Marc De Vos

‘Het is zorgwekkend hoe Belgische progressieven de Amerikaanse politiek achterna lopen’

Marc De Vos Columnist

Wat aan de linkerzijde drijft op antikapitalistisch ressentiment, zal het industriële staatskapitalisme van de rechterzijde dienen. Dat zegt Marc De Vos, decaan aan de Macquarie University en visiting fellow bij de denktank Itinera.

Het is merkwaardig en zorgwekkend, hoe Belgische progressieven de Amerikaanse politiek achterna lopen. Enkele jaren geleden sloeg de ongelijkheidskoorts van de Verenigde Staten op hen over. Een rampendiscours dat typisch Amerikaanse fenomenen van geglobaliseerde megawinsten, Wall Street, regionale verschillen en groepsachterstellingen documenteert, werd een totemonderwerp voor de hele linkerzijde.

Dat de Belgische ongelijkheid verbleekt bij die aan de andere kant van de Atlantische Oceaan, is daarbij van geen tel. Dat onze economie vooral te weinig goede ongelijkheid van nieuw ondernemerssucces kent, wordt miskend. Dat meer banen en economische groei de beste weg blijven naar inclusie en gelijke kansen, wordt ingeruild voor een discours van afgunst en antikapitalisme.

Vandaag is Alexandria Ocasio-Cortez een zelfverklaarde socialistische mediaster aan het povere Amerikaanse politieke firmament, en zie: de imitatie herhaalt zich. Haar adviseur komt op het verkiezingscongres van de sp.a een dieprode bocht opvrolijken. Haar Green New Deal voedt het klimaatopbod bij links-groene politieke partijen en het activisme van de betogende klimaatrevolutionairen.

Maar het zogenaamde socialisme van Cortez heet universele basisgezondheidszorg en goedkoop hoger onderwijs. Dat is alleen socialistisch in de Verenigde Staten. In Europa is het al lang een sociaaldemocratische realiteit, zeker in België. Haar beruchte groene New Deal is regelrechte economische tovenarij ten belope van ettelijke duizenden miljarden dollars, waarover ze zelf erkent dat niet de haalbaarheid maar wel de overtuiging telt.

Het Amerikaanse links populisme imiteert het rechtse populisme van president Trump in zijn klassenlogica, zijn afkeer voor beleidsrealisme en zijn promotie van slogans boven inhoud. De Belgische fascinatie voor de linkse variant is meer dan politieke bloedarmoede. Ongelijkheid en klimaat hebben een gemene deler die onweerstaanbaar is voor de politieke linkerzijde: fors hogere belastingen, gekoppeld aan de eeuwige verleiding van de maakbare samenleving.

Het is zorgwekkend hoe Belgische progressieven de Amerikaanse politiek achterna lopen.

Dat onze belastingdruk al bij de allerhoogste op de planeet is, vormt geen belemmering. Dat toekomstige belastinginkomsten al de sterke stijging van de vergrijzingskosten moeten dekken, wordt verzwegen. Dat de grootschalige politieke sturing van menselijk gedrag vooral grootschalig onheil riskeert, wordt vergeten.

Als links-groene dromen de toets met de werkelijkheid ondergaan, zullen ze vooral uitmonden in de gigantische bevoordeling van technologie en bedrijven die de politici verkiezen. Daarin kunnen ze rekenen op bijval aan de rechterzijde. Staatskapitalisme in China en protectionisme in de Verenigde Staten duwen Europa richting industrieel interventionisme. In Duitsland ligt een officiële nationale industriestrategie klaar, die de nieuwe wereldorde wil counteren met Duitse en Europese kampioenenbedrijven. In Frankrijk, waar de economische rol van de staat in het nationale DNA zit, vragen ze niets liever.

Het vergt weinig verbeeldingsvermogen om te begrijpen dat wat aan de linkerzijde drijft op antikapitalistisch ressentiment uiteindelijk het industriële staatskapitalisme van de rechterzijde zal dienen, met hogere belastingen als glijmiddel. Dat was de norm in Europa, tot de Europese interne markt vrijhandel boven staatssteun plaatste. Nu het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie vaarwel zegt, ligt de weg voor de staatsdenkers open.

Infrastructuurvernieuwing , prijsincentives, groene belastingen en investeringen voor onderzoek en ontwikkeling kunnen ecologische duurzaamheid genereren door een gezonde combinatie van marktwerking en overheidsinvesteringen. Maar hun impact op kostencompetitiviteit vergt internationale coördinatie in een tijdsgewricht van nationalisme. Als dat denkspoor gesloten blijft, rest alleen arbitraire politieke keuze. In een ver verleden was dat kernenergie, in een recenter verleden onrendabele zonnepanelen en windmolenparken. Verwacht u aan veel meer van hetzelfde.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content