Studio 100 lonkt naar Chinese markt

Studio 100 flirtte in 2017 met een recordomzet en krikte zijn rendabiliteit fors op. Voor de komende drie jaar staat groei genoteerd, vooral dankzij de themaparken, de Duitse mediatak en de spektakelmusical 40-45. En de enorme Chinese markt lonkt.

Een recordjaar voor de zes Plopsa-parken en een verdubbeling van de omzet van de internationale media-activiteiten – nu nog grotendeels Duits – bezorgden de mediagroep Studio 100 vorig jaar een omzetstijging van 9 procent tot 176,2 miljoen euro, net onder de 176,6 miljoen van het recordjaar 2014.

“Maar we zijn vooral blij met de rendabiliteit”, klinkt het bij CEO Hans Bourlon en CFO Koen Peeters. Zowel de bedrijfskasstroom als de bedrijfswinst dikte 20 procent aan tot records van respectievelijk 68,3 en 19,5 miljoen euro. De brutowinst steeg van 6,8 tot ruim 10 miljoen euro en de nettowinst van 2,5 tot 6 miljoen euro. Bovendien steeg het aantal werknemers van 822 naar 1000 voltijdse equivalenten.

In de cijfers van 2017 valt vooral de verdubbeling op van de omzet uit internationale media-activiteiten, vooral door de overname in februari vorig jaar van M4E, een Duitse distributeur van kinderseries zoals Nijntje. De integratie van M4E is grotendeels achter de rug. In december werd beslist het bedrijf van de beurs te halen en inmiddels werd het samengevoegd met Studio 100 Media, dat de overige Duitse media-activiteiten omvat, in een nieuw gebouw in München.

Een tweede overname, van het Amerikaanse animatiebedrijf Little Airplane Productions, is pas van november en telt bijgevolg amper mee in de cijfers van 2017. Maar Little Airplane biedt wel gigantische mogelijkheden. “Die overname past in de strategie om onze vleugels te spreiden in de VS, en het bedrijf heeft ook belangrijke contracten in Latijns-Amerika”, zegt Peeters.

“Maar de grote ambitie die we koesteren via Little Airplane, is China. Daar zijn we volop mee bezig. Koen en ik zijn er onlangs een week geweest. We maken ons sterk dat we daar dingen kunnen opzetten. De Chinese markt met 1,4 miljard mensen ontwikkelen, zal straf zijn.”

Musicals

Bourlon en Peeters verwachten al minstens voor de komende drie jaar telkens een verdere stijging van de groepsresultaten, alleen al op basis van de organische groei. Een van de groeimotoren is het pretparkimperium Plopsa. Bovendien zijn voor de ambitieuze spektakelmusical 40-45 over de Tweede Wereldoorlog al 150.000 tickets verkocht, hoewel die pas in oktober in première gaat.

“Onze musical zal zeker bijdragen aan de verdere groei van de omzet en de rendabiliteit”, voorspelt Peeters. De recordomzet van 176,6 miljoen euro werd genoteerd in 2014, toen Studio 100 scoorde met de musical 14-18 over de Eerste Wereldoorlog. Toen werden 330.000 tickets verkocht, al hadden dat er meer kunnen zijn.

“We moesten vertrekken uit de Mechelse Nekkerhal omdat de jumping eraan kwam”, merkt Bourlon op. “Maar het resultaat was spectaculair, een geweldig succes. Dat zijn avonturen met een hoog risico, maar ze lukken wel”, aldus Bourlon. “Ook deze musical is tot nu toe een schot in de roos. We hebben problemen gehad met de zaal en met vergunningen (het plan van ondernemer Fernand Huts om een theaterzaal te bouwen op de terreinen van Katoen Natie werd door de overheid getorpedeerd, nvdr). Maar bon, dat is blijkbaar goede reclame geweest. We zijn ook bezig om er iets onwaarschijnlijk van te maken, een productie waarvan je mond openvalt. En ditmaal kunnen we ongelimiteerd werken in de tijd. We hebben een eigen tijdelijke constructie (in Puurs, nabij de autostrade A12 tussen Brussel en Antwerpen, nvdr). Schrijf niet ‘tent’, of ik haal al jullie boekjes uit de markt ( lacht). Er zijn in Nederland voorbeelden van producties die jarenlang lopen.”

“We hebben de ambitie dit soort voorstellingen meer recurrent te maken, in plaats van om de vier jaar zo’n productie op te zetten”, gaat Bourlon voort. Daarvoor rekent de topman op de taxshelter voor podiumkunsten, die een fiscale vrijstelling biedt aan wie investeert in de productie. “Het is een fantastisch systeem, maar er zijn in de filmsector accidenten mee gebeurd (zoals met het Antwerpse productiehuis Corsan dat failliet ging, nvdr)”, merkt Bourlon op.

“We hopen dat het in theater wel de juiste weg vindt en de overheid daarmee een dynamiek kan geven aan deze sector. Wij zijn een van de partijen die daarvan kunnen genieten.” Studio 100 investeert vooraf 9 miljoen euro in de productie van 40-45. “Dankzij de taxshelter kunnen wij zulke risico’s nemen”, zegt Peeters. “Het maakt het voor ons behapbaar.”

Nieuwe overnames

Ondanks de recente buitenlandse overnames, speurt Studio 100 verder naar acquisities. “Op korte termijn is er niets concreet en willen we wat we hebben, laten renderen. Maar we hebben wel de middelen om nog overnames te doen”, zegt Peeters.

“We kijken voortdurend, soms met één oog, soms met twee ogen”, voegt Bourlon eraan toe. Zo wordt met één oog gekeken naar het in moeilijkheden verkerende Canadese DHX Media, de eigenaar van figuren als de Teletubbies. “We zouden dat absoluut niet integraal overnemen, maar misschien wordt DHX in stukken en brokken verkocht. Je weet maar nooit”, zegt Bourlon. Studio 100 heeft een schuldgraad van amper 1,7 procent, wat de financiering van overnames zou vergemakkelijken.

De ideeënfabriek van Studio 100 en diens vier internationale animatiestudio’s broedt intussen op een rist projecten die de verdere groei moeten voeden. “Voor tekenfilmseries en langspeelfilms zijn vaak drie jaar nodig om die te produceren. We starten al dingen op waarvan we de resultaten pas kennen binnen drie jaar”, zegt Bourlon. “Maar we weten wel altijd hoe die gefinancierd worden. Wij dekken dat namelijk vooraf af met subsidies en voorverkoop voor we het groen licht geven. Dat is ook de reden waarom wij onze toekomstige resultaten vrij goed kunnen inschatten. Al is dat lang niet gemakkelijk voor de themaparken. Zo zal Studio 100 twee waterparken in België bouwen. Wanneer, zal afhankelijk zijn van de vergunningen.”

Het is opvallend dat Studio 100 een inkijk geeft in zijn jaarresultaten. De groep is niet beursgenoteerd, en is dat ook niet meteen van plan. “Er is geen concreet plan op korte termijn, en ook niet echt op middellange. Maar zeg nooit nooit”, besluit Bourlon.