Een verantwoord verschil mag

© Thinkstock

Waarom is het verschil tussen arbeiders en bedienden niet wettelijk en het verschil tussen ambtenaren, werknemers en zelfstandigen wel?

Om te beoordelen of er sprake is van ongelijkheid of discriminatie, gaat het Grondwettelijk Hof na of het verschil in behandeling berust op een objectief criterium en redelijk te verantwoorden is. In 1993 oordeelde het Hof dat het onderscheid tussen arbeiders en bedienden op basis van die criteria niet te verantwoorden was. Het wilde de wetgever wel de tijd geven om een harmonisatie door te voeren. Maar in zijn arrest van 7 juli 2011 stelde het Hof vast dat er al achttien jaar gepasseerd waren, maar dat de wetgever onvoldoende inspanningen had gedaan. Uiterlijk op 8 juli 2013 moeten die verschillen worden weggewerkt.

Het verschil tussen arbeiders en bedienden is historisch te verklaren: volgens de redenering van lang geleden zouden arbeiders zich sneller bezondigen aan overmatig drankgebruik en ander wangedrag, waardoor ze sneller een dagje thuis bleven. Dat verklaart de carensdag: het niet erkennen van de eerste ziektedag als arbeidsongeschiktheid. De kortere opzeggingstermijnen werden verantwoord door het argument dat arbeiders enkel handenarbeid verrichten, terwijl bedienden vooral intellectueel werk doen. Het spreekt vanzelf dat die argumenten volkomen achterhaald zijn.

Ook over het onderscheid tussen loontrekkenden en zelfstandigen werden prejudiciële vragen gesteld aan het Grondwettelijk Hof. Het ging daarbij in hoofdzaak over de afwijkende sociale zekerheid, zoals het pensioen. Maar de sociale bijdragen voor zelfstandigen worden anders geïnd en zelfstandigen bevinden zich in een verschillende situatie, zodat een verschil in behandeling gerechtvaardigd kan zijn. Toch heeft de wetgever het minimumgezinspensioen van een zelfstandige dit jaar gelijkgeschakeld met dat van een werknemer. Hier wordt dus eveneens langzaamaan een harmonisering doorgevoerd.

Ook de verschillende behandeling van ambtenaren staat onder druk, net als het onderscheid tussen statutairen en contractuelen in het ambtenarenapparaat. Hier gaat de maatschappelijke discussie vooral over de vaste betrekking en de hoogte van het pensioen. De argumenten pro dat aparte statuut luiden onder meer dat de vastheid van betrekking nodig is voor de loyauteit aan de dienst. De ambtenarenpensioenen zouden zo hoog zijn als compensatie voor het lagere salaris in vergelijking met de privésector. Maar het laatste woord daarover is nog niet gezegd.

Cleo De Wit, legal expert

Partner Content