De Brusselse rechtbank van koophandel heeft maandag het faillissement van waardetransporteur Brink’s Belgium nog niet uitgesproken. Dat zou woensdag gebeuren.
Het bedrijf zit nog in een gerechtelijke beschermingsprocedure en zolang die niet officieel is afgesloten, kan het faillissement niet uitgesproken worden, luidt het.
Nadat het Zweedse bedrijf Loomis in allerlaatste instantie had afgehaakt als overnemer van Brink’s Belgium, hadden de voorlopig bewindvoerders die door de Brusselse handelsrechtbank waren aangeduid het faillissement aangevraagd.
Volgens de bewindvoerders zit er op dit moment nog slechts ongeveer 660.000 euro in kas, wat onvoldoende is om de lonen te blijven uitbetalen. Bovendien loopt de verzekering van het bedrijf maandag af.
Het Brusselse parket is van oordeel dat de bewindvoerders aangeduid zijn om de continuïteit van de onderneming te verzekeren, en zijn ze dus niet bevoegd om het faillissement aan te vragen. Bovendien zit Brink’s tot 23 februari in een procedure van gerechtelijke reorganisatie.
Volgens het parket moeten de bewindvoerders eerst vragen dat die procedure wordt opgeheven, zodat het faillissement nadien uitgesproken kan worden. Die vraag moet aan een andere kamer van de rechtbank gesteld worden. Die rechtbank houdt woensdagvoormiddag zitting. Het ziet er op dit moment naar uit dat het faillissement woensdag uitgesproken wordt.
Volgens vakbondsman Marc Geerinck van het ACV lijdt het geen twijfel dat het faillissement onafwendbaar is, maar toch hoopt hij dat nieuwe kandidaat-overnemers komen opduiken. In het andere geval krijgt concurrent Group 4 een monopolie op de markt. Ook een van de twee voorlopige bewindboerders vermoedt dat er nieuwe geïnteresseerde overnemers zullen verschijnen. De omzet bij Brink’s blijft in ieder geval wel een probleem, vindt Zenner.
Het uitstel heeft tot gevolg dat de 398 werknemers nog twee dagen langer moeten uitbetaald worden. Dat kost het bedrijf 100.000 euro.
