Atos ontslaat werknemers en vliegt Indiërs in

© .
Bruno Leijnse Redacteur bij Trends

De informaticadienstverlener Atos importeert goedkope Indiase werkkrachten om er dan hier werk voor te zoeken. Ondertussen vallen er ontslagen bij de vaste werknemers.

Het sociaal klimaat bij Atos Belgium is al lang verziekt, maar in september werd het nog een graadje killer door de aankondiging van het ontslag van 21 vaste werknemers. Tegelijk importeerde Atos 28 Indiase krachten. Het gemeenschappelijk vakbondsfront heeft een stakingsaanzegging ingediend, die geactiveerd wordt zodra nog een ontslag wordt aangekondigd.

Atos kondigde de komst van de 28 Indiërs eind 2014 aan in een interne nieuwsbrief. Daarin werden ze “landed Indian resources” (“gelande Indiase middelen”) genoemd. “Het is aan ons om projecten voor hen te vinden”, schreef het Belgische management.

Vooral die laatste zin zet het sociale conflict op scherp. Daaruit blijkt dat er niet eerst een dringende nood was om de Indiase werkkrachten aan te voeren, maar dat Atos gewoon de markt verkent met een goedkoper product. Om precies te zijn had Atos een opdracht voor enkele van de 28 Indiërs, onder meer als SAP-consultant bij Delhaize, maar niet voor de overgrote meerderheid.

Indiase sociale zekerheid in België

Goedkoper zijn de Indiërs in elk geval. Atos stelt hen tewerk onder het socialezekerheidsverdrag met India, dat Karel De Gucht op 3 november 2006 ondertekende. Dat stelt dat Indiërs hier vijf jaar mogen werken, terwijl ze in India sociale zekerheid betalen. Dat scheelt een slok op een borrel.

In België vraagt Atos voor zijn Indiërs een Arbeidskaart B aan, die hun het recht geeft hier, na verlenging, acht jaar te werken, wat in de praktijk onbeperkt is omdat ze tegen dan een permanente verblijfsvergunning kunnen krijgen.

De voorwaarde is dat zij hooggeschoold zijn (bachelor of hoger) en bruto minstens 39.824 euro per jaar verdienen (cijfer voor 2016). Dat bedrag omvat het loon, de eindejaarspremies, vakantiegeld en de voordelen in natura zoals huisvesting en bedrijfswagen, voor zover die in het arbeidscontract zijn vermeld. Voorwaardelijke bonussen of compensaties voor extra kosten als buitenlandse werknemer, tellen niet mee.

Op hun inkomsten (maar niet op de huisvestingsvergoedingen, overuren of bonussen) betalen Atos en de werknemer elk 12 procent socialezekerheidsbijdragen in India, volgens een grote hr-dienstverlener. Dat is flink goedkoper dan de Belgische bijdragen, die voor de werknemer 13,07 procent bedragen en voor de werkgever nu mogelijk minder dan 30 procent (en tegen 2019 25%), dankzij de geleidelijke structurele lastenverlagingen in het kader van de taxshift. De Belgische bijdragen gelden wel voor het totale brutoloonpakket.

Atos poneert dat zijn Indiase werknemers minstens het minimumpakket betaald krijgen, maar de ondernemingsraad wacht al maanden op uitleg over de precieze samenstelling van het vergoedingspakket.

Van de bank naar de deur

Samen met de aankondiging van de komst van de Indiërs, schetste Atos Belgium eind 2014 een reorganisatie. Het bedrijf heeft drie activiteiten: managed services, systeemintegratie en professionele diensten. Het gaat om outsourcing, projecten en verhuur van personeel. Omdat het soms moeilijk is iemand met een bepaalde specialisatie 100 procent aan een contract toe te wijzen, stelde Atos voor een deel van de projectbezetting toe te wijzen aan de pool personeelsverhuur. Zo konden werkkrachten gemakkelijker over projecten worden verdeeld. Wie niet aan het werk was op een project, was beschikbaar voor verhuur aan externen. In vaktermen heet dat ‘de bank’. ‘Bankzitters’ zijn niet factureerbaar en een kostenpost. In de praktijk proberen ze zich bij te scholen.

Het voorstel klonk efficiënt, maar projectmanagers worden elk afgerekend op de rendabiliteit van hun projecten. “Zij worden onder druk gezet om hun projecten eerst via nearshoring – vooral Roemenen en Bulgaren – of offshoring – Indiërs – te bemannen en pas daarna met ‘de bank’. Dat komt goedkoper uit. Een Java-ontwikkelaar kost hier vier keer meer dan in India”, schetst een insider. “Wie op de bank zit, heeft geen voorrang. Hij of zij concurreert met de vrije markt.”

