De bankencrisis in Italië is verre van opgelost. Nog twee banken kloppen aan bij de overheid voor staatssteun.
Twee regionale Italiaanse banken, Banca Popolare di Vicenza en Veneto Banca, kampen samen met een kapitaaltekort van 6,4 miljard euro, blijkt uit een raming van de Europese Centrale Bank (ECB).
Aangezien de Italiaanse economie blijft slabakken, brachten slechte kredieten de banken in de problemen.
De Italiaanse regering heeft in 2016 een reddingspakket van 20 miljard euro goedgekeurd om banken preventief extra kapitaal te kunnen verschaffen. Dat gebeurde eerder al met de in 1472 opgerichte Monte dei Paschi di Siena.
Nu is het dus de beurt aan Banca Popolare di Vicenza en Veneto Banca, die overigens fusieplannen hebben.
Maar om recht te hebben op de bailout van de Italiaanse overheid moeten de banken voldoende solvabel geacht worden. De Europese Centrale Bank (ECB), die daarover oordeelt, heeft het licht op groen gezet, raakte woensdag bekend.
Woordvoerders van de betrokken banken zijn tot nader order niet bereid commentaar te geven op de geplande reddingsactie, meldt het persagentschap Bloomberg. Dat is evenmin het geval bij de ECB en het Italiaanse ministerie van Financiën.
