Paul Bulcke: ‘België is niet langer de slechtste leerling van Europa’

Paul Bulcke © /
Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

De West-Vlaming Paul Bulcke leidt Nestlé, het grootste voedingsconcern ter wereld. Hij ziet Europa, en zeker België, langzaam uit zijn verstarrende structuren ontwaken. “Het besef groeit dat verandering moet. Het is wel jammer dat we eerst tegen de muur moeten vliegen, vooraleer we weten dat er een muur is.”

Brussel doet zijn naam als bouwwerf van Europa alle eer aan. De afspraak met Paul Bulcke, de CEO van Nestlé en “de machtigste Belg in de internationale zakenwereld”, vindt plaats in het elegante Résidence Palace, op een steenworp van het Berlaymont-gebouw in Brussel. Het is zigzaggen tussen de bouwstellingen en de dranghekken. En, opvallend: er is veel bewaking. Er lopen militairen met geweren in de aanslag.

Meneer Bulcke, hebt u die ingehuurd?

Bulcke:. “Maar nee. Ik gedraag me onopvallend. Bij mij zie je geen lijfwachten. Oké, in sommige landen hebben we die uiteraard wel. Niet enkel voor mij, ook voor onze medewerkers. We zitten vlak naast de Europese Commissie. Dat verklaart vermoedelijk de strenge bewaking.”

De Amerikaanse presidentskandidaat Donald Trump omschrijft Brussel als een rattenhol.

Bulcke: “Ik heb voor Nestlé in veel landen gewoond. Er is de perceptie en de realiteit. Je moet de dingen niet ontkennen, maar je moet ze evenmin opblazen. Ik voel me niet onveilig in Brussel.”

Hoe vaak per jaar komt u naar België?

Bulcke:“Twee, drie keer per jaar? Mijn familie zou me vaker willen zien. Mijn vrouw en ik zijn beiden afkomstig van Oostende. Ik ben in Roeselare geboren, maar in Oostende getogen. Onze moeders leven nog. Mijn vrouw blijft soms wat langer. Ik vlieg terug na het weekend.”

Hoe lastig is het werken met de sterke Zwitserse frank? De gerapporteerde cijfers van Nestlé daalden vorig jaar, maar de organische omzet steeg.

Bulcke:“De voorbije drie jaar is de koers van de Zwitserse frank met een derde gestegen. Maar 98,5 procent van onze omzet gebeurt lokaal, en we kopen en produceren voor 95 procent lokaal. Een deel van onze kosten hebben we uiteraard in Zwitserse frank. Het hoofdkantoor en een groot deel van onderzoek en ontwikkeling zijn in Zwitserland gevestigd. Sommige producten worden er volledig gemaakt. De koffiecapsules van Nespresso bijvoorbeeld. Maar is de Zwitserse frank sterk? Ik denk dat de euro zwak is.”

Bij de opening van de derde fabriek van Nespresso in Zwitserland zei u vorig jaar: “Als we die investering opnieuw zouden doen, zouden we toch twee keer nadenken of we opnieuw voor Zwitserland zouden kiezen.”

Bulcke: “Dat klopt. Ik opende die fabriek, maar was het wel de juiste plaats, met die dure Zwitserse frank? Een investering doe je voor de lange termijn. De fabriek staat er, ze is productief en dat is goed voor ons. Dat is wat telt. We compenseren die dure Zwitserse frank met een zelf gekozen productiviteitsverhoging door het personeel. In Zwitserland kun je zoiets doen.”

U was enkele jaren geleden nochtans behoorlijk pessimistisch over Europa. Er werd te weinig gewerkt, te veel op uitkeringen geteerd. De jongste maanden herhaalt u die boodschap niet meer. Is de toestand verbeterd?

Bulcke: “Misschien ben ik het moe die boodschap te herhalen? (Lacht) Europa heeft veel troeven. De geografische ligging, democratie, veilige staten, scholing, wetenschap, onderzoek en ontwikkeling, de historische kennis over de industrialisering. Dat zijn allemaal heel relevante troeven in de wereld. Dat gaat verloren door het kortetermijndenken. Want de ethiek en de liefde voor werken laten soms te wensen over.”

Is dat niet verbeterd sinds de eurocrisis?

Bulcke:“Er zijn goede aanzetten gegeven in België. De loonkosten dalen eindelijk.”

U merkt al een effect van de taxshift?

Bulcke:“België komt op een niveau dat het niet langer de slechtste leerling van Europa is. We zitten nu net boven de slechtsten. Oké, en we weten wel dat het politiek niet sneller kan dan het nu gaat. Maar het kan echt niet dat iemand die werkt niet wordt beloond vergeleken met iemand die niet werkt.”

U blijft dus herhalen wat u enkele jaren geleden zei?

