Er rijst kritiek op het Frans-Duitse pleidooi voor de opschorting van stemrechten van landen die de Europese begrotingsregels schenden.
Frankrijk en Duitsland hebben het debat over de versterking van de begrotingsdiscipline “vergiftigd”, zo verklaarde de Luxemburgse minister van Buitenlandse Zaken Jean Asselborn maandag op de Duitse radio.
Vier dagen voor een Europese top bogen de ministers van Buitenlandse Zaken zich maandag in Luxemburg over het aanscherpen van de sancties voor Europese begrotingszondaars. Vooral de Frans-Duitse forcing voor een wijziging van het Europese verdrag bood stof voor discussie.
“Als je hiermee doorgaat, dan komen landen die in problemen zitten onder zeer grote druk te staan”, waarschuwde Asselborn. Het stemrecht van lidstaten opschorten staat volgens de Luxemburger gelijk aan “het bedreigen van landen, het bedreigen van volkeren, hen vernederen”.
Ook de Tsjechische minister Karel Schwarzenberg toonde weinig enthousiasme voor een verdragswijziging. “In deze wereld is niets onmogelijk, maar dit is niet zeer waarschijnlijk”, zei Schwarzenberg. Een verdragswijzing vereist de instemming en ratificatie van elke lidstaat.
Volgens de Duitse minister Guido Westerwelle moet Europa echter lessen trekken uit de crisis die de eurozone dit voorjaar meemaakte nadat Griekenland in zware financiële problemen kwam. “Rechten en plichten horen samen. Dat is zo in het private leven, maar ook in de politiek, en ook in Europa”, stelde hij.
Duitsland en Frankrijk koppelen de verdragswijziging aan het voortbestaan van het reddingsmechanisme dat dit voorjaar is opgericht voor noodlijdende eurolanden.
