Bankier Rudi Deruytter: ‘Te veel bankiers werken voor de bank en niet voor de klant’

Rudi Deruytter: "Veilig en duurzaam werken impliceert genoegen nemen met een beperkte return." © Emy Elleboog
Patrick Claerhout
Patrick Claerhout redacteur bij Trends

Zolang de schuldigen van de crisis van 2008 niet gestraft worden, zal het vertrouwen van de klanten in de banken niet terugkomen. Dat denkt Rudi Deruytter, CEO van CKV Bank. Hij schreef een scherp boekje over de toestand in de bankensector.

” Ik wil absoluut geen nestbevuiler zijn, maar ik vond het niettemin nodig een aantal zaken aan te klagen”, zegt Rudi Deruytter in zijn kantoor van CKV Bank in Waregem. Deruytter draait al dertig jaar mee in het bankwezen. Na een lange carrière bij ING stapte hij in 2012 over naar CKV Bank, een van de kleinste kredietinstellingen van België in handen van de textielmagnaat Dominiek De Clerck. De bank maakte vorig jaar meer dan 9 miljoen euro winst op een balanstotaal van 572 miljoen euro.

Vrolijk word je niet van het boek dat Deruytter in eigen beheer uitgaf. Hij voert aan dat een nieuwe bankencrisis onvermijdelijk is, en dat we een aantal alarmsignalen koppig negeren: “Wat men ook moge beweren: de interne cultuur van de grootbanken is niet veranderd na 2008. Winstbejag en de verkoop van producten gaan nog altijd voor op het belang van de klant.”

Wat men ook moge beweren: de interne cultuur van de grootbanken is niet veranderd na 2008

De kritiek van Deruytter is niet nieuw, maar het is uitzonderlijk dat ze van een insider komt. Hij vreest dat hem dat niet in dank zal worden afgenomen. Maar zijn bedoelingen zijn goed: “Ik wil een aanzet geven tot reflectie. We modderen nu al jaren aan. De motor van de economische groei wil maar niet aanslaan. Als de banken hun gedrag niet aanpassen, zal het vertrouwen niet terugkeren.”

U voert aan dat een nieuwe bankencrisis onvermijdelijk is. Waarom?

RUDI DERUYTTER. “Door het ECB-beleid heerst een soort van windstilte op de financiële markten. Maar onderhuids woedt de spanning. We beseffen het niet, maar we zitten op een vulkaan die op elk moment tot uitbarsting kan komen. In 2008 stak het faillissement van Lehman Brothers het vuur aan de lont. Pas daarna begrepen we hoe sterk de banken over de hele wereld met elkaar verbonden zijn. Doordat ze elkaar niet langer vertrouwden, ontstond een systeemcrisis. Wel, vandaag is dat wederzijdse vertrouwen verre van hersteld. Banken lenen elkaar nog altijd weinig geld. Ze doen vooral een beroep op de massa liquiditeiten die de centrale banken in het systeem pompen.”

De kritiek is dat die liquiditeiten te weinig naar de reële economie vloeien en zeepbellen doen ontstaan.

DERUYTTER. “Dat klopt. In Europa blijven de banken zeer terughoudend om kredieten toe te kennen. Veel van de ECB-liquiditeiten vloeien naar de aandelen- en de vastgoedmarkt, waar de waarderingen oplopen. De massale geldinjectie creëert een vals gevoel van rijkdom, zoals in 2007.

“In de VS dreigt een kredietzeepbel te ontstaan in studentenleningen. De uitstaande studentenleningen blijven er groeien met meer dan 10 procent per jaar en vertegenwoordigen momenteel iets meer dan 1000 miljard dollar. Maar de waarde van een diploma is niet toegenomen. Integendeel, de lonen van Amerikanen met een universiteitsdiploma stijgen al jaren niet meer. Als zo iemand afstudeert en geen baan vindt, zit hij met tienduizenden dollars aan schulden. Bovendien is er bij wanbetaling niets om beslag op te leggen. Bij een hypotheeklening kun je nog het huis verkopen, maar bij een studentenlening is er geen reëel onderpand.”

Veel bankiers voeren nochtans aan dat ze de lessen uit de crisis van 2008 niet vergeten zijn.