Bulcke: “Ik ben niet veranderd. Maar het besef groeit dat verandering moet. Het is wel jammer dat we eerst tegen de muur moeten vliegen, vooraleer we weten dat er een muur is. We konden die toch zien? Het gaat om de toekomst van onze kinderen. De overheidsschulden bedragen zogezegd ongeveer 100 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Maar als je alle verplichtingen zou optellen, kom je al gauw aan 400 tot 500 procent van het bbp. Wij als bedrijf moeten onze pensioenverplichtingen in onze balansen opnemen. Een overheid hoeft dat niet te doen.”

Ondanks de moeizame dynamiek in Europa is het een markt waar u steeds actiever wordt, in nieuwe marktsegmenten, zoals geneeskundige voeding en huidziekten.

Bulcke: “Europa zit vol kansen. Tijdens de eurocrisis was er niet één jaar dat we niet groeiden. Dat kunnen niet alle spelers in de voedingssector zeggen.”

Maar waar zit de synergie tussen de verkoop van roomijs en van geneesmiddelen tegen huidziektes?

Bulcke: “De huid moet worden gevoed, zowel van buitenaf als van binnenuit. Voeding speelt daar een grote rol in. De beste barometer van gezondheid is hoe je je in je vel voelt en hoe je jezelf ziet. Er zijn veel parallellen tussen voeding voor het lichaam en voor de huid.”

Ook de centrale banken willen de economie aanzwengelen. De Europese Centrale Bank verlaagde de rente tot nul procent. Een goed beleid?

Bulcke: “Een heel gevaarlijk spel. We verzeilen in een deflatiescenario. Kijk maar naar Japan. Je kunt de economie niet enkel monetair aanzwengelen, je moet dat structureel doen via een flexibelere arbeidsmarkt en een hogere productiviteit. En met meer liefde en motivatie voor werk. België heeft meer dan 20 procent jeugdwerkloosheid. Die jeugd wil werken, maar ze vindt geen werk. Dat creëert spanningen. Die moet je heel snel ontmijnen, want het zijn tijdbommen. Nestlé doet daaraan mee. De volgende jaren werven we 10.000 jongeren aan in Europa, via een duaal systeem van leren en werken.”

Met die jongeren haalt u vooral goedkopere werknemers in huis.

Bulcke: “Dat is nog eens een goedkoop argument. We creëren wel 10.000 banen voor jongeren. Dat is echt niet goedkoop. Je steekt er als bedrijf ook veel energie in, door die jongeren intensief te begeleiden. Maar ik begrijp het wel: we krijgen dan meteen op ons bord dat we het doen voor de goedkope werkkrachten. Het is ook typerend voor een bepaalde ingesteldheid. Iemand die geld verdient, risico’s neemt en succes heeft, wordt in Europa doorgaans negatief bekeken. Maar welvaart groeit en bloeit door economische activiteit.”

Geldt dat onbegrip voor economische dynamiek wereldwijd, of enkel in Europa?

Bulcke: “Je moet de energie van de mensen in de groeilanden eens voelen. Die hebben wij in West-Europa ook heel lang gehad: morgen is het beter. Dat moeten we terugvinden. De energie die je daarmee krijgt, is gewoon fantastisch. In de Verenigde Staten wordt succes ook nog altijd als iets positiefs ervaren. Amerikanen spiegelen zich aan succesrijke zakenlui. Het ondernemerschap in China en Vietnam is ongelooflijk. Mensen werken zich op naar de middenklasse, en ze weten dat ze hun kinderen naar de universiteit kunnen sturen. En dan kom je terug naar Europa. Daar wordt er enkel over rechten gesproken. Recht op dit, recht op dat. Waar zijn we mee bezig? De zelfverantwoordelijkheid en het enthousiasme moeten terugkomen. Jongeren willen dat.”

Welk advies geeft u de jongeren van vandaag?

Bulcke: “Geloof erin. De toekomst heb je zelf in handen. Werk er zelf voor.”

Dat klinkt een beetje zoals JF Kennedy: “Vraag niet wat je land voor jou kan doen, maar vraag wat je zelf voor je land kunt doen.”

Bulcke: “Wel, misschien wil ik wel president worden (lacht). Dat klopt toch? Als iemand aan de top geraakt, heet het altijd dat hij veel geluk heeft gehad. Maar dat klopt niet, je werkt ervoor, en hard. Je hebt niet enkel rechten, ook plichten. We vinden ook enthousiaste jongeren. Ze kunnen goed omgaan met de nieuwe media en de digitalisering, ze hebben een uitgesproken mening. Ze zijn nieuwsgierig. Fantastisch!

“Het is goed dat iemand beter of sneller wil zijn. We leven te veel in een samenleving waar je niet meer mag zeggen dat iemand de eerste of de tweede van de klas is. Want dan is de derde getraumatiseerd. Maar toch willen we allemaal dat de eigen voetbalploeg kampioen speelt? De nieuwsgierigheid, de frisheid en de dynamiek om beter te willen zijn moeten terugkomen. En ze zit er. Ze wacht gewoon.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content