‘Een managementvennootschap blijft interessant’

Door de begrotingsmaatregelen van de regering-Di Rupo zijn vennootschappen minder voordelig geworden. Toch zijn ze nog lang niet ten dode opgeschreven.

De belastingmaatregelen van de regering-Di Rupo hebben een grote impact op de managementvennootschappen. Dat blijkt uit simulaties van het consultancybureau PwC. Volgens die berekeningen kan een managementvennootschap die in 2012 een omzet van 100.000 euro boekt, er fiscaal 8444 euro op achteruitgaan tegenover 2011. Bij een omzet van 200.000 euro loopt dat verlies zelfs op tot 15.045 euro. Dat komt vooral door de hogere fiscale aanslag op het voordeel van alle aard van de privéwoning. “Samen met de verhoogde belasting op de dividenden is dat de maatregel die het meest pijn doet”, zegt Sylvie Dumortier, tax director bij PwC. “Al zijn niet alle managementvennootschappen eigenaar van het gebouw waar de zaakvoerder woont.”

“Maar ondanks de verhoging van de belasting op dividenden en de strengere aanpak van het huisvestingsvoordeel blijft een managementvennootschap interessant”, zegt Dumortier. “Er zal nog altijd gebruik van worden gemaakt, vooral dan voor de hogere inkomens.”

De zeven maatregelen van Di Rupo
– Verhoging van de roerende voorheffing op dividenden: het verlaagde tarief van 15 procent dat wordt toegekend aan vennootschappen die na 1994 werden opgericht, verdwijnt. Dividenden zijn voortaan onderworpen aan een heffing van 21 procent. Die aanpassing maakt de uitbetaling van dividenden voor professionele vennootschappen beduidend minder interessant dan vroeger.

– Bijkomende heffing van 4 procent: wordt toegepast op intresten en dividenden die tegen 21 procent worden belast, zodra die meer bedragen dan 20.020 euro per jaar.

– Verhoging van het voordeel van alle aard van zware wagens: de berekeningsmethode houdt niet langer rekening met het aantal privékilometers, maar gaat uit van de cataloguswaarde van het voertuig, de CO2-uitstoot en de ouderdom.

– Verhoging van het voordeel van alle aard voor de privéwoning: deze belasting verdubbelt zowat als het kadastraal inkomen meer bedraagt dan 745 euro. Ook het voordeel voor gratis elektriciteit en verwarming wordt opgetrokken.

– Hervorming van de individuele pensioentoezegging (IPT): zelfstandigen met een vennootschap kunnen hun eigen individueel pensioenfonds opzetten, maar dat moet voortaan wel worden uitbesteed. De interne pensioenprovisies die werden aangelegd tot 31 december 2011, worden bevroren. Daarnaast worden ze onderworpen aan een belasting van 1,75 procent, die ofwel volledig kan worden betaald in 2012, of gespreid over drie boekjaren (2012, 2013 en 2014) tegen 0,60 procent per jaar.

– De strengere antimisbruikbepaling: de nieuwe formulering van de antimisbruikbepaling maakt het voor de belastingadministratie gemakkelijker om juridische constructies te herkwalificeren die enkel tot doel hebben belastingen te ontwijken. Zo kan de gesplitste aankoop van een onroerend goed worden geviseerd.

– De geheimecommissielonenaanslag van 309 procent: een voordeel in natura van 100 euro voor kleding of het gebruik van een gsm dat niet correct wordt aangegeven, kost 309 euro extra door de toepassing van de bijzondere aanslag. Die aanslag bestond al langer, maar ze wordt strenger toegepast. Met de aanslag in de personenbelasting, verhoogd met 10 procent, loopt dat bedrag op tot 389 euro. Dat is bijna negen keer de normale belasting.

Sébastien Buron

De gedetailleerde berekening van PwC en het volledige dossier vindt u in Trends van 2 augustus 2012.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content