‘Openheid trekt techtalent aan’

Als je als bedrijf de lat hoger moet leggen, dan vind je maar beter personeel dat zijn grenzen wil verleggen. En dat talent zoekt een uitdaging. Dat zegt Trends-redacteur Stijn Fockedey.

Bedrijven in traditionele sectoren moeten meer communiceren over hun digitale verwezenlijkingen. Het is een van de meest efficiënte manieren om jong techtalent aan te trekken. De meeste middelgrote en grote bedrijven in België integreren op een of andere manier artificiële intelligentie en andere nieuwe technologie. Het tempo moet omhoog, al is een gebrek aan openheid ook een groot probleem.

Vorige week werd een nieuwe lichting van de Trends Digital Pioneers bekendgemaakt, bedrijven die een voorbeeld zijn in het gebruik van nieuwe technologie. De zes winnaars werden gekozen uit net geen honderd ingezonden dossiers. De kwaliteit was hoog, maar er hadden duizend kandidaten moeten zijn. Uiteraard zijn er meer dan honderd bedrijven in België aan het innoveren, maar de meeste komen er niet mee naar buiten.

Jammer, al is het begrijpelijk dat de maakindustrie en andere traditionele sectoren hun bedrijfsgeheimen niet willen prijsgeven. Die geslotenheid is een enorme handicap op de arbeidsmarkt. Als je als bedrijf de lat hoger moet leggen, dan vind je maar beter personeel dat zijn grenzen wil verleggen. En dat talent zoekt een uitdaging. Als werkgevers slechts zeer vaag over digitale projecten communiceren, dan is dat een slechte strategie. Datawetenschappers, ingenieurs of programmeurs hebben de jobs voor het uitkiezen.

Wie een beetje zoekt op de netwerksite LinkedIn ziet ook dat de nieuwe lichting van beloftevolle tech- en internetbedrijven in België er wonderwel in slaagt veel van dat talent binnen te halen. Als techstarter kunnen ze vaak niet het loon, de bedrijfswagen en andere sociale voordelen van de gevestigde spelers evenaren. Ze zetten in de plaats daarvan sterker in de verf met welke uitdagende projecten ze bezig zijn. Ze verkopen zich gewoon beter.