Momar Nguer: ‘Wij willen de ziel van Lampiris behouden’

MOMAR NGUER "Total draagt op zijn manier bij aan het welzijn van mensen." © .
Luc Huysmans senior writer bij Trends

Momar Nguer, de eerste Afrikaan in het directiecomité van Total, is ambitieus. Op de krimpende West-Europese markt wil hij marktaandeel blijven winnen. Tegelijk zet de olie- en gasreus steeds meer in op hernieuwbare energie. “Lampiris heeft daarin zijn plaats.”

Het is druk in de vergaderzaal van Total aan de Brusselse Handelsstraat. Momar Nguer – sinds midden april de nieuwe algemeen directeur van de tak marketing en services, en lid van het directiecomité van Total – wordt geflankeerd door Benoît Luc, de vicepresident van Total Europe, Paul Mannes, de CEO van Total Belgium, en vijf communicatiespecialisten. Niet dat de Senegalees, de eerste Afrikaan in het directiecomité van de olie- en gasreus, al die hulp nodig heeft. Hij kent zijn dossiers en weet wat hij wel en niet mag zeggen, ook over thema’s die niet onder zijn bevoegdheid vallen.

Hoewel hij sinds augustus vorig jaar ook verantwoordelijk is voor de raad voor diversiteit van de energiegroep, voelt hij zich geen rolmodel. “Heeft onze CEO, Patrick Pouyanné, me gevraagd omdat ik een Afrikaan ben, of omdat ik een specialist in retail ben? Ik denk het laatste. Dat neemt niet weg dat er niet veel bedrijven zijn in de CAC-40 (de Franse sterindex, nvdr) die een Afrikaan in het directiecomité hebben. Er is een groot verschil met Chevron, Shell, BP of Mobil: wij hebben geen oliebronnen op ons grondgebied. Om dan toch de vierde major ter wereld te worden, moet je je kunnen aanpassen. Dat we een paar weken geleden een belang van 30 procent hebben genomen in het Al-Shaheen-olieveld, komt voor een deel ook doordat Patrick Pouyanné jaren in Qatar heeft gewerkt en de gevoeligheden kent.”

Historisch hart

Total heeft vier grote takken: exploratie en productie; raffinage en chemie, met onder meer de vestigingen in Antwerp en Féluy; marketing en services, zeg maar de tankstations en alle bijbehorende diensten; en de tak gas, hernieuwbare energie en elektriciteit, die onlangs de Belgische energieleverancier Lampiris heeft opgekocht. “Marketing en services is het historische hart van Total, Fina en Elf”, vindt Nguer. “Je kunt van alles doen, maar uiteindelijk blijft de klant de toetssteen.”

Volgens de website heeft Total 9154 tankstations in Europa en 4217 in Afrika. De andere continenten moeten het met minder stellen: 1372 in Azië, 816 in het Midden-Oosten en 464 in Noord- en Zuid-Amerika. “Buiten Europa en Afrika willen we vooral met onze smeermiddelen scoren: het marktaandeel van dat segment groeit het snelst van de hele divisie. In Brazilië controleert het staatsbedrijf Petrobras de markt, en ook landen als China en India zijn niet echt open. Toch zijn we er actief. Zo hebben we een beter inzicht in de behoeften van de klanten, waarop we kunnen bouwen als de markt zich wel opent.”

Tanken en diensten

In België is Total een van de grote spelers in de distributie van brandstoffen. Daaromheen ontwikkelt de Franse multinational steeds meer diensten. Zo werkt de groep in België en Duitsland samen met het Nederlandse 2theloo, dat de toiletten uitbaat. Door het betere onderhoud is de netheid er verbeterd en het vandalisme sterk afgenomen. In elk tankstation moeten tegen eind dit jaar laadpalen zijn voor elektrische voertuigen, stipt Mannes aan.

Total gaat ervan uit dat tegen 2025 een tiende van de nieuwe inschrijvingen in Europa elektrische wagens zijn, en dat er daarbovenop nog flink wat hybride voertuigen op de markt komen. “Als de afspraken van de COP21-conferentie in Parijs echt worden uitgevoerd, stijgt dat wellicht zelfs naar 20 procent”, verwacht Nguer. “Dan worden e-cars een gamechanger. Maar als de dochter in een gezin een elektrische wagen heeft en de vader nog rijdt met een voertuig op fossiele brandstoffen, dan willen we toch de hele familie als klant. Idem voor gas: we hebben in Kallo een eerste station voor lng-voertuigen, en in Hoboken een voor cng.”