DERUYTTER. “De drie grote factoren die de crisis van 2008 veroorzaakten, zijn niet verdwenen. Ten eerste zijn veel banken nog altijd too big to fail. Ten tweede is de interne cultuur niet veranderd. De balans en de cijfers gaan voor op het belang van de klant. Ten derde is de druk van de aandeelhouders die rendement eisen niet afgenomen. Dat zet banken aan tot het nemen van risico’s en het ontwikkelen van nieuwe, complexe producten.”

U merkt in uw boek op dat de effectisering opnieuw in de lift zit. Is dat dan zo’n slechte zaak?

DERUYTTER. “De handel in derivaten bloeit welig. Het uitstaande bedrag aan derivaten zou momenteel meer dan 700.000 miljard dollar bedragen – een bedrag zo groot dat niemand zich er nog iets bij kan voorstellen. Er hoeft maar iets mis te lopen of het systeem kraakt opnieuw in zijn voegen.

Rudi Deruytter:
Rudi Deruytter: “Om vertrouwen en groei te genereren moeten eerst de schuldigen van de bankencrisis worden vervolgd en bestraft.”© Emy Elleboog

“Effectisering is een symptoom van een manier van werken. Hypotheken en obligaties worden gebundeld en doorverkocht en daarmee verdienen de banken geld. Ze kunnen met één zo’n transactie veel meer verdienen dan met het zorgvuldig opbouwen van een langdurige relatie met een betrouwbare klant.”

Er is de voorbije jaren veel regulering ontwikkeld, in de hoop dat die een nieuwe crisis zou voorkomen. Gelooft u daar niet in?

DERUYTTER. “Kijk, banken die te maken krijgen met regels proberen altijd een uitweg te vinden. Dat leidt tot nieuwe regels om dat ontwijkingsgedrag te voorkomen. En die carrousel kan zo een hele tijd doorgaan. Het gevolg van dat haasje-overgedrag is dat er almaar meer complexe en gedetailleerde regelgeving ontstaat, waarbij banken de klemtoon leggen op de controle of ze de regeltjes nauwgezet volgen. Op die manier verdrinken ze de reële risico’s in een groot compliance-verhaal. De hoeveelheid administratie en rapportering is fors toegenomen, maar leidt af van waar het werkelijk om gaat: zorgen dat de risico’s beheersbaar zijn en dat de banken veilig en betrouwbaar zijn.”

Hoe veilig en betrouwbaar zijn de Belgische banken?

DERUYTTER. “Veiligheid en betrouwbaarheid hebben alles te maken met de grootte van het eigen vermogen. In Italië bedraagt het eigen vermogen van de banken nauwelijks 5 procent van het balanstotaal. Dat is veel te weinig. België is een van de betere leerlingen in Europa met 10 à 11 procent Tier1-kapitaal, dus echt vermogen. CKV zat vorig jaar aan 15,7 procent en we streven naar 20 procent tegen 2020. Wij zouden het ons kunnen permitteren de winst volledig uit te keren, maar we doen het niet. Ik wil de beste van de klas zijn.”

De meeste Belgische bankiers zullen aanvoeren dat dat veel te hoge kapitaalratio’s zijn. Te veel kapitaal aanhouden drukt het rendement op eigen vermogen.

DERUYTTER. “20 procent is de minimale solvabiliteitsratio voor een gezond bedrijf, waarom zou dat voor een bank anders moeten zijn? Banken hebben leiders nodig die beseffen dat 15 of 20 procent rendement op eigen vermogen niet gezond is. Dat kan je enkel bereiken door onverantwoorde risico’s te nemen. Veilig en duurzaam werken impliceert genoegen nemen met een beperkte return.”

Onderzoek wijst uit dat het vertrouwen van de klant in de banken klein is. Verbaast u dat?

DERUYTTER. “Natuurlijk niet. Er is heel weinig veranderd sinds 2008. Op papier wel, maar in de praktijk… Een mentaliteit zit tussen de muren. Dat verander je niet in een paar jaren. Bij veel grootbanken bestaat de commerciële strategie er nog altijd in zo veel mogelijk nieuwe financiële producten te verkopen. En het liefst complexe producten, want dan kunnen meer commissies en beheerskosten worden aangerekend. De meeste grootbanken hebben ook hun organisatie niet aangepast, waardoor procedures en structuren erg ingewikkeld zijn. Banken blijven sterk hiërarchische organisaties, met veel tussenlagen.”

In uw boek spreekt u van een ‘Mexicaans leger’?

