Belgische excess profit rulings zijn geen illegale staatssteun: ‘Europa is een slechte verliezer’

Margrethe Vestager © reuters
Hans Brockmans
Hans Brockmans redacteur bij Trends

Het Europees Hof van Justitie heeft geoordeeld dat de Belgische staat geen illegale staatssteun aan multinationals heeft verleend via fiscale voordelen in het kader van de zogenoemde excess profit rulings. Maar volgens Isabel Verlinden van PwC gaat de Europese Commissie mogelijk in beroep.

De Europese Commissie veroordeelde ons land drie jaar geleden tot het terugvorderen van 700 miljoen “staatssteun” van meer dan dertig bedrijven die een beroep hadden gedaan op die rulings. Dat was onder meer het geval voor AB InBev, Atlas Copco en BASF.

De excess profit rulings werden in 2004 ingevoerd om internationale ondernemingen naar België te lokken. Dankzij de fiscale rulings konden multinationals hun belastbare basis in België verlagen. Door hun internationaal karakter boeken multinationals ‘overwinst’ in vergelijking met lokale bedrijven. Het gunstregime betekende dat ze enkel belast werden op winsten die ze op hun Belgische activiteiten boekten. In de praktijk kwam dat neer op een vermindering van de belastbare basis van 50 tot 90 procent. Eurocommissaris voor de Mededinging Margrethe Vestager veroordeelde die rulings in hun geheel als verboden staatssteun in het kader van haar strijd tegen overdreven belastingontwijking. Het Europees Hof geeft haar nu ongelijk. Dat soort van fiscale afspraken dient elk op zich te worden onderzocht, stelt het.

Veroordeling blijft mogelijk

“We hebben met succes kunnen aantonen dat de Belgische overheid geen systeem op poten had gezet om automatisch fiscale voordelen te geven aan bedrijven die zich in ons land wilden vestigen”, zegt Isabel Verlinden, wereldwijd Hoofd van de Transfer Pricing-praktijk van PwC en raadgever van de Belgische overheid. “Elk bedrijf moest bij de Rulingcommissie een procedure doorlopen en daarbij met economisch en juridisch onderbouwde bewijzen aantonen dat wel degelijk sprake was van winst die losstond van zijn Belgische activiteiten. Die procedure voor de Rulingcommissie kon achttien maanden duren en was dus geen automatisme.”

De uitspraak neemt niet weg dat individuele bedrijven die een beroep doen op de procedure in de toekomst nog veroordeeld kunnen worden. De Europese Commissie kan ook nog in beroep gaan tegen de uitspraak van het Europees Hof van Justitie. Verlinden: “Dat zou kunnen, want Europa is een slechte verliezer.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content