“Onze stations zullen over twintig jaar plaatsen zijn waar je ook andere zaken doet dan alleen tanken. Wie had twintig jaar geleden gedacht dat je er perfect kunt ontbijten? Mensen willen in hun nabijheid een plaats waar ze 80 procent kunnen vinden van wat ze nodig hebben.”

Maar terwijl de markt in Afrika de komende tien jaar zal groeien met 3,6 procent per jaar, zal de brandstoffenconsumptie in Frankrijk, België, Nederland, Luxemburg, Duitsland en Italië gemiddeld tussen 0,7 en 1 procent per jaar afnemen, weet Nguer. “Mensen rijden minder en hun wagens verbruiken minder. Toch willen we nog marktaandeel winnen. Niet noodzakelijk door meer tankstations te bouwen, maar door de banden met onze klanten aan te halen. Nu kun je er al Illy-koffie drinken en aan onze tankkaart kunnen we meer diensten verbinden. Ook de vrachtwagenmarkt is een groeisector.”

Plaats in de ketting

Ondanks die plannen deed vooral de overname van Lampiris onlangs veel stof opwaaien. De Luikse energieleverancier profileerde zich jarenlang als groen, Belgisch en goedkoop, maar sinds de overname zochten al enkele duizenden klanten andere oorden op. Ook Greenpeace vindt dat het imago van de oliereis niet strookt met dat van Lampiris.

Nguer blijft daar rustig onder. “Als ik klant van Lampiris zou zijn, zou ik me afvragen wat er verandert door de overname, wat de logica achter die operatie is en of die coherent is. Total wil de toegang tot energie verbeteren én meer inzetten op groene energie. Tegen 2035 moet 20 procent van onze productie hernieuwbaar zijn. We hebben in 2009 al SunPower gekocht, een van de grootste zonnepanelenproducenten ter wereld. Met Saft investeren we in de opslag van energie. Dus we zijn coherent in onze aanpak.”

“Lampiris heeft zijn plaats in die ketting. Natuurlijk heeft het bedrijf zijn eigen ziel, net zoals Total. Als woordvoerder van het directiecomité van Total zeg ik heel duidelijk: we zullen ervoor zorgen dat Lampiris zijn ziel behoudt. Het digitale platform dat Lampiris heeft ontwikkeld, willen we nog meer diepte geven door het in andere landen uit te spelen en meer professionele klanten te zoeken. We zullen hen de middelen geven om te groeien.”

Mensen vooruithelpen

Dat de beslissingslijnen langer worden, spreekt Nguer tegen. “Daar verandert er niets. Dat was bij SunPower niet anders. Je kunt geen bedrijf doen groeien als iedereen hetzelfde moet doen. Of denkt u dat Patrick Pouyanné me vroeg om me als een Fransman te gedragen toen ik in het directiecomité kwam (lacht)? Hij wilde me juist voor de kwaliteiten die anderen niet hebben. Mijn vakgebied is helemaal anders dan dat van de geoloog op een olieveld, maar toch zitten we in hetzelfde bedrijf. Wat geldt voor mensen, geldt ook voor organisaties.”

“Echt waar: ik ben trots voor een bedrijf te kunnen werken dat op zijn manier bijdraagt aan het welzijn van mensen.” Als voorbeeld verwijst hij naar de 1,2 miljoen lampen op zonne-energie die Total vorig jaar in Afrika heeft verkocht. Tegen 2020 moeten dat er 5 miljoen zijn, kondigde Nguer in 2012 aan, toen hij aantrad als verantwoordelijke voor Afrika en het Midden-Oosten. “Nog altijd hebben 1,3 miljard mensen geen toegang tot energie. Dat betekent dat kinderen niet kunnen tv-kijken of hun lessen leren. Onze lampen vervangen onveilige olielampen. Ze kosten 8 tot 10 dollar, maar gaan vijf jaar mee. Op die manier helpen we mensen vooruit in de wereld.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content