De sociale kakofonie in de haven

© belga

Het overleg tussen de vakbonden en de havenbedrijven over de flexibiliteit zit muurvast.

“Het zou al helpen als de privésector zelf met één mond spreekt”, klinkt het bij een waarnemer van het Antwerpse Havenbedrijf. Hij wil anoniem blijven om de gemoederen niet op te stoken. “We worden op onze zwakke flank – het stukgoed – bedreigd door onze rechtstreekse concurrenten. Er is dringend nood aan flexibiliteit om te vermijden dat er nog belangrijke trafieken verdwijnen, zoals nog maar eens 300.000 ton Fibria-woudproducten aan Vlissingen.”

“Uiteindelijk was Vlissingen slechts een dollar per ton goedkoper”, zegt een ondernemer die ook interesse had voor deze trafiek. “Maar die dollar, voor een stuk toe te schrijven aan de hoge arbeidskosten van Antwerpen, was wel doorslaggevend.”

De Antwerpse havengemeenschap werkt aan een 10 plus 1-programma, om de tien punten die sterker moeten worden geprofileerd en verbeterd, zoals logistiek met toegevoegde waarde en promotie. Plus 1 staat voor de arbeidsrechtelijke verhoudingen, die een zaak zijn voor de sociale partners. De resultaten zouden plechtig afgekondigd worden tijdens een staten-generaal in de tweede helft van juni.

Het havenbestuur is bereid om de haventarieven met 10 procent te laten zakken als de havenarbeiders een inspanning willen doen op het vlak van de flexibiliteit. De cao heeft een systeem van zeer rigide shifts en de verplichte invulling van functies door het havenpersoneel. Hieraan sleutelen ligt gevoelig.

“Gent en Zeebrugge springen wel flexibel met de cao om, tot tevredenheid van het bedrijfsleven”, klinkt het bij een Antwerpse patronale vertegenwoordiger, hij wil anoniem blijven omdat er tussen de sociale partners een mediastilte is afgesproken. “Hun bedrijven zijn dus niet geneigd aan één zeel te trekken met Antwerpen. De solidariteit tussen werkgevers is zoek. Ook binnen de eigen Antwerpse havenpatroonsorganisatie CEPA.

De containerbehandelaars, die ondertussen veel minder dan de stukgoedbaronnen de crisis voelen, staan minder op flexibiliteit, zoals halve shifts en minder strenge functionele aanwervingen. Zij willen wel vechten voor hun eis om van de losse pool van arbeiders over te schakelen naar een vast dienstverband, inclusief weekendwerk. En de logistiek heeft dan weer eigen eisen, zoals de minder rigide toepassing van de wet-Major. Kortom: een kakofonie van rechter- tot linkeroever.”

Toch kan er misschien iets groeien in de niche van het stukgoed. Een onderhandelaar: “De vakbonden weten zeer goed dat deze arbeidsintensieve niche een aflopende zaak wordt als ze niet redelijk zijn. We komen wel tot een akkoord tegen de staten-generaal.”

H.B.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content