DERUYTTER. “Precies: te veel generaals en te weinig soldaten. Maar er zijn ook te weinig generalisten, die mensen snel een antwoord kunnen geven op concrete vragen en een vertrouwensrelatie met de klant opbouwen. Dan kun je wel de mond vol hebben van klantenfocus, de klant zal dat niet zo ervaren. In eenvoudige en innovatieve structuren heeft de financiële sector echt nog een hele weg af te leggen.

Als banken consequent hun CEO zouden ontslaan omdat ze bepaalde praktijken niet tolereren, krijg je op termijn andere figuren aan de top

“De banken moeten terug naar hun roots. Ze zijn ooit bedacht als vehikels om de handel te bevorderen en de economische ontwikkeling te ondersteunen, niet om geld te maken met geld. Maar vandaag werken nog te veel mensen voor de bank en niet voor de klant.”

U hebt een theorie dat het vertrouwen en de economische groei maar zullen oppikken als de schuldigen voor de bankencrisis van 2008 gestraft worden?

DERUYTTER. “Er was in 2008 duidelijk sprake van fraude die onze economie heeft doen ontsporen. Als we economische misdaden ongestraft laten, wacht ons nog meer economische afbraak. Het is mijn overtuiging dat om vertrouwen en groei te genereren, eerst de schuldigen moeten worden vervolgd en bestraft. Enkel IJsland heeft dat gedaan.”

En wie zijn de schuldigen?

DERUYTTER. “Ik geef toe dat het een heel kluwen is om de schuldigen aan te wijzen. Puur juridisch draagt de raad van bestuur de verantwoordelijkheid, maar veel beslissingen worden natuurlijk geïnitieerd door de CEO en de directie. Voor mij zijn de echte schuldigen de bank-CEO’s. Zij dragen de operationele verantwoordelijkheid en worden daar goed voor betaald. Ze hebben ook een negatieve dominantie op hun mededirectieleden en bestuurders.

“Iemand heeft ooit gezegd: ‘We should penalize more bankers.‘ Terwijl nu vooral de banken gestraft zijn met torenhoge boetes en strengere regulering. De individuele bankiers zijn buiten schot gebleven. Als banken consequent hun CEO zouden ontslaan omdat ze bepaalde praktijken niet tolereren, krijg je op termijn andere figuren aan de top.”

De waarde van een goed management is niet te onderschatten voor een financiële instelling, schrijft u in uw boek.

DERUYTTER. “Als Benelux-bankiers bretellen beginnen te dragen, zoals de zakenbankiers op Wall Street, moet er een alarmbel afgaan. Dat betekent dat ze filmsterallures krijgen, dat ze in hun eigen ivoren toren zitten, omringd door medestanders die hen naar de mond praten, terwijl ze niet meer luisteren naar kritische stemmen. Het erge is dat je dat bij CEO’s van banken na enkele jaren steevast ziet gebeuren. Narcisme en geld, dat verblindt, het is een levensgevaarlijke combinatie.”

‘Hoe gaat het eigenlijk met onze banken? Zijn ze nog te vertrouwen in 2025?’, door Rudi Deruytter, 2016, bravenewbooks.nl

‘Politici staan te dicht bij de financiële sector’

De enigen die een nieuwe bankencrisis kunnen voorkomen, zijn de politici. “Zij hebben in principe de macht om de financiële sector aan banden te leggen”, schrijft Rudi Deruytter in zijn boek. “Maar ze staan er te dicht bij. Heel wat politici komen na hun politieke carrière in de financiële sector terecht. De verwevenheid van belangen is groot. Enkel als de politici zich losweken uit de greep van de grote financiële spelers zal er iets veranderen. Maar een bijkomend probleem is dat de politiek regionaal of nationaal georganiseerd is, terwijl het financiële systeem globaal functioneert.”

‘Logge, complexe organisatie is de voornaamste bedreiging’

Vaak worden de digitalisering en de opkomst van fintechbedrijven als de voornaamste bedreiging voor de financiële sector omschreven. Rudi Deruytter meent evenwel dat de belangrijkste bedreiging niet van buitenaf maar van binnenuit komt: “Het grootste gevaar voor de banken is hun onvermogen zich snel aan te passen aan het veranderende landschap en aan de nieuwe spelers. De banken hebben de middelen om te investeren in en samen te werken met fintechs. De manier van werken van die start-ups biedt hun bovendien de mogelijkheid hun imago en instelling bij te sturen. Het enige wat daarbij in de weg staat, is hun logge en complexe interne organisatie.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content