Daan Killemaes

‘Confisqueer de erfenis van regering-Michel niet’

Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

Zodra het wat beter gaat of zodra de druk om te hervormen wegvalt, leggen politici zich op hun lauweren te rusten. Een nieuwe retour du coeur kunnen we ons echter nog niet veroorloven, zegt Trends-hoofdredacteur Daan Killemaes.

Discipline en volharding. Mogen dat de kernwoorden worden van de volgende federale regering, in welke constellatie die ook vorm zal krijgen na de verkiezingen van 2019. Zoveel staatsmanschap zal wellicht te veel gevraagd zijn.

De nieuwe regering zal een vrij royale erfenis van de regering-Michel in de schoot geworpen krijgen, zoals ook blijkt uit het jaarverslag van de Nationale Bank, maar overheden hebben in dit land een dwangneurose om erfenissen te confisqueren en te verbrassen. Het Belgische palmares van de voorbije decennia zegt genoeg. Zodra het wat beter gaat of zodra de druk om te hervormen wegvalt, leggen politici zich op hun lauweren te rusten.

Retour de coeur

Een nieuwe retour du coeur kunnen we ons echter nog niet veroorloven. Eind jaren tachtig confisqueerde de PS van Guy Spitaels de erfenis van het herstelbeleid van de jaren tachtig. We betalen daar nog altijd voor en we dreigen dezelfde fout te maken. Een regering-Michel II zal nog het best met de eigen erfenis omspringen.

De gunstige internationale conjunctuur, die ook in België wortel schoot, maakt geen deel uit van die erfenis van Michel I. In het wiel van die motard had zelfs een slechte regering vaart kunnen maken. Toch zal de notaris aan de erfgenamen een lijvig document kunnen voorlezen.

Te verdelen is een verbetering van de overheidsfinanciën, met een begrotingsevenwicht binnen handbereik, een sterkere concurrentiepositie die de loonkostenhandicap sinds 1996 nagenoeg heeft genezen, en daarmee samenhangend de beloofde creatie van ‘jobs, jobs, jobs’.

Nog het mooiste aan de loonmatiging, de taxshift en de arbeidsmarkthervormingen is de stijging van de beroepsbevolking. Vorig jaar vonden 38.000 inactieven opnieuw de weg naar de arbeidsmarkt. Als we de Belgische werkgelegenheid tot een aanvaardbaar peil willen opkrikken, moet onze gigantische reserve aan inactieve arbeidskrachten beter gemobiliseerd worden.

Het werk is echter niet af. Een begroting met een structureel evenwicht vergt nog een inspanning van ongeveer 5 miljard euro. In deze gunstige tijden is zelfs een overschot aanbevolen om de staatsschuld sneller af te bouwen en ruimte te maken om de stijgende kosten van de vergrijzing op te vangen.

Confisqueer de erfenis van regering-Michel niet

Onder het oppervlak is de kwaliteit van de begroting beter geworden, gekenmerkt door een lichte daling van zowel de belastingdruk als de overheidsuitgaven. ‘Licht’ is daar het sleutelwoord. De belastingdruk blijft zeer hoog en de uitgaven liggen nog altijd veel hoger dan voor de crisis van 2008 en dan gemiddeld in het eurogebied.

Er is een inspanning van 20 miljard euro nodig om in de Europese pas te lopen. Bovendien heeft dit land na een taxshift ook een uitgavenshift nodig. Nergens in Europa zit de verhouding tussen de omvang van de overheidsuitgaven en de omvang van de overheidsinvesteringen zo scheef als in België. Stop de betonstop. Om in dat gareel te lopen, zouden we jaarlijks 8 miljard extra moeten investeren.

Werkgelegenheid

Ook op de arbeidsmarkt is het werk niet af. Dankzij het beleid is de economische groei arbeidsintensiever geworden. Die trend moet nog jaren volgehouden worden om de werkgelegenheid op te trekken tot het niveau van de buurlanden, maar dat lukt niet als de vraag en het aanbod op de arbeidsmarkt zo slecht op elkaar afgestemd blijven als nu.

Intussen blijft ook de bewaking van de concurrentiekracht een eeuwigdurende oefening in een land waar de inflatie nog altijd sneller stijgt dan in de buurlanden en waar de lonen automatische gekoppeld zijn aan de index.

Intussen betalen we een prijs voor de extra werkgelegenheid in de vorm van een verder dalende productiviteit. Dat is een tijdelijk en noodzakelijk kwaad. Het herstel van de bedrijfsinvesteringen en de beloftes van de digitalisering moeten de productiviteit kunnen ombuigen, wat kan toegepast worden op een grotere werkende bevolking.

Die hefboom kan nog krachtiger worden als de regering werk maakt van een veel soepelere economie, die sneller mensen en kapitaal naar snel groeiende bedrijven kan draineren. Kortom, de erfenis van de regering-Michel volstaat nog lang niet om te rentenieren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content