“Wij zijn geen bandieten” (Brink’s)

© belga

De Amerikaanse waardetransporteur gaat in het tegenoffensief. Niet koud Amerikaans kapitalisme, maar slecht opgestelde Belgische concurrentieregels zijn het probleem. Trends brengt deze week een uitvoerige analyse van het aanslepende conflict.

De juridische afwikkeling van het faillissement van Brink’s Belgium is volop bezig. Twee voorlopige bewindvoerders, Gérard Delvaux en Alain Zenner, zoeken een koper.

Maar belangrijker is de vraag waarom Brink’s, wereldwijd marktleider in beveiligde logistieke dienstverlening, in België maar niet rendabel kon worden. En dat op een markt met een de facto duopolie, met marktleider G4S (70 procent) en Brink’s Belgium (30 procent).

De Amerikaanse eigenaar, The Brink’s Company, pompte in het verleden al 20 miljoen euro eigen vermogen in de Belgische dochter. Maar zonder resultaat. De NV Brink’s Belgium boekt sinds minimaal 2003 een bedrijfsverlies. Enkel in 2007 schreef de onderneming zwarte cijfers. Eind 2008 – de onderneming heeft nog altijd haar balans van 2009 niet neergelegd – stond een overgedragen verlies van 19,6 miljoen euro in de boeken.

Tussen 2006 en 2008 werd bijna 16 miljoen euro in de Belgische dochter geïnvesteerd. “We werden de voorbije maand afgeschilderd als bandieten. Amerikaanse kapitalisten, die snel iets wilden regelen. Dat zit ons zeer hoog. Want we hebben jarenlang in België geïnvesteerd”, bevestigt Willem-Jan Candel, de commerciële directeur van de Nederlandse afdeling van Brink’s.

Maar Brink’s heeft in België een onoverkomelijk probleem: de personeelskosten. Die zijn, net als bij de grote concurrent G4S Cash Services Belgium, goed voor bijna twee derde van de bedrijfskosten. Alleen: de gemiddelde prijs per werknemer is bij de marktleider 13,6 procent lager. Per werknemer gaapt een kloof van bijna 6000 euro. Dat komt door het bediendestatuut bij Brink’s, terwijl G4S met mensen in een arbeidersstatuut werkt. “Die berekening geeft een wat vertekend beeld. Maar de loonkosten zijn inderdaad de kern van het probleem”, bevestigt Willem-Jan Candel. “De aard van onze dienstverlening verschilt niet wezenlijk van die van de concurrent. Het gat wordt geslagen via de lonen. Ons bediendestatuut is historisch gegroeid, door opeenvolgende overnames”.

“We wilden onze medewerkers helemaal niet denigreren door hun een arbeidersstatuut op te leggen. Maar het gaat om volwaardige concurrentie in een gelijke omgeving. Als ook Brink’s een arbeiderstatuut zou hebben, betekent dit een besparing op de personeelskosten van 3,4 miljoen euro”.

W.R.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content