Atos kondigde ook aan dat het niet bij de 28 Indiërs zal blijven en dat nog meer werknemers naar personeelsverhuur zouden verhuizen.

Reactie Atos

“Om wereldwijd toonaangevend te zijn, maakt Atos gebruik van global sourcing. Wij kijken buiten de landsgrenzen als het gaat om het inkopen van de juiste expertise”, reageerde de groep in een voorbereide mededeling. “Wanneer de vraag naar hoogopgeleide informatici niet vanuit de regio kan worden beantwoord, kiest Atos ervoor – vanuit zijn ‘global sourcing’-strategie – jonge, hoogopgeleide informatici uit India naar België te halen om zo de juiste expertise op de juiste locatie te kunnen leveren.”

Intern argumenteert de directie dat zij wel aan off- en nearshoring moet doen omdat Atos anders contracten verliest aan spelers die dat nog méér doen, zoals Accenture. Atos greep het voorbije jaar naast enkele grote contracten, onder meer bij het Nederlandse postbedrijf TNT, dat naar Accenture ging.

Volgens Jef Loos van Whitelane Research, dat in België elk jaar meer dan 500 grote outsourcingcontracten bekijkt, is kostenvermindering nog altijd de voornaamste reden voor near- en offshoring. “Het percentage near/offshore in grote contracten neemt elk jaar toe. Gemiddeld zitten we in Europa nu aan een verhouding 33/66. Bij sommige Belgische bedrijven is dat al 20/80, met 80 procent van het werk dat buiten België wordt gedaan. Wie competitief wil blijven, moet zo’n ‘global sourcing’-model hanteren”, meent Loos. “Indiërs invliegen gebeurt niet zozeer om te besparen, maar meer om de samenwerking met de klanten te optimaliseren. Het is een tussenstap om hen hier in te werken en nadien het werk 100 procent van op afstand te organiseren.”

Atos Belgium krimpt

Ondertussen blijft Atos Belgium volgens de laatst beschikbare Belgische jaarrekening krimpen. In 2014 gingen de opbrengsten met 13 procent achteruit tot 185 miljoen euro, het personeelsbestand slonk in een jaar met 9,5 procent. De directie sprak over “een hoger dan normaal personeelsverloop en een beperkte herstructurering”, naast meer off- en nearshoring naar India en Polen. Er is een gebrek aan grote contracten, vooral bij de projectafdeling, meldde ze. Begin vorig jaar ging de Fransman Antoine Kerrinckx aan de slag als derde gedelegeerd bestuurder in drie jaar. De belangrijke beslissingen voor België worden in Nederland genomen, waar de organisatie een aantal keren groter is.

De belangrijkste groeistrategie bij Atos is overnames doen. In 2011 nam het Siemens IT Solutions & Services over, in 2014 het Franse Bull en zopas Unify, de voormalige bedrijfscommunicatieafdeling van Siemens met zijn 5600 voltijdequivalenten. In de Verenigde Staten kocht het vorig jaar de outsourcingactiviteiten van Xerox. Het beursgenoteerde filiaal Worldline is bezig met de overname van Equens/PaySquare. Eind september, nog zonder Unify, had de groep 92.184 werknemers.

Door die overnames is Atos veruit de grootste Europese ICT-speler in Europa geworden. Sinds de Siemens-overname verdubbelde het aandeel ook ruim in waarde. Toch is de strategie zeker geen verhaal van 1+1=3, zoals de dalende omzet en de hoge personeelsuitstroom in België tonen. Een interne enquête in België wijst op hoge stressniveaus bij het personeel.

Verschil in cao speelt mee bij ontslag

Door de overnames werken bij Atos nu ook personeelsleden onder verschillende cao’s. De ex-Siemens-werknemers hebben een cao die hun bij ontslag toelaat te vertrekken zonder hun opzegperiode te moeten uitdienen. Dat is niet het geval voor wie van het voormalige Atos Origin komt. De 21 werknemers die ontslagen zijn, komen volgens onze informatie uit die laatste groep. Zij moeten tijdens hun – soms lange – opzegperiode gewoon blijven werken. Sommigen zijn al naar een andere werkgever vertrokken. Atos wou niet ingaan op deze informatie. Volgens de woordvoerder “zoekt het bedrijf naar detachering om de werknemer alsnog op een geschikte werkpositie te plaatsen, als een lokale werknemer niet de juiste expertise heeft.”

“Er wordt veel nadruk op gelegd om dit in de meeste gevallen te realiseren”, heet het. De groep onderstreept dat ze “in al haar processen conform de Belgische wetgeving, en de wetgeving van het land van een potentiële werknemer werkt.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content