewerkt hebben, zou op slag verdwijnen en ook de Duitse banksector zou failliet gaan”, zegt Van Craeynest.

In de VS zijn al heel wat hypotheekschulden afgeschreven en doorgeslikt, maar zolang de huizenprijzen niet herstellen of zelfs dalen, blijft de aanvoerpijp met slechte schulden gevuld. Rogoff stelt voor om alle hypotheken die zwaarder wegen dan de marktwaarde van het huis af te schrijven, waarbij de banken het deel van opwaarts potentieel krijgen als huizenprijzen weer stijgen. “En als die zware ingrepen politiek niet haalbaar zijn in Europa en de VS, dan kunnen de centrale banken bewust een inflatie van 4 tot 6 procent nastreven om de schulden te verminderen.”

Het mag duidelijk zijn dat de financiële markten eisen dat de politici het grof geschut bovenhalen. Zolang die politieke bazooka niet afgevuurd wordt, blijven de markten de volgende maanden met scherp schieten.

DAAN KILLEMAES

“De ondergang van de euro zou Duitsland meer kosten dan de redding. Hun concurrentievoordeel zou verdwijnen en de Duitse banksector zou failliet gaan” Bart Van Craeynest (Petercam)

“Alleen de centrale bankiers kunnen een recessiebrand nog bestrijden. Dat beleid houdt steeds grotere risico’s in, maar als ze niets doen, is de ondergang totaal” Peter De Keyzer (BNP Paribas Fortis